In beeld: vijftien topspelers die te vroeg stopten als international
Robin Bruggeman10 okt 2016, 11:00
Laatst bijgewerkt: 10 okt 2016, 11:00
Advertentie
In beeld: vijftien topspelers die te vroeg stopten als international
Gerard Piqué kondigde zondag aan om na het WK in Rusland te stoppen als international omdat hij de kritiek als hij voor Spanje speelt zat is. Hij is dan 31 jaar oud.
John Terry stopte in 2012 op zijn 32e als international, hij kwam in totaal tot 78 interlands.
Niemand zal het afscheid van Zinédine Zidane, en de kopstoot in de borst van Marco Materazzi, vergeten. De Fransman was weliswaar al 34 toen hij stopte, maar hij was met afstand nog steeds de beste middenvelder bij ‘Les Bleus’.
Johan Cruijff deed nog wel mee aan de kwalificatiereeks voor het WK van 1978, maar het toernooi in Argentinië zelf maakte hij niet mee. Hij stopte op zijn dertigste bij Oranje.
Paul Scholes werd door de aanwezigheid van Steven Gerrard en Frank Lampard regelmatig naar de linkervleugel verdreven en besloot om op zijn dertigste zijn interlandshirt aan de wilgen te hangen.
Franck Ribéry was er niet bij op het WK van 2014 en besloot daarna wegens ‘puur persoonlijke’ redenen zijn pensioen aan te kondigen. Hij kwam tot zijn 31e 81 keer uit voor het Franse nationale elftal.
Voor Alan Shearer betekende de uitschakeling van Engeland in de groepsfase van Euro 2000 ook meteen het einde van zijn interlandloopbaan. Hij stopte op zijn 29e na 63 gespeelde interlands.
Kevin-Prince Boateng kondigde op zijn 24e al aan om te stoppen bij Ghana. Hij vond de fysieke belasting van het spelen voor club en land te zwaar. De middenvelder keerde daarna wel weer terug, maar werd op het WK van 2014 vroegtijdig naar huis gestuurd door de bondscoach.
Het huwelijk tussen Eric Cantona en ‘Les Bleus’ was niet echt gelukkig te noemen. De ster botste met bondscoach Henri Michel en moest het EK van 1996 missen wegens de befaamde karatetrap tegen een supporter. Na zijn 29e zou hij geen interlands meer spelen.
Philipp Lahm stopte op de mooist mogelijke manier: met de wereldbeker in zijn handen. De aanvoerder Duitsland ging op zijn dertigste met pensioen als international om zich volledig op zijn club Bayern München te kunnen richten.
Net als Lahm stopte ook Pelé op zijn hoogtepunt: de Braziliaan won in 1970 zijn derde WK en speelde na zijn dertigste nooit meer een interland.
De Hongaarse Revolutie betekende het einde van de interlandloopbaan van Ferenc Puskás. De sterspeler emigreerde daarna op zijn 29e naar Spanje om voor Real Madrid te gaan spelen en kwam daarna zelfs nog uit voor zijn nieuwe thuisland.
Hoewel Paolo Maldini nog tot zijn 34e doorging voor Italië, is het, aangezien hij daarna nog zeven jaar voetbalde voor AC Milan, alsnog te vroeg te noemen. De verdediger zal misschien ook wel spijt van zijn beslissing hebben gekregen: Italië werd vier jaar na zijn besluit om te stoppen wereldkampioen.
Voor Francesco Totti betekende datzelfde wereldkampioenschap een prachtig einde van zijn interlandloopbaan. De inmiddels veertigjarige clubicoon van AS Roma stopte op zijn 30e, na 58 gespeelde interlands, als international.
Ronaldo droeg nadat Brazilië op het WK 2006 door Frankrijk werd uitgeschakeld in de kwartfinale nooit meer het geel van de ‘Goddelijke Kanaries’. Hij was toen dertig jaar oud.