voetbalzone

‘Ik vrees dat de wedstrijden van Ajax tegen Real voor mij te vroeg komen’

Robin Bruggeman05 jan 2019, 10:36
Laatst bijgewerkt: 05 jan 2019, 10:36
Advertentie

Hassane Bandé trok afgelopen zomer met hoge verwachtingen van KV Mechelen naar Ajax, maar de Burkinees heeft nog geen enkele officiële wedstrijd gespeeld voor zijn nieuwe werkgever. De aanvaller raakte in de voorbereiding zwaar geblesseerd tijdens een oefenduel met Anderlecht en is nog altijd op de weg terug. Bandé hoopt in de tweede seizoenshelft minuten te kunnen gaan maken namens de Amsterdammers.

“Het gaat goed, ik loop al buiten op het veld, maar nog niet volledig pijnvrij”, vertelt de twintigjarige aanvaller, die in december nog een kleine operatie onderging om een schroef uit zijn enkel te laten verwijderen en ook niet mee gaat naar het trainingskamp van Ajax in Florida, in gesprek met Het Nieuwsblad. “Daardoor ben ik nog niet supermobiel. Het gaat allemaal ietsje trager dan verwacht, maar ik moet gewoon geduld hebben.”

Hoewel Bandé vooralsnog geen bijdrage heeft kunnen leveren aan de prestaties van Ajax in de Eredivisie en in de Champions League geniet hij al wel van zijn tijd in Amsterdam: “Het deed pijn om niet mee te kunnen doen, maar tegelijk was het wel vaak genieten. Het is een plezier om met zulke spelers te kunnen trainen. Of straks te gáán trainen.” Ajax neemt het in februari in het miljardenbal op tegen Real Madrid, maar Bandé zal dan, ondanks een sprankje hoop, waarschijnlijk niet van de partij zijn.

“Ik vrees dat die wedstrijden te vroeg komen. In februari zal ik allicht nog niet op Champions League-niveau zitten. Het zou mooi zijn als het toch lukt, maar evengoed speel ik dit seizoen gewoon nog wedstrijden met Jong Ajax. Ça ne me gène pas, daar schaam ik me niet voor. Zo kan ik de manier van spelen leren kennen.” Zijn langdurige afwezigheid heeft er mogelijk wel toe geleid dat de achterban zijn prijskaartje van acht miljoen euro inmiddels een beetje vergeten is: “Aangezien ik er een tijdje uit lag, is de druk nu misschien minder groot, ja. Dat kan een goeie zaak zijn.”