voetbalzone

‘Ik krijg als esporter alleen een vrijwilligersbijdrage van 1500 euro per jaar'

Justus Dingemanse20 mrt 2018, 20:57
Laatst bijgewerkt: 20 mrt 2018, 20:57
Advertentie

Sinds dit jaar is Voetbalzone officieel digitale partner van de eDivisie. Veel van onze bezoekers moeten er, net als wijzelf, nog behoorlijk aan wennen en daarnaast roept het fenomeen de nodige vragen op. Voor de buitenwacht is het soms amper te volgen: Cristiano Ronaldo in de spits van Ajax en Gareth Bale op de flank bij PSV? Wat is daar precies de gedachten achter en waar gaat het naartoe met deze trend? Voetbalzone vroeg vijf Nederlandse eSporters tekst en uitleg. Eerder verscheen deel een van de spoedcursus over de opkomst van het fenomeen, deel twee over de competitieopzet van de eDivisie en deel drie over de toetreding van profclubs. Vandaag deel vier over het leven van een professionele esporter.

Professional
Voor Jaey Daalhuisen van Feyenoord was het toeval dat hij professional werd. Hij wist dat hij bovengemiddeld goed was, maar had nooit plannen er serieus wat mee te doen. Toen hij het eerste seizoen van de eDivisie zag, vroeg hij zich af of hij zich kon meten met die spelers. Hij daagde ze uit, wist te winnen en is zich toen gaan richten op een carrière als esporter. Vooral kunnen focussen is daarbij belangrijk: “Als ik zelf negentig minuten op het veld gespeeld heb, is het bijvoorbeeld lastig je daarna goed te concentreren.” Ook het uitkomen van een nieuwe versie van het spel brengt stress met zich mee volgens Jaey: “De game verandert ieder jaar, dus dat speelt een grote rol. Het is natuurlijk niet zo dat je er opeens niets meer van kan, maar de accenten liggen anders en het is altijd enorm wennen.”

Ali Riza Aygün van PSV kreeg FIFA met de paplepel ingegoten door zijn vader die groot liefhebber is. Op zijn achttiende begon hij toernooien te spelen en geld inzetten. Doordat succes besloot hij zijn studieplannen voor zich uit te schuiven: “Een week voor mijn HBO-opleiding begon, kreeg ik een belletje en besloot ik de kans fulltime esporter te worden met beide handen aan te grijpen. Gelukkig stonden ze thuis achter mijn keuze; ik denk dat veel mensen in mijn schoenen zouden willen staan.”

voetbalzone

Clubman
Menno Bouhuijzen werd tot esporter verkozen na een uitgebreide selectieprocedure, zo vertelt hij: “Er waren vier kwalificatiedagen en daarop deden 128 mensen per dag mee. Die vier winnaars namen het daarna tegen elkaar op en moesten vervolgens tegen Bryan Hessing van Heracles Almelo spelen. Hij speelde twee keer gelijk en won verder alles. Ik kwam 2-0 voor, maar verloor alsnog 3-2. Ik bleef na de voorsprong echter bewust aanvallend spelen omdat ik een beetje indruk wilde maken en niet voor de goal wilde gaan liggen. Daarnaast hadden we op de finaledag een interview met NAC Breda en een supporterssite. Daar moesten we vragen beantwoorden zoals wanneer de club was opgericht en waar de afkorting NAC voor staat. Die andere jongens kwamen daar niet uit, maar voor mij was dat als fan heel makkelijk natuurlijk. Uiteindelijk gaf de doorslag dat ze echt een clubman wilden, bleven er twee man over en viel de keuze ten slotte op mij.”

Carrière
Bij Jaey thuis moesten ze wel even wennen aan zijn nieuwe carrière: “In het begin snapten ze de emotie bij het spelletje niet altijd even goed na een verloren partij. Inmiddels zijn er afspraken gemaakt over speeltijden en is mijn leefritme erop afgesteld.” Ali Riza heeft een strak stramien in zijn leven als prof: “Ik ga op tijd naar bed en pak voldoende slaap. De Weekend League speel ik vaak ’s nachts. Dan is de verbinding optimaal en kan ik me top concentreren. Dan sluit ik me van iedereen af en gooi ik mijn telefoon aan de kant. Ik moet ook echt geen mensen om me heen hebben. In de studio gebruik in altijd oordopjes op maximaal volume zodat ik me volledig kan concentreren.”

Maar bij alleen geconcentreerd potjes spelen, stopt het niet voor Ali Riza: “Alle veertig wedstrijden neem ik op en de potjes die ik verlies, analyseer ik allemaal van de eerste tot de laatste minuut. Zo weet ik precies waar het fout gaat en waar ik beter op moet letten. Dat is niet per se leuk, maar ik moet het echt doen om beter te worden. Ook alle eDivisiewedstrijden analyseer ik achteraf, want ik wil wereldkampioen worden en ik denk dat ik goed genoeg ben om iedereen op de wereld te pakken. Ik draai nu iedere week mee in de top honderd, maar het moet een beetje meezitten op zo’n toernooi, want als ik mijn eerste pot verlies ben ik altijd mentaal meteen helemaal gesloopt.”

Avondje NAC
Menno is een vreemde eend in de bijt: “Ik heb helemaal geen zin ieder weekend veertig potjes te spelen met een camera erop. Ik studeer bedrijfseconomie aan de Universiteit van Tilburg en daar ligt mijn toekomst. Daarnaast werk ik op zondag en ga ik altijd naar NAC, dus kom ik nog weleens met een katertje terug. Dan kan ik me de eerste potjes heel goed concentreren, maar na vijf potjes is dat dan wel een beetje klaar. Ik ben wel de uitzondering hoor, de rest is heel professioneel. Sommige jongens zitten echt met een handdoekje enzo. Ik snap dat wel, want het kan hun toekomst zijn. Voetbal is in principe ook gewoon een spelletje, maar doordat niemand precies weet waar het met esports naar toe gaat vinden sommige mensen het lastig het serieus te nemen. Ik vind het gewoon leuk dat ik erbij mag zijn en mijn potjes mag spelen.”

Contracten
Hoe professioneel clubs de nieuwe tak van sport aanpakken is behoorlijk verschillend vertelt Menno: “Doordat NAC promoveerde naar de Eredivisie moest de club ook een esporter gaan leveren. Ik heb een vrijwilligerscontract voor 1500 euro per jaar, maar als je een beetje aan de top zit krijg je dat per maand. NAC doet daar niet aan mee. Ze willen graag meegaan in esports, maar dan wel op de NAC-manier zei de directeur tegen mij. We zijn een eigenwijze club en onze supporters zijn dat ook. Die willen geen goaltune, gesponsorde corners, geen mascotte, geen trommels, geen megafoon, maar gewoon alles normaal. Bier en kut roepen zeg maar. eSports past niet echt in die traditie en ze vinden het dan ook een beetje overdreven gedoe. Dat ik als enige met mijn NAC-sjaaltje om tussen al die gasten zit, kunnen ze dan wel weer waarderen.”

Volgens Jaey wordt onderling niet open gesproken over de inhoud van de contracten. Maar hij kan leven van het maandsalaris dat hij van Feyenoord omdat hij nog thuis woont. Hij is fulltime esporter, gaat niet naar school en voetbalt zelf ook nog in de tweede klasse in het eerste van SV Geinoord uit Nieuwegein. Naast het salaris ligt in de contracten ook de procentuele verdeling vastgelegd bij het winnen van prijzengeld op internationale toernooien: “Dat is van tevoren allemaal open en eerlijk doorgesproken, anders had ik ook niet getekend.”

voetbalzone

Populariteit
Door de komst van de eDivisie en de professionalisering van de sport zijn veel spelers plotsklaps bekende Nederlanders geworden, zo onderschrijft ook Jaey: “Ik word regelmatig op straat herkend, dat is best bizar en geeft ook wel aan dat het behoorlijk groot is. Ook als je kijkt naar de volgers op sociale media en het tempo waarop die aantallen groeien.” Ook Ali Riza moest wennen aan alle aandacht: “Ik krijg dagelijks veel berichtjes van mensen die adviezen en tactische tips willen. Het is inmiddels bijna niet meer bij te houden en te beantwoorden. Ik krijg er dagelijks tientallen volgers bij en op straat in Eindhoven word ik soms aangesproken en willen opeens mensen met mij op de foto.”

Ali Riza, die zichzelf betitelt als een rustige, maar ook gespannen jongen, vond ook alle aandacht van de media best heftig: “Vorig jaar kwalificeerde ik mij als eerste voor Parijs. Die extra aandacht en druk heeft me toen de das om gedaan. Al die camera’s en interviews waren nieuw voor mij en niet echt mijn ding. Kampioen worden in de eerste seizoenshelft heeft me een confidence boost gegeven. Met de camera gaat het nu ook steeds beter, dus nu hoop ik met die ervaring door te stoten, want ik wil wereldkampioen worden. Dat wil iedereen natuurlijk, maar ik wil echt hogerop. Als ik een slecht weekend heb, win ik er 36, maar normaal lukt 38 overwinningen meestal wel. Op grote toernooien ga ik voor WK-kwalificatie, maar ook voor het prijzengeld. Dat is ook best heel behoorlijk.”

Het laatste deel over de groei en toekomst van esports verschijnt op dinsdag 27 maart op Voetbalzone.