‘Ik keepte een wedstrijd en toen ben ik het land uitgezet’
Azië, Europa, Zuid-Amerika en Afrika (na twee stageperiodes) kon André Krul al afstrepen en nu komt Australië ook op het lijstje continenten waarop de keeper heeft gespeeld. De dertigjarige doelman vertrekt eind deze week richting Down Under om aan de slag te gaan bij Preston Lions FC, een club uit een buitenwijk van Melbourne die uitkomt op het vierde niveau. “Het lijkt me wel mooi om alle werelddelen gehad te hebben. Als ik naar Noord-Amerika ga heb ik eigenlijk alles gehad, al zou ik om het helemaal officieel te maken ook nog echt in Afrika moeten spelen”, vertelt hij in gesprek met Voetbalzone.
Door Robin Bruggeman
De voetbalnomade stond in de laatste helft van het afgelopen seizoen onder contract bij SV Spakenburg en vertrok in de zomer bij de amateurs om een stap hogerop te maken. Na een stage in België die op niets uitliep, een gesprek met Katwijk en een periode waarin hij meetrainde met Jong Ajax kwam Spakenburg wegens een blessure bij Daan Huiskamp toch weer terug bij Krul, waardoor hij ook in de afgelopen maanden aan de boorden van het IJsselmeer actief was.
De gesprekken met Preston Lions liepen toen al enige tijd, hoe ben je precies met die club in contact gekomen?
“Ik heb Jip Bartels (die hij kent uit de jeugd van FC Utrecht, red.) op een gegeven moment een berichtje gestuurd, hij zat in Australië (bij Avondale United, red.). Hij heeft mij toen in contact gebracht met een Australische zaakwaarnemer, ik heb mailcontact met die man gehad en hoorde hele goede verhalen. Dat hij heel betrouwbaar is, duidelijk. Ik heb hem een mail gestuurd en uitgelegd dat ik graag weer in het buitenland wilde spelen, voor de levenservaring, het avontuur. Hij wilde wel weten dat ik serieus ben en niet met allerlei andere dingen bezig zou zijn in Australië. Hij merkte dat ik dat was en ook echt die kant op wilde.”
“Toen is hij voor mij gaan rondkijken en heeft hij uiteindelijk de trainer van Preston Lions gevraagd of hij iets wist. Die zei: ‘Bij ons hebben we nog een keeper nodig.’ We zochten eigenlijk naar iets op het tweede niveau, dit was meer een back-up. Op een gegeven moment heeft Jip daar een gesprek gehad en hebben ze het ook over mij gehad. De club wilde doorpakken en ik moest snel een keuze maken. Ze hadden ook een Australische keeper op het oog en anders zouden ze voor hem gaan. Toen had ik zoiets van: ‘Aan de ene kant had ik hoger ingezet, maar ga ik het risico nemen om nog langer te wachten?’ De winterperiode is sowieso lastig, zeker in Europa. Toen heb ik de knoop doorgehakt en daar getekend.”
Wat is Preston precies voor club, zijn er ambities om te promoveren?
“Ze hebben in het verleden op het hoogste niveau gespeeld, onder de naam Preston Makedonia. Ze zijn toen echter afgegleden, failliet gegaan en hebben een doorstart gemaakt onder een andere naam. Een beetje hetzelfde als Glasgow Rangers dus. Ze hebben nu inderdaad wel de ambitie om zo snel mogelijk hogerop te komen, dat maakt het ook leuk, een mooie uitdaging. De verschillen met de clubs op het tweede niveau zijn ook klein, qua financiën en entourage is het allemaal hetzelfde. Misschien is het bij deze club nog wel beter geregeld omdat het een voormalige topclub is. Leuk stadion ook, veel clubs uit de tweede divisie hebben geen eigen stadion. Het is aan ons om het niveau zo snel mogelijk op te krikken en omhoog te gaan.”
Preston is sinds 2012 je zesde buitenlandse werkgever, hoe kwam je vertrek uit Nederland in eerste instantie tot stand?
“Ik ben begonnen op Malta, dat kwam toen op m’n pad op een gegeven moment. Ik had het seizoen ervoor op huurbasis vanuit FC Utrecht bij AGOVV gespeeld, mijn contract was daar afgelopen. AGOVV wilde mij toen misschien definitief overnemen, maar dat bleef een beetje vaag en de club was heel chaotisch. Toen kwam mijn zaakwaarnemer met de vraag of ik naar Valletta FC wilde om de voorrondes van de Champions League te spelen. We zijn uiteindelijk in de derde voorronde uitgeschakeld door Partizan Belgrado. Ik had er alleen voor de Champions League-wedstrijden getekend en zou een langer contract krijgen als we de vierde voorronde zouden halen. Dat was bijna onmogelijk. Ik nam daar een risico mee, maar aan de andere kant was het wel een fantastische kans om van AGOVV naar voorronde Champions Leage te gaan. Dat wilde ik gewoon niet missen.”
“Vanuit daar kon ik naar Colombia, naar Boyacá Chicó. Toen ik op Malta klaar was waren de competities in Nederland alweer begonnen, er waren weinig clubs met interesse. Alleen De Graafschap, maar dat bleef vaag. Toen die aanbieding uit Colombia kwam had ik zoiets van: ‘Dat is ook weer een fantastische uitdaging, een kans die waarschijnlijk nooit meer terugkomt.’ Ik kwam daar als eerste Europese keeper in Zuid-Amerika. Clarence Seedorf was volgens mij de eerste Nederlander op het continent (bij Botafogo in Brazilië, red.), ik was dan de eerste Nederlander in Colombia. Dat geeft al aan hoe klein de kans is om daar te gaan spelen.”
Na je terugkeer uit Colombia stond je onder contract bij FC Groningen en het Belgische KV Turnhout, met tussendoor Bayamón FC op Puerto Rico. Dat avontuur liep echter niet uit op een succes?
“Ik ging daar inderdaad aan de slag, maar werd na een week het land weer uitgezet. Ik heb er ook een nachtje vastgezeten. We speelden toen een wedstrijd in Mexico en ik had eerder al wat problemen met m’n visum om het land in te komen. Nadat ik eruit was geweest moest ik het land opnieuw in en stond ik al gesignaleerd. Ze zijn er toen achter gekomen dat ik een wedstrijd heb gekeept, officieel heb je dan gewerkt en daar heb je een werkvergunning of een sportvisum voor nodig, die had ik geen van beide. Toen ben ik eruit gezet.”
“Daarna was ik wel even klaar met reizen, vanwege de onzekerheid, dat alles minder goed geregeld is. Ik speelde een jaar bij SC Cambuur als derde keeper en toen kwam Iwaki FC uit Japan op mijn pad. Dat was supermooi, dat smaakte weer echt naar meer. Daarom ben ik nu ook op zoek gegaan naar of een stap omhoog in Nederland, of een nieuw avontuur in het buitenland. Gezien mijn situatie hier, ik heb hier geen gezin, geen huis, geen vaste baan, ik heb gewoon alle vrijheid om te gaan waar ik wil. Het was geweldig om met Cambuur in de Eredivisie te spelen, bij Ajax meetrainen was ook supermooi. Maar om voor Spakenburg, met alle respect, in Nederland te blijven? Dan kies ik ervoor om op hetzelfde niveau in Australië te gaan spelen, waar je als grote voordeel hebt dat je gewoon hele andere dingen meemaakt.”
Je speelde ondanks twee stageperioden in Zuid-Afrika nog niet op het Afrikaanse continent. Die kans heb je in het verleden echter wel gehad.
“Toen ik nog voor Spakenburg speelde kreeg ik een aanbieding uit Madagaskar. Ik had toen echter net getekend, daardoor ging het niet door. Ik had daar voor drie of vier maanden kunnen tekenen, anders had ik het zeker gedaan. Vorig jaar toen ik net terug was uit Japan kwam er ook een aanbieding uit Swaziland, maar dat was niet heel erg serieus. Je kon er vierhonderd dollar per maand verdienen. Uiteindelijk is geld niet mijn drijfveer, maar het moet wel een beetje serieus blijven. Als ik op mijn 29e naar Swaziland ga, wat wordt dan de volgende stap? Als je iets vooruitkijkt realiseer je je ook dat het lastig wordt om vanuit Swaziland nog weer door te gaan. Ik heb natuurlijk ook mijn sportieve ambities, het is niet alleen voor het avontuur.”
Australië wordt nu de volgende bestemming, denk je dat dit je ‘laatste kunstje’ is?
“Ik heb geen idee hoe het daar gaat lopen, misschien blijf ik wat langer. Ik kon op een gegeven moment ook naar Brazilië, maar heb toen voor Turnhout gekozen. Het was allemaal wat onzeker en qua visum was het lastig om te regelen. Daar heb ik nog wel m’n contacten en zou ik graag nog heen willen. Als ik naar Noord-Amerika ga heb ik eigenlijk alles gehad, maar Spanje lijkt mij bijvoorbeeld ook nog wel mooi. We zitten er nu op trainingskamp en het leven is hier fantastisch. Zo noem ik al een aantal plekken op waar ik nog graag zou willen spelen, dus ik heb niet het gevoel dat Australië het laatste avontuur wordt.”
“Ik zie mezelf na mijn loopbaan ook niet in Australië blijven hangen. Op een gegeven moment wil ik me wel gewoon settelen in Nederland. Ik geloof dat er in de toekomst vanzelf iets op m’n pad komt en misschien kan het me straks ook helpen als ik wel op alle werelddelen heb gespeeld. Ik spreek, min of meer, zes talen en wie weet kan ik straks bijvoorbeeld lezingen geven. Ik weet niet of dat echt bij me past, maar ik heb nu wel superveel ervaring. Bij Ajax loopt bijvoorbeeld Danilo rond, een Braziliaanse jongen die daar in de A1 speelt. Ik heb laatst een keertje geholpen met vertalen van Portugees naar Nederlands met John Heitinga en de fysiotherapeut erbij. Omdat ik nu weer Portugees erbij geleerd heb, was het goed om even te kunnen helpen met iets heel kleins natuurlijk. Maar het geeft wel aan dat je mogelijkheden hebt.”