voetbalzone

In beeld: de 20 grootste transferklappers van handelshuis FC Porto

Erik van Dam15 aug 2014, 08:15
Laatst bijgewerkt: 15 aug 2014, 08:15
Advertentie
In beeld: de 20 grootste transferklappers van handelshuis FC Porto
FC Porto staat al jaren bekend als het beste handelshuis van Europa. De club trekt grote talenten aan binnen Portugal en buiten Europa en verkoopt ze na een tijdje met dikke, hele dikke winst door. Verbaas je over de 20 volgende transferklappers!
Niet onbelangrijk om te vermelden: we zijn bij de transfersommen uitgegaan van de bedragen die de meeste media in Portugal en in het land van bestemming hebben aangehouden.
Fredy Guarín, 12,5 miljoen euro. Zo goed deed Guarín het in zijn eerste jaren bij FC Porto eigenlijk niet eens. Maar toen hij op dreef kwam, ging het hard. Internazionale huurde hem eerst voor een jaar (1,5 miljoen euro) en haalde hem daarna definitief binnen.
Raul Meireles, 13 miljoen euro. Hij verruilde Boavista in de zomer van 2004 transfervrij voor FC Porto. Het duurde vervolgens zes jaar voordat hij naar Liverpool vertrok, maar toen bracht hij wel 13 miljoen euro in het laatje.
Juan Manuel Iturbe, 15 miljoen euro. Bijzonder verhaal, hoor. Let op: in januari 2011 ging deze jongen weg bij Cerro Porteño. FC Porto stalde hem eerst bij River Plate en daarna bij Hellas Verona. Op 27 mei jongstleden kocht Hellas hem definitief voor 15 miljoen euro, om hem zes weken later voor 22 miljoen euro door te verkopen.
Aly Cissokho, 15 miljoen euro. Bij Valencia en Liverpool was het eigenlijk niet zoveel, maar een geld dat FC Porto verdiende met Cissokho! Vijftien wedstrijden speelde hij voor de Portugezen, voordat Olympique Lyon zich meldde en vijftien miljoen euro op tafel legde. Een miljoentje per wedstrijd dus voor FC Porto.
Deco, 15 miljoen euro. De eerste vedette van het begin van dit millennium bij FC Porto was Deco. Barcelona betaalde tien jaar geleden vijftien miljoen euro voor de technicus én stuurde Ricardo Quaresma richting Portugal. Eigenlijk verdiende FC Porto dus zelfs nog meer.
Maniche, 16 miljoen euro. Nog zo één van de gouden generatie van ‘os Dragões’, net als Deco. José Mourinho haalde hem in 2002 binnen en drie jaar later verkocht de club Maniche voor zestien miljoen euro aan Dynamo Moskou.
Lucho González, 18 miljoen euro. De fans in Porto gingen al snel van Lucho González houden, nadat hij in 2005 arriveerde. Hij werd uiteindelijk aanvoerder en liet de kassa flink rinkelen, toen hij in 2009 voor achttien miljoen euro overstapte naar Olympique Marseille. Drie jaar later keerde hij terug.
Paulo Ferreira, 20 miljoen euro. Hij werd in de zomer van 2005 de eerste in een lange rij spelers die van FC Porto naar Chelsea ging. Een jaar eerder had hij met José Mourinho de Champions League gewonnen en de trainer betaalde grif voor Paulo Ferreira.
José Bosingwa, 21 miljoen euro. Paulo Ferreira werd na zijn transfer opgevolgd door José 'Unibrow' Bosingwa, die zelf drie jaar later ook naar Stamford Bridge trok. Hij was net wat duurder dan zijn landgenoot.
Bruno Alves, 22 miljoen euro. Bijna compleet uit eigen kweek, deze jongen. Op zijn achttiende kwam hij binnen bij FC Porto en elf jaar later legde Zenit Sint-Petersburg een megabedrag neer om Bruno Alves over te mogen nemen.
Lisandro López, 24 miljoen euro. Samen met Lucho González ging Lisandro López in april 2005 aan de slag in het Estádio do Dragão. FC Porto betaalde 2,3 miljoen euro voor hem aan een investeringsmaatschappij. Toen Olympique Lyon vier jaar later Karim Benzema verkocht aan Real Madrid, trokken de Fransen Lisandro voor een vermogen aan.
Ricardo Quaresma, 24,6 miljoen euro. Zou FC Porto achteraf het hardst lachen om juist deze transfer? In de zomer van 2004 kreeg de club Quaresma gratis van Barcelona, als cadeautje bij de transfersom voor Deco (vijftien miljoen). Vier jaar later was ‘RQ7’ een ster en ging hij voor bijna 25 miljoen euro naar Internazionale. Hij flopte keihard en kwam begin 2014 terug.
João Moutinho, 25 miljoen euro. Deze transfer ligt velen nog vers in het geheugen, want hij werd vorig jaar gedaan. AS Monaco tikte een riante som geld af voor Moutinho, althans: wat is riant voor de Monegasken? Niet onbelangrijk is overigens dat FC Porto zelf ook wel elf miljoen euro voor hem betaalde aan Sporting Portugal.
Ricardo Carvalho, 30 miljoen euro. De tweede verdediger na Paulo Ferreira die in 2005 van FC Porto naar Chelsea vertrok. José Mourinho strooide de portemonnee even leeg, hoor: dertig miljoen euro. FC Porto had zelf geen cent voor hem betaald, want hij kwam uit de eigen jeugd.
Pepe, 30 miljoen euro. Pepe zien we terug in fotoseries als ‘de hardste verdedigers’ en ‘de beste Portugese voetballers ooit’, maar ook in deze! FC Porto kocht hem tien jaar geleden voor 1 miljoen euro weg bij Marítimo en drie jaar later betaalde Real Madrid het dertigvoudige voor zijn komst.
Eliaquim Mangala, 30,5 miljoen euro. Het perfecte voorbeeld van hoe FC Porto klappers maakt. ‘Het Beest’ speelde tussen 1996 en 2008 voor nietszeggende clubs en brak daarna door bij Standard Luik. Drie jaar speelde hij in België, tot FC Porto langskwam en 7,5 miljoen euro betaalde. Deze week verkocht men (56 procent van de transferrechten van) Mangala aan Manchester City. Kassa!
Anderson, 31 miljoen euro. Hoe vaak zal Sir Alex Ferguson ’s nachts nog wakker schrikken van deze horrordeal? Na zijn doorbraak bij Grêmio verkaste Anderson voor zeven miljoen euro naar FC Porto. Een dik bedrag, maar na achttien wedstrijden (!) werden de handen al geschud met Manchester United. Wat een geld!
Radamel Falcao, 40 miljoen euro. Vijf jaar geleden hoestte FC Porto bijna vier miljoen euro op voor zestig procent van Falcao’s transferrechten. Twee jaar en dik veertig goals later belde Atlético Madrid aan. Voor veertig miljoen trok ‘El Tigre’ naar Spanje.
Hulk, 44,7 miljoen euro. Niemand had ooit van Hulk gehoord, toen FC Porto hem overnam van Tokyo Verdy uit Japan. Hij profiteerde van het wegvallen van Tarik Sektioui en werd een superspits. Aan het eind van de zomer van 2012 gooide Zenit Sint-Petersburg de geldkraan open voor zijn komst.
James Rodríguez, 45 miljoen euro. Drie prima seizoenen in Portugal waren voldoende voor James Rodríguez om een transfer naar AS Monaco te maken. FC Porto ontving de recordsom van 45 miljoen euro voor de aanvallende middenvelder. Bij binnenkomst kostte hij nog 5 miljoen.