‘Ik stond met mijn moeder bij het UWV, want zelfs TOP Oss wilde me niet!’
Jos Hooiveld (34) tekende begin dit jaar een contract bij FC Twente en keerde daarmee na ruim een decennium vol omzwervingen terug naar Nederland. Voetbalzone zocht hem op in het Drentse Eelderwolde en sprak de centrale verdediger uitgebreid over de lange lijst clubs waar zijn carrière hem bracht. In de zevendelige reeks ‘De avonturen van Jos Hooiveld’ vertelt hij over de meest memorabele momenten uit zijn bijzonder bewogen loopbaan. Eerder verscheen deel één over zijn jeugd en zijn periode bij sc Heerenveen. Vandaag het tweede deel waarin hij vertelt over zijn periode in Zwolle en zijn besluit zijn vaderland te verlaten voor de Oostenrijkse alpen.
Bij sc Heerenveen debuteerde je in het eerste, maar je brak er nooit echt door…
“Klopt, ik heb drieënhalf jaar in Friesland gezeten, maar mocht in het eerste nooit twee wedstrijden achter elkaar beginnen. Omdat ervaring opdoen cruciaal was op die leeftijd mocht ik verhuurd worden. Eerst heb ik een leuk gesprek gehad met Roy Wesselink bij SC Cambuur, maar verkassen naar Leeuwarden had niet mijn voorkeur. Je had in die tijd veel spelers die daar gestald werden, maar als het even wat minder ging, werd het door de onderlinge rivaliteit al snel van ‘die jongens van Heerenveen, dit dat’. Daardoor kwamen huurlingen vaak een beetje van een koude kermis thuis. Gelukkig had FC Zwolle ook interesse en doordat met die club veel minder connecties waren deed ik dat liever. Ik speelde er anderhalf jaar onder Hennie Spijkerman.”
Hoe was dat?
“Spijkerman was een fijne kerel. Ik speelde bijna alles in Zwolle, maar de club ging wel door een moeilijke periode. Veel dingen klopten gewoon niet en de fans waren enorm teleurgesteld dat het niet lukte om omhoog te komen. Zo erg zelfs dat er bedreigingen aan het adres van de trainer kwamen. Of we kwamen met de bus terug na een verloren uitwedstrijd en dan stonden er honderdvijftig man met brandende containers voor het hek. Mocht je het allemaal even haarfijn uitleggen. Het is niet zo lekker als je als 21-jarige dan de bus uit moet. Ik was trouwens vaak de eerste die uitstapte, want ik dacht ook wel weer dat je niet vaak leest dat er op zo’n moment iemand vermoord wordt. Dus dan begon je van ‘Ja, sorry jongens, we hebben wel echt ons best gedaan, maar het wilde niet vandaag.' Dat was het sfeertje dat er toen hing en daar gingen we ook niet beter van voetballen.”
En toen liep je contract af?
“Ja, sc Heerenveen zegde op en ik wachte wat FC Zwolle zou zeggen tot plots door de club werd aangekondigd dat ik zou vertrekken. Dat vond ik erg raar, want er zou nog een gesprek volgen en dat heb ik toen ook tegen Gerard van den Belt gezegd. Die zei dat het wat te duur zou worden, terwijl we het überhaupt niet over geld hadden gehad. Maar goed, Spijkerman was ontslagen en een nieuwe coach heeft andere ideeën. Doordat het zo rommelde moesten ze ook wel een beetje met een schone lei beginnen en de boel schoonvegen. Ik had toen verwacht dat er wel een nieuwe club in Nederland zou komen, maar tot mijn verbazing was het opeens helemaal einde verhaal. Zelfs clubs als TOP Oss waren niet geïnteresseerd, terwijl ik best met een goed gevoel vertrok.”
En toen?
“Stond ik met mijn moeder bij het UWV. Alex Kroes van SEG, toen nog een beginnend zaakwaarnemerskantoor, had iedereen gebeld maar ze wilden me nergens hebben. Dus moeders drong erop aan een uitkering aan te vragen, want anders was het zonde. Ik was pas een jaar of 22 en overwoog er helemaal mee te stoppen en te gaan studeren, maar ik voelde dat ik nog ergens een keer de kans moest krijgen. Ik had dingen goed gedaan, maar ook slechte potten gespeeld. Dat mag ook als je als jonge jongen in het betaalde voetbal belandt en alles voor het eerst meemaakt; van een spaarzame periodetitel tot stenen door de ruit van je trainer.”
Hoelang heb je gebruik gemaakt van die uitkering?
“Volgens mij uiteindelijk niet eens, want via Bernard Schuiteman kwam ik in Oostenrijk terecht. Dat is ook een geinig verhaal. Ik kende hem via-via en hij had geregeld dat ik bij Austria Lustenau een testwedstrijd mocht spelen. Ik ben toen met een goede vriend in één ruk naar de Alpen gereden en stapte na die lange rit praktisch meteen het trainingsveld op. Ik weet het nog precies; er stond een behoorlijke wind. Der Föhn noemen ze dat daar; de wind als het weer gaat veranderen. Ik had al twee weken geen bal aangeraakt en die eerste drie ballen daar dóók ik me toch onderdoor. Ik zag die jongens kijken: wat is dit er nou voor een? Die enorme harde wind ging pal over het veld en als ik probeerde te timen en sprong, zag ik die bal gewoon in de lucht blijven. Hij kwam gewoon niet naar beneden joh! In de eerste vijf minuten gingen al drie, vier van die dingen mis.”
Dus dat ging hem niet worden daar?
“Nee joh. Zo’n ander ding was dat die bal half lek was en bij een lange bal helemaal uitwaaide. Ik dacht na een poosje: haal me hier maar uit. Ik overwoog oprecht van die training af te lopen of te veinzen dat ik ergens last van had. Na dat oefenpotje belde Schuiteman en ik zei meteen: ‘Hou maar op, dit wordt niks!’ Waarop hij zei: ‘Je hebt gelijk, maar ik heb ook goed nieuws. Je kan doorrijden naar SV Kapfenberg!’ Dat was ook weer mooi; ik trainde daar mee en tijdens het afwerken schoot ik zeven of acht van de tien ballen stijf in de kruising. Ik zag de trainer handenwrijvend langs de zijlijn staan, haha! Precies een tegenovergestelde ervaring. Ik tekende een contract en ben teruggegaan naar Nederland voor de zomerstop in afwachting van de voorbereiding.”
En toen ben je lekker in de Alpen gaan ballen?
“Nou, nadat ik na mijn vakantie terugkwam, hoorde ik maar niks. Dus toen heb ik maar eens gebeld naar de club en kreeg ik de voorzitter aan de lijn. Dus ik vroeg: ‘Wanneer begint de voorbereiding eigenlijk?’, waarop hij zei dat ze al een poosje bezig waren. Dus ik stelde de vraag of het dan niet handig was als ik een keer die kant op kwam, waarop hij vraagt: ‘Maar wie ben jij dan?’ Bleek de trainer bij wie ik getekend had alweer vertrokken te zijn en niemand op de hoogte gesteld te hebben van mijn contract! Maar goed, omdat het een rechtsgeldige overeenkomst was, moest ik toch maar die kant opkomen. Toen ben ik met mijn vader en moeder naar Oostenrijk gereden.”