‘Ik was bijna rond met een club uit Polen en ineens kon ik naar Engeland’
Nederlandse profvoetballers zijn in alle uithoeken van de wereld te vinden, van de spotlights van de grote Europese competities tot de meer avontuurlijke dienstverbanden op andere continenten. In de rubriek Over de Grens spreekt Voetbalzone wekelijks met een speler die buiten de landsgrenzen actief is. Met deze keer aandacht voor Kenneth Paal, die dit seizoen bij Queens Park Rangers bezig is aan zijn eerste buitenlandse avontuur. De 25-jarige linksback woont daardoor in Londen en speelt zijn wedstrijden wekelijks op Loftus Road.
Door Wessel Antes
Paal begon met voetballen bij ESA Rijkerswoerd in zijn geboortestad Arnhem. Via de jeugdopleiding van NEC Nijmegen belandde de linkspoot in 2010 bij PSV. In Eindhoven legde Paal een stevige basis voor zijn profcarrière en wist hij uiteindelijk zelfs te debuteren in de hoofdmacht. De snelle vleugelverdediger heeft daardoor zes wedstrijden voor PSV en een landstitel (2018) achter zijn naam staan. “Weinig mensen denken misschien aan Kenneth Paal wanneer dat kampioenschap ter sprake komt, maar voor mijzelf was het een belangrijk seizoen. Ik heb het uiteindelijk wel van dichtbij mogen meemaken. Een geweldige ervaring en leuk voor mijn cv!”
Alleen met Steven Bergwijn heeft Paal nog af en toe contact. Waar de linksback afgelopen zomer vanuit Nederland naar Londen vertrok, bewandelde Bergwijn de omgekeerde weg. “Dat is eigenlijk wel jammer. Stevie en ik waren heel goed samen, maar uiteindelijk gaat iedereen zijn eigen kant op in de voetballerij. Het had leuk geweest als hij hier nog speelde, want dan hadden we elkaar sowieso weer vaker gezien. De andere jongens spreek ik niet echt meer, iedereen doet zijn eigen ding.”
Jarenlang stond Paal te boek als een van de grootste talenten op De Herdgang. Op zijn zeventiende debuteerde hij al voor het beloftenelftal van de Eindhovenaren in de Keuken Kampioen Divisie. Met 88 wedstrijden voor Jong PSV staat Paal dan ook hoog in het lijstje van meeste wedstrijden voor het beloftenteam. Dat hij niet nog meer wedstrijden in het eerste elftal heeft gespeeld neemt de linksback niemand kwalijk. “Ik was eerlijk gezegd gewoon nog niet klaar voor het eerste van PSV. Het was ook pas het tweede seizoen dat ik als linksback speelde, daarvoor was ik altijd aanvallende middenvelder. Nu is dit echt mijn positie!”
Na een goed seizoen op huurbasis bij PEC Zwolle verliet Paal PSV definitief voor de Blauwvingers. Toch kijkt hij terug op geweldige jaren in Eindhoven. “Ik heb daar gewoond en veel meegemaakt. PSV blijft altijd mijn club in Nederland. Ik volg en support de club nog steeds.” Zijn tijd bij PEC omschrijft Paal als ‘leerzaam’. “Wanneer je van een topclub naar een kleinere club gaat komen er andere uitdagingen op je pad. Je maakt nieuwe situaties mee, waar je als mens en speler ook van groeit. PEC heeft mij de ruimte gegeven om te leren en fouten te maken, daar ben ik de club dankbaar voor.”
In totaal speelde Paal 106 officiële wedstrijden voor PEC, waarin hij goed was voor drie doelpunten en zeven assists. Dat hij de club heeft verlaten na de degradatie uit de Eredivisie doet hem pijn. “Voor een speler is het nooit leuk om te degraderen, maar ik denk dat het vooral belangrijk is om aan de club zelf te denken. Ik vind dat PEC gewoon in de Eredivisie hoort te spelen, ook qua supporters. Gelukkig staan ze er als koploper inmiddels goed voor. Ik spreek de trainer (Dick Schreuder, red.) nog regelmatig en heb hem gezegd dat er geen andere optie is dan promoveren.”
Dat Paal zou gaan vertrekken stond al ver voor de degradatie vast. In de zomer van 2021 wilde PEC al meewerken aan een transfer, maar de ideale uitdaging kwam niet voorbij. “Daardoor wist de club aan het begin van vorig seizoen al dat ik afgelopen zomer een stap zou gaan maken. Daarover zaten we op één lijn.” Paal hield alle opties open. “Ik wilde best in Nederland blijven, maar de clubs hier werden niet echt concreet. Dan ga je eigenlijk automatisch naar de aanbiedingen in het buitenland kijken. Nu ben ik blij dat ik de stap naar Londen heb mogen maken.”
Het had niet veel gescheeld of Paal had een transfer naar Oost-Europa gemaakt. “Vijf dagen voor ik daar zou tekenen kwam QPR. Ik was bijna rond met een club uit Polen en ineens kon ik naar Engeland. Naar de Championship, een geweldige competitie die altijd al hoog op mijn lijstje stond. Toen heb ik snel de knoop doorgehakt en alsnog gekozen voor QPR.” Bij the Hoops beschikt Paal over een contract dat hem tot medio 2025 op Loftus Road houdt. De linkspoot heeft geen seconde spijt gehad van zijn beslissing om het Londense avontuur aan te gaan.
Paal kwam via een bijzondere manier op de radar bij QPR. Michael Beale, inmiddels hoofdtrainer van het Schotse Rangers, was gecharmeerd van de Arnhemmer. De 42-jarige Engelsman zorgde er uiteindelijk voor dat de clubleiding doorpakte om Paal te halen. “Hij had mij in de jeugd bij PSV al eens zien spelen en is mij daarna blijven volgen. Toen hij werd aangesteld als trainer afgelopen zomer heeft hij zijn interesse in mij kenbaar gemaakt bij QPR. Zo is het balletje gaan rollen, misschien is dat mijn geluk geweest.” Beale vertrok in november bij QPR om Giovanni van Bronckhorst op te volgen in Glasgow.
De vleugelverdediger won voor hij zijn handtekening zette informatie in bij oud-teamgenoot Jordy de Wijs, die 22 wedstrijden voor QPR uitkwam. “Ik heb Jordy even gesproken, al was dat niet uitgebreid. Hij gaf aan dat het een goede club was met een mooie geschiedenis. Ook sprak hij positief over het team. Het is jammer dat hij zelf uiteindelijk is vertrokken nadat ik kwam. Uiteindelijk moet je het zelf gewoon gaan ervaren en het bevalt me heel goed”, aldus Paal, die steevast basisspeler is bij zijn nieuwe werkgever. De kilometervreter staat inmiddels al op 29 (!) officiële wedstrijden voor QPR. Daarin was hij goed voor één doelpunt en drie assists.
Paal denkt een logische verklaring te hebben voor het feit dat hij goed is begonnen aan zijn Engelse avontuur. “Ik merk dat ik hier veel heb aan de Nederlandse voetbalschool. Technisch ben ik af en toe een paar stapjes verder dan anderen. Op de positie waar ik speel krijg ik de ruimte om daarin uit te blinken. Aan de bal liggen mijn kwaliteiten. Inmiddels lukt het fysiek ook goed om aan te haken, waardoor ik verwacht nog meer stappen te gaan maken in mijn ontwikkeling. Ik voel mezelf een stuk fitter dan ik was en zit al op mijn hoogste aantal wedstrijden in een seizoen. Dat record wil ik nu ook echt aanscherpen.”
Paal is van mening dat de Championship wordt onderschat in Nederland. “Fysiek is het veel zwaarder, de intensiteit ligt hoger. Je speelt hier 46 competitiewedstrijden, dat vraagt gewoon veel van je lichaam. De Eredivisie is technisch wel vaardiger, maar men vergeet dat hier in de Championship ook heel veel goede spelers voetballen. Het typische beeld dat men op het tweede niveau van Engeland alleen maar lange ballen speelt klopt gewoon niet. De Championship is een ondergewaardeerde competitie, niet alleen bij Nederlanders.”
Misschien wel het mooiste aan zijn overstap vindt Paal de voetbalbeleving in Engeland. “De supporters, de stadions, hoe het spelletje leeft hier, dat vind ik echt geweldig. Mensen werken hier letterlijk om hun seizoenkaart te halen. Als je een paar wedstrijden op rij minder presteert krijg je dat ook wel te horen. De druk ligt daardoor wel wat hoger, maar de supporters hier in Engeland zijn echt van een ander niveau.” Rondom het stadion wordt Paal regelmatig aangesproken voor een foto, in het centrum van Londen is dat minder het geval. “De stad kent zoveel voetbalclubs, daar heb ik nog geen last van haha!”
Het is voor Paal wekelijks een genot om op Loftus Road te spelen. Het stadion is dan ook populair bij vele voetballiefhebbers. “Ons stadion is echt een klassiek voetbalstadion. Het is heel compact en daardoor erg sfeervol. De tribune staat lekker dichtbij het veld, waardoor je de fans de hele wedstrijd hoort zingen. Of ik zelf al een liedje heb? Ja, ze zingen mij regelmatig toe. Dat soort dingen blijven toch wel bijzonder.” Zijn familie komt graag kijken. “Ze vinden het leuk om mij te supporten en houden van het Engelse voetbal. Daarbuiten is een weekend naar Londen voor iedereen natuurlijk een mooi tripje. Dat is goed te combineren, zeker gezien de afstand vanuit Nederland.”
Het leven in een wereldstad als Londen is fantastisch, zo concludeert Paal na ruim een halfjaar in de Engelse hoofdstad. Hij woont er samen met zijn vriendin en pasgeboren dochtertje. “Eerlijk gezegd zou ik hier niet meer weg willen. Er is altijd wel iets te doen, je hebt alles hier. Vooral het wandelen door de stad vind ik geweldig. Ook het winkelcentrum is top en je kunt overal lekker eten. Ik woon veertig à vijftig minuten van het centrum af en dat bevalt goed. Midden in de stad wonen is heel duur en daarnaast qua reistijden absoluut niet fijn. Het is namelijk altijd druk hier.”
Gevraagd naar zijn favoriete plek in Londen, is Paal nog zoekende. “We vinden het leuk om een bezoekje te brengen aan Westfield mall, dat is een van de grootste winkelcentra in Europa. Vooral met de winterse kou is het lekker om daar overdekt te kunnen wandelen. Verder zijn wij zelf ook nog steeds een beetje toeristen, we hebben nog een hoop te ontdekken. Misschien heb ik straks meer favoriete plekjes wanneer het iets warmer is hier.”
De komende jaren hoopt Paal zich bij QPR verder te ontwikkelen, maar uiteindelijk is de Championship niet het eindstation als het aan hem ligt. “Mijn doel is eigenlijk om nog een niveau hoger te gaan spelen, in de Premier League. Dat is de competitie waarin ik als kind altijd wilde spelen. Ik denk ook zeker dat het een haalbaar doel is met mijn kwaliteiten. Ik wil in ieder geval in een van de vijf Europese topcompetities gaan spelen, dat zou een droom zijn. Ik heb nog genoeg ambities en werk elke dag hard om mezelf te ontwikkelen.”
Paal debuteerde in september voor het nationale elftal van Suriname in een oefenduel met Nicaragua (2-1 winst). Tot dusver was dat zijn enige interland voor Natio. In het verleden speelde de linksback tientallen jeugdinterlands voor het Nederlands elftal, waardoor hij nog geen definitieve keuze heeft gemaakt. “Ik denk daar regelmatig over na. Wat als ik me hier in Engeland blijf ontwikkelen? Misschien kom ik dan wel in beeld bij Oranje. Nu is het nog mogelijk om te switchen maar uiteindelijk zal ik een knoop moeten doorhakken.”
De linksback kijkt wel positief terug op zijn debuut voor Suriname. “Mijn familie was natuurlijk hartstikke trots. Zelf vond ik het ook mooi. Het shirt heb ik meegenomen en ligt nu hier in Londen, maar die ga ik laten inlijsten voor in mijn huis in Nederland. De komende jaren gaan we zien hoe het loopt. Of ik nou voor Nederland of Suriname ga spelen, een internationaal eindtoernooi blijft altijd een doel. Dat wil ik echt meemaken!”