voetbalzone

‘Ik leek beland in de Slowaakse versie van Entourage’

Justus Dingemanse03 mei 2017, 22:00
Laatst bijgewerkt: 03 mei 2017, 22:00
Advertentie

Verslaggever Justus Dingemanse reisde voor Voetbalzone af naar de hoofdstad van Slowakije om daar een bezoek de brengen aan Slovan Bratislava. Bij deze club spelen sinds vorig jaar vier Nederlandse jongens: Lesley de Sa (24), Joeri de Kamps (25), Ruben Ligeon (24) en Mitchel Schet (29). In een tweedelig sfeerverslag vertelt hij over de drie dagen die hij doorbracht als gast van het gezelschap in de stad aan de Donau.

Iets na 08.00 uur sta ik in de vertrekhal van Schiphol met de telefoon aan mijn oor: ‘Justus ben je er al?’, hoor ik hijgerig aan de andere kant van de lijn. Mijn bevestiging wordt beantwoord met ‘Ok, ik ben er ook bijna hoor, doei!’. Klik. Een paar minuten later zie ik in de verte driftig een meisje aan komen stappen. Het is Maxime Jongbloed die ik afgelopen najaar leerde kennen tijdens de eerste draaidag van onze Voetbalzone-show WAG’s. Ze heeft een relatie met Lesly de Sa; een exponent uit de jeugdopleiding van Ajax. Via een aantal omwegen is hij bij Slovan Bratislava beland waar toevallig ook drie andere Nederlandse jongens voetballen. Reden genoeg voor mij er een keertje te willen kijken en nu sta ik in Gate 1A met een vriendelijk en gezellig kletsend meisje uit Badhoevedorp.

Maxime is de kleindochter van Jan Jongbloed die in zijn beste dagen keeper was van het Nederlands elftal. Haar oom Eric-Jan had een relatie met de dochter van Sjaak Swart en het ging de familie prima af in de wereld van de voetballerij totdat zich een van de grootste tragedies uit de geschiedenis van het Nederlands voetbal voltrok: Eric-Jan werd op het voetbalveld dodelijk getroffen door de bliksem. Het drukte een stempel op de familie en de voetbalsport kreeg een nare bijsmaak. Desondanks speelde Maxime zelf een poosje voetbal en kreeg ze een relatie met een voetballer: de rappe vleugelaanvaller Lesly de Sa die onder Frank de Boer zijn debuut maakte in het eerste van Ajax.

voetbalzone

In niets voldoet Maxime aan het stereotype dat bestaat rond voetbalvrouwen. Waar menig meisje het beroep van haar partner van de daken zou schreeuwen, hield zij jarenlang op school vol dat haar vriend in een fabriek werkte. Daarnaast is ze wars van make-up en nog voor ik mijn portemonnee heb kunnen pakken, heeft ze op de luchthaven mijn flesje water en haar eigen doosje snoep afgerekend. Ze biedt me een dropje aan en waarschuwt me nog dat ik er beter nu een kan nemen. Ik weiger, maar als ik er een kwartiertje later op terugkom is het doosje al leeg: ‘Ik zei het toch!’. Twee uurtjes later ben ik door alle verhalen nog altijd bij dezelfde alinea van mijn boek en landen we in Wenen. Tussen de parkeerautomaat en de auto is Maxime paniekerig op zoek naar haar sleutels en portemonnee en raap ik terwijl ik achter haar aanloop het net betaalde kaartje op.

We stappen in een witte Volkswagen terwijl meisje Jongbloed me geruststelt met de boodschap dat ‘ze echt niet kan rijden’ en vertelt dat Lesly contractueel recht had op een Mercedes, maar daar niet om geeft. Vanuit Oostenrijk zijn we in een half uurtje in Slowakije en rijden we langs enorme flatgebouwen die in felle kleuren zijn geschilderd. Aan alles zie je dat het een land in ontwikkeling is waar het verschil tussen arm en rijk alleen maar groeit. Afgelopen zomer heeft het koppel waar ik de komende twee dagen op bezoek ben hun intrek genomen op de 24e etage van een gloednieuwe woonflat die uitkijkt op de Donau en dus stappen we de lift in nadat de auto is geparkeerd.

Zodra Maxime de deur opent en ik mijn camera aanzet, klinkt de muziek ons tegemoet. ‘Lesly, doe die muziek niet zo hard!’ is de eerste begroeting die vriendlief krijgt. Niet veel later volgen lachende tirades over hoe de badmat van het balkon heeft kunnen waaien en hoe Lesly in vredesnaam een blauwe bezem heeft kunnen kopen terwijl er ook een paarse variant beschikbaar was. De rust is weer voorbij in huize De Sa, maar dat is niet erg want ‘hij luistert toch altijd maar half’, zo vertrouwt de heer des huizes me met een lach toe.

De twee vormen een bijzonder koppel. Lesly, zoon van Angolese ouders is opgegroeid in Mijdrecht en vult zijn dagen met voetbal en trainen. Als hij niet op de club bezig is, ligt hij thuis op een matje of opblaasbal met een zuurstofmasker op. Hij is gelovig, draagt dit met trots uit en ziet het beste in iedereen. Bij uitstek een jongen die altijd klaarstaat anderen te helpen. Maxime praat vol bewondering over haar vriend en beschrijft hun relatie als yin en yang. Het nuchtere dametje uit Badhoevedorp heeft naar eigen zeggen zelf al spierpijn na een potje bowlen en gelooft, mede door de tragedies in haar familie, niet in God. Ze heeft de hotelschool afgerond en zou graag een eigen zaak beginnen als de twee weer in Nederland settelen. In Bratislava vult ze haar dagen met het huishouden en televisieprogramma’s. GTST, Temptation Island en Andy en Melissa zijn favoriet.

Vanaf het balkon kun je in het gebouw ernaast het appartement van teamgenoot en jeugdvriend Ruben Ligeon zien liggen. Hij woont momenteel alleen omdat zijn vriendin in Nederland verblijft tijdens de zwangerschap van hun tweede kind. Joeri de Kamps, ook exponent van De Toekomst, woont iets verderop met vriendin Charlotte. Mitchell Schet, die zijn opleiding genoot bij aartsrivaal Feyenoord, bevindt zich negen etages onder ons en leidt als enige een vrijgezellenbestaan. Lorenzo Burnet staat ook onder contract bij de club, maar is afgelopen winterstop al na een half jaar verhuurd aan NEC en woont inmiddels weer in Nederland.

Nadat Max broodjes voor ons heeft gesmeerd en eierkoeken heeft uitgedeeld, mag ik mee naar de eerste training. Beneden worden we opgewacht door Joeri die ons in een glimmende bolide vanachter zijn zonnebril welkom heet. In de verte komt Ruben aangesjokt die vermoedelijk achteruit zou lopen als hij het nog rustiger aan zou doen. Ook Mitchell, die wegens niet nader gespecificeerde redenen even zijn rijbewijs kwijt is, schuift aan op de achterbank. Het voelt alsof ik plotseling beland ben in een scène van de Slowaakse versie van Entourage. Wie wie is blijft onduidelijk, maar ik ga er voor het gemak even vanuit dat ik Johnny Drama niet ben.

voetbalzone

Tijdens het rijden kom ik erachter dat Joeri het type ‘recht voor zijn raap’ is. In de Eredivisie maakte hij furore als een middenvelder die het duel niet schuwt, zo valt ook op te maken uit de flinke reeks gele kaarten die hij daar verzamelde. Toen hij na een duel met VVV, waarin hij een tegenstander blesseerde, een vraag van een verslaggever beantwoorde met de frase ‘Mijn vader zegt altijd: ‘Dan moet je maar op dammen gaan!’, wekte hij de woede van trainer Robert Maaskant en ontketende onbewust een flinke internethype die leidde tot talloze memes en YouTube-parodieën. De reputatie die de loodsgieterszoon daarmee creëerde, bracht hem er mede toe zijn geluk eens in het buitenland te beproeven. Even weg van alle vooroordelen.

Na een ritje van een minuut of tien rijden we het terrein van Slovan Bratislava op. Het complex waar gespeeld wordt is in 2009 overgenomen van de failliete concurrent FK Inter Bratislava en doet dienst als interim-locatie terwijl het nieuwe stadion op steenworpafstand verrijst. Deze noodoplossing leidt er intussen wel toe dat er per wedstrijd nog maar een paar honderd man plaats neemt in het 13.401 stoeltjes tellende Pasienky stadion, want het overgrote deel van het publiek weigert zich op het grondgebied van de voormalige aartsrivaal te begeven. Over entourage gesproken…