‘Ik zal het altijd accepteren als ze me bellen, zelfs als ik veertig ben’
Iedere ploeg in de Keuken Kampioen Divisie heeft zijn eigen routiniers, de ervaren mannen die het elftal op sleeptouw nemen. In de rubriek Routiniers licht Voetbalzone, de officiële mediapartner van de Keuken Kampioen Divisie, een van deze ervaren spelers uit. Met deze keer aandacht voor Etien Velikonja, de Sloveense avonturier die dit seizoen is neergestreken bij NEC Nijmegen.
Door Chris Meijer
De spelers van NEC Nijmegen hebben tijdens de vorige interlandperiode kunnen genieten van drie vrije dagen. Voor Etien Velikonja viel die mini-vakantie in het water, want hij kreeg in die periode te maken met een griepje. Het betekende dat er een streep ging door plannen om oude bekenden op te zoeken in Tilburg en wat van de omgeving van Nijmegen te zien. “Het is in deze tijd wel wat anders als je met natte haren traint, zeker in vergelijking met Slovenië. In de eerste week was het helemaal extreem, toen ging ik van 33 naar 20 graden. Ach, het weer went vanzelf en ik vind het prima”, lacht Velikonja. De dertigjarige spits arriveerde afgelopen zomer in de laatste dagen van de transferwindow bij NEC. Afgaande op de statistieken wist Velikonja uiterst snel zijn plaats te vinden in Nijmegen, want in zijn eerste wedstrijd tegen FC Den Bosch (2-2) was hij direct goed voor een doelpunt en een assist. In de drie daaropvolgende duels verzorgde hij tevens nog een doelpunt en een assist, maar daarna kwam er zand in de motor. De laatste weken moet Velikonja het stellen met een plaats op de reservebank.
“Voor een spits is het heel belangrijk om betrokken te zijn bij doelpunten, voor je zelfvertrouwen. Wat dat betreft was de start positief”, knikt Velikonja, die direct een kanttekening plaatst. “Het kan altijd beter. Dat voel ik ook, ik ben nog niet tevreden. Natuurlijk tellen uiteindelijk de resultaten van het team. Ik wil het team zoveel mogelijk helpen. Met doelpunten en assists, maar ook met goede acties. Ik moet zorgen dat ik de beste versie van Etien ben, maar je komt in een nieuw team, met een nieuw systeem. Mensen kijken hier anders tegen het voetbal aan, je moet die dingen zo snel mogelijk leren. Je moet erachter komen wat de sterke en zwakke punten van je ploeggenoten zijn, want dan kan jij hen en zij jou beter maken. Een technische speler wil bijvoorbeeld het liefst de bal in zijn voeten, terwijl een snelle speler het liefst de bal in de diepte heeft. Andersom moeten ze ook mijn kwaliteiten leren kennen. Dat is belangrijk, zeker voor een spits. Want je bent sterk afhankelijk van je medespelers. Soms heb je tijd nodig, maar dat bestaat niet altijd in het voetbal. Je moet presteren, wedstrijd na wedstrijd.”
Velikonja arriveerde pas in Nijmegen toen de competitie al vier wedstrijden aan de gang was. Met zeven doelpunten voor ND Gorica in de eerste zes wedstrijden van het seizoen was de spits opgevallen bij de scouts van NEC. “Ik kende NEC al wel, want er was al een tijdje contact via zaakwaarnemers. Toen het eerste directe contact kwam, probeerde ik zoveel mogelijk informatie te vergaren. Eerst via Mattijs (Branderhorst, red.), met wie ik had samengespeeld bij Willem II. Ik heb ook contact opgenomen met een aantal mensen in Nederland die veel van het voetbal afweten, ze hebben me zeker geholpen met hun adviezen. En Tim Matavz, uiteraard, we praten iedere dag”, zo verwijst Velikonja naar Vitesse-spits Matavz. De twee zijn neven én beste vrienden, zo legt hij uit. “Hij was positief over NEC, ook al speelt hij bij de aartsrivaal. Hij vertelde dat het team goed is en dat de club normaal gesproken in de Eredivisie hoort te spelen. Als familie gun je elkaar altijd het beste. Maar natuurlijk hoop ik dat we op korte termijn tegenover elkaar staan, dan zullen we vechten voor onze clubs. Dat verandert niks aan onze band. Al met al is de keuze voor NEC geen moeilijke keuze geweest.”
Het betekende dat Velikonja ND Gorica voor de tweede keer in zijn loopbaan achter zich liet. De spits keerde halverwege vorig seizoen terug bij de club waar zijn carrière begon, nabij geboortedorp Sempeter pri Gorici. “Ik kende de omgeving en kon daar gewoon voetballen, zonder dat ik me zorgen hoefde te maken over andere dingen. Ik heb gekregen wat ik wilde: ik raakte in vorm, maakte de nodige doelpunten en heb mezelf weer laten zien. Ze wisten dat ik de ambitie had om weer te vertrekken, al is het altijd afhankelijk van je prestaties. Als je niet presteert, komt zo’n optie niet.” Dat Velikonja zich genoodzaakt zag om terug te keren naar zijn jeugdliefde, had alles te maken met een zware knieblessure. In november 2017 liep hij in dienst van Willem II voor de tweede keer in zijn loopbaan een kruisbandblessure op. De Tilburgers besloten, ondanks dat hij in zijn eerste zes wedstrijden goed was voor drie doelpunten, zijn aflopende contract niet te verlengen.
“Ik ben ook realistisch: ik moest er alles aan doen om te laten zien dat ik fit was. Voor veel clubs was dat een punt van zorg, ze zeiden: ‘Het is je tweede blessure, hoe is je knie?’ Mijn knie was in orde, ik had daar geen twijfels over. Die clubs hadden geen twijfels over mijn kwaliteiten, maar wel over mijn knie. Om die reden heb ik het besluit genomen om terug te keren, praktisch voor niks. Ik speelde voor mezelf en de club, geld is niet alles”, legt Velikonja uit. Het was niet de eerste keer dat zijn knie hem in de steek liet. In het prille begin van zijn loopbaan was Velikonja in dienst van ND Gorica topscorer van de Sloveense competitie, was hij net gedebuteerd in het nationale elftal en stond hij op het punt om naar de Bundesliga te verkassen, toen het noodlot toesloeg. “De eerste gedachte was: mijn carrière is voorbij. Je weet niet wat je moet verwachten, want in de eerste dagen kan je amper bewegen. Dan moet je sterk zijn, gemotiveerd raken en dat lukte, want ik zag dat ik dag na dag stappen maakte.”
Eenmaal hersteld verliet Velikonja ND Gorica uiteindelijk alsnog in 2011, maar wel voor een binnenlandse transfer naar Maribor. Met de Sloveense topclub veroverde hij twee landstitels, een keer de Beker van Slovenië en werd voor het eerst in de clubgeschiedenis de groepsfase van de Europa League bereikt. “Ik kon voor meer geld naar een club in het buitenland, maar ik ben iemand die nadenkt over de beste stap voor mijn carrière.” Na tweeënhalf seizoen in dienst van Maribor kreeg hij alsnog een overstap naar het buitenland, toen Cardiff City twee miljoen euro voor hem neertelde. Het was op dat moment een van de duurste uitgaande transfers in de geschiedenis van de Sloveense Prva Liga. “De eerste gedachte die ik had toen Cardiff kwam, was: niemand zou erover nadenken, dit accepteer je direct. Het is een grote club, ze hadden in die tijd heel veel ambities en investeerden heel veel geld.”
“Ik had het voorrecht deel uit te maken van een hele sterke selectie, ik moest concurreren met grote spelers als Craig Bellamy en Fraizer Campbell. In het eerste seizoen werden we kampioen van de Championship, waardoor we voor het eerst in de clubgeschiedenis de Premier League haalden. Het werd vervolgens geen makkelijk seizoen, dat had ook met externe factoren te maken. Voetbal is soms big business. Na blessures zat ik in een moeilijke situatie, ik had het niet naar mijn zin en moest wel verhuurd worden”, zo gaat Velikonja, die uiteindelijk slechts vijf wedstrijden voor Cardiff speelde, verder. Er volgden huurperiodes bij Rio Ave (‘Een mogelijkheid om te ontsnappen aan de situatie bij Cardiff’) en Lierse SK (‘Daar vond ik mezelf terug, ik kreeg weer een goed gevoel en plezier’), alvorens een definitief vertrek naar Olimpija Ljubljana volgde. Die club was op dat moment de regerend kampioen van Slovenië en mocht zodoende uitkomen in de voorronde van de Champions League.
“Het was een droom in de Champions League te spelen, maar al in de eerste kwalificatiewedstrijd verloren we met 3-4. We hadden een sterk team en na de eerste seizoenshelft waren we koploper, alleen gebeurden er heel veel rare dingen. Ik speelde niet eens als spits, maar als buitenspeler. Toen ik zag waar het heenging met de club, besloot ik te vertrekken. Er veranderden trainers, directeuren, spelers. Aan het einde van het seizoen zag ik dat ik gelijk had, want ze eindigden uiteindelijk met twintig punten achterstand op de kampioen. Het is crazy om meer dan twintig punten te verliezen in een seizoenshelft. Er kwam een financieel aantrekkelijk aanbod vanuit Turkije binnen en dat heb ik geaccepteerd. Ik wist dat ze in Turkije twaalf tot veertien spelers per zes maanden verslijten, daar was ik klaar voor. Puur om weg te gaan bij Olimpija, accepteerde ik dat.” Het avontuur bij Gençlerbirligi verliep voor Velikonja zoals verwacht: na een halfjaar kwam er met slechts zeven wedstrijden achter zijn naam een einde aan zijn dienstverband in Ankara. Dat hij vervolgens in beeld kwam bij Willem II, was te danken aan Harald Wapenaar. De keeperstrainer werkte in dezelfde hoedanigheid bij Lierse SK en kende de productiviteit van Velikonja, die namens de Belgische club 29 keer doel trof in 45 officiële wedstrijden.
“Ik was heel blij om zo een kans te krijgen in Nederland. Nederlandse clubs kijken toch voornamelijk naar jongere spelers, om hen te ontwikkelen”, glimlacht Velikonja. Ondanks dat hij al na een aantal wedstrijden geblesseerd raakte, beleefde hij een prettige periode in Tilburg. “Bij Willem II kreeg ik het gevoel dat ik in staat was hier te spelen. Ik houd van de manier van voetballen, er zijn in aanvallend opzicht veel opties. Het spel is open, het tempo ligt hoog en er zijn veel kwaliteiten. Maar een blessure kan alles plotseling veranderen, ik had een beetje pech. Vooral de eerste dagen nadat ik die blessure opliep, waren heel lastig. Maar er moet een knop om, je moet nieuwe doelen stellen. Ik wilde in goede vorm terugkeren op het veld, weer wedstrijden spelen en doelpunten maken. Dat verleer je niet, het is als fietsen. Bij Willem II heb ik het ondanks mijn blessure naar mijn zin gehad, zowel op als buiten het veld. Daarom twijfelde ik niet toen deze optie kwam. Het duurde even voordat alles rond kwam, maar het belangrijkste is dat ik hier ben.”
Zodoende vindt Velikonja zichzelf momenteel terug in Nijmegen, waar het doel met de huidige nummer zes van de Keuken Kampioen Divisie duidelijk is: zo snel mogelijk terug naar de Eredivisie. “Het seizoen is als een marathon. De start had beter gekund, dat weet iedereen”, stelt de drievoudig Sloveens international. “Mijn eerste ambitie is om NEC te helpen, de doelen te vervullen en de club terug te brengen naar waar het hoort. Natuurlijk hoop ik ook terug te keren in het nationale team en ik heb het idee dat ik nog goed genoeg ben om daarin te spelen, maar het is niet alleen aan mij. De generatie van spelers verandert momenteel. Ik zal het altijd accepteren als ze me bellen, zelfs als ik veertig ben. Ik zal er klaar voor zijn. Maar ik heb het niet in de hand, dus ik focus me op mijn spel hier en de dingen waar ik zelf wel invloed op heb.”
Sinds kort woont Velikonja met zijn gezin in het appartement nabij het Goffertpark. Hij begint te lachen als gevraagd wordt naar zijn plannen voor de rest van zijn vrije dag. “De bedoeling is om uit te rusten, maar waarschijnlijk wil mijn dochter fietsen. Ze is gek van fietsen en met het park voor de deur, is het ook wel lekker om er even uit te gaan. Wat dat betreft woon ik geweldig hier, de eerste weken zat ik nog in een hotel. Dat ik nu heb kunnen settelen, moet alleen maar een positieve invloed hebben op mijn prestaties op het veld.”