‘Ik ga naar de Aldi hier in de buurt, maar verder kom ik niet buiten’
Nederlandse profvoetballers zijn in alle uithoeken van de wereld te vinden, van de spotlights van de grote Europese competities tot de meer avontuurlijke dienstverbanden op andere continenten. In de rubriek Over de Grens spreekt Voetbalzone wekelijks met een speler die buiten de landsgrenzen actief is. Met deze keer aandacht voor Rúben Rodrigues, die FC Den Bosch een halfjaar geleden verruilde voor het Engelse Notts County.
Door Chris Meijer
Wat Rúben Rodrigues de rest van zijn zondag van plan is? “Call of Duty: Black Ops Cold War met Jort van der Sande en Luuk Brouwers”, klinkt het direct gedecideerd. “En o ja, ik heb ook Tottenham - Leicester City aan staan. Engels voetbal is altijd leuk om te kijken, daar houd ik me wel mee bezig. Netflix, een beetje Videoland: daar vul ik mijn dagen mee.” Het leven van Rodrigues omvat op het moment niet veel meer dan deze vrijetijdsbesteding, trainen en, vooral in deze tijd heel veel, wedstrijden spelen. Nottingham zit momenteel in de hoogste tier - waarmee de Engelsen per regio de coronamaatregelen bepalen op basis van het aantal besmettingen - en daardoor is er bar weinig te doen in de stad.
Als Rodrigues niet op de club is, slijt hij zijn dagen in zijn appartement in de stad waar Robin Hood ooit geleefd zou hebben. Alleen, doorgaans. Hij woont weliswaar samen met Richard Brindley, maar zijn ploeggenoot (‘een topgozer’) brengt een behoorlijk deel van zijn vrije tijd door bij zijn vriendin. Met Enzio Boldewijn heeft Rodrigues ook nog een Nederlandse ploeggenoot bij Notts County, alleen woont hij bij zijn vriendin op een uur rijden van Nottingham. Alleen met de Belgische Elisha Sam (ex-FC Eindhoven) trekt hij buiten het veld nog weleens op. “Ik kom thuis, doe niks en ga de volgende dag weer trainen. Dat is een beetje jammer, want het leven bestaat niet alleen uit voetbal. Als er boodschappen gedaan moeten worden, ga ik naar de Aldi hier in de buurt. Verder kom ik niet buiten.”
Het is niet direct de beste tijd om in Engeland te aarden. Niet alleen zijn de stadions vrijwel allemaal leeg, het eiland is sinds kort ook volledig afgesloten van de rest van Europa. Het liefst had Rodrigues zijn familie naar Nottingham zien komen voor de kerstdagen. Zijn ouders zag hij door alle coronabeperkingen al een halfjaar niet. Op het moment dat Voetbalzone hem belt, moet hij zich aanvankelijk nog even verontschuldigen. “Ik was even met mijn moeder in gesprek. We hebben wel dagelijks contact, ja”, vertelt Rodrigues later. Hij haalt zijn schouders op. De situatie is niet altijd even leuk, maar hij wist enigszins wat hem te wachten stond toen hij afgelopen zomer voor zijn eerste avontuur in het buitenland koos.
Het voetballeven van Rodrigues kent een grillig en opvallend verloop. Zijn ouders verhuisden op zijn vierde met hun twee zoons van het Portugese Oliveira de Azeméis naar het Brabantse Best. Rodrigues had door de taal moeite om te aarden in Nederland en begon pas vier jaar later in clubverband met voetballen bij vv Boskant in Sint-Oedenrode, nadat de schilder van de buren hem had zien spelen in de tuin. Al snel na die ontdekking werkte Rodrigues zonder succes stages af bij PSV en FC Den Bosch, waarna hij op zijn twaalfde alsnog bij laatstgenoemde club terecht kwam. Na drie jaar werd hij weggestuurd, in zijn eigen woorden omdat hij een ‘kutkind’ was. Via de amateurs van Wilhelmina Boys en Gemert keerde hij op zijn 22e terug bij FC Den Bosch. Al tijdens zijn eerste seizoen verdween hij weer uit het profvoetbal, aangezien hij na de winterstop verhuurd werd aan tweededivionist De Treffers. Na de mislukte overname door Kakhi Jordania en de daarmee gepaarde exodus van spelers bij FC Den Bosch, kwam Rodrigues tóch weer bovendrijven.
Met 12 doelpunten en 10 assists speelde Rodrigues zich vorig seizoen nadrukkelijk in de kijker. Hij besloot zijn aflopende contract bij FC Den Bosch ondanks een nieuwe aanbieding niet te verlengen. Zijn doel was duidelijk: de 24-jarige aanvallende middenvelder wilde de stap naar de Eredivisie maken. Verschillende clubs informeerden bij zijn zaakwaarnemer en RKC Waalwijk nodigde hem zelfs concreet uit voor een gesprek. “Eigenlijk was mijn doel om richting de Eredivisie te gaan, dat is toch een droom. Maar ja, door de coronacrisis viel dat een beetje weg en ben ik eerder dan gepland naar het buitenland gegaan. Naarmate de tijd vorderde, namen de opties sowieso een beetje af.” Rodrigues had wel concreet aanbiedingen vanuit geboorteland Portugal, de 3.Liga in Duitsland en Notts County op zak. In eerste instantie zag hij nog weinig in een overstap naar Engeland. Notts County gaf echter niet op en bleef bellen. “Ze spraken heel positief over me. Ik heb wat beelden bekeken met mijn zaakwaarnemer, alles zag er heel positief en goed uit. Oké, dat is op beelden altijd het geval. Maar toen ben ik er twee dagen naartoe gegaan en de faciliteiten waren echt, echt mooi. Toen heb ik besloten om te tekenen.”
Op dat moment was nog niet duidelijk op welk niveau Notts County nu zou acteren. The Magpies reikten vorig seizoen in de play-offs om promotie naar de League Two tot de finale. Dus zat Rodrigues op 2 augustus voor zijn laptop, om via een stream te kijken wat er op Wembley gebeurde. Harrogate Town promoveerde echter ten koste van Notts County naar het vierde niveau van het Engelse voetbal. “Dat was wel jammer, want anders had ik nu in de League Two gestaan en dat is een heel ander niveau. In de National League zitten zeker tien clubs die dolgraag willen meedoen om promotie, dus die kopen nieuwe spelers en halen nieuwe trainers. De verhoudingen in de League Two liggen anders, daar wordt meer voor handhaving gespeeld. Ik denk dat we met dit team ook prima kunnen meedoen in de League Two.”
Notts County is een roemruchte naam vanuit het verleden. De club werd in 1862 opgericht, won in 1894 de FA Cup en stond aan de basis van het zwart-wit gestreepte shirt van Juventus. Het verhaal wil dat men begin vorige eeuw in Turijn klaar was met de vervagende roze shirts, waarna via een vriend van toenmalig speler John Savage een tas met zwart-wit gestreepte tenues van Notts County naar Italië werd gestuurd. Notts County bracht de recente geschiedenis vooral door in de schaduw van stadgenoot Nottingham Forest, dat eind jaren zeventig tweemaal winnaar van de Europa Cup I werd en een landstitel veroverde. Toch had Notts County nog iets waar men uitermate trots op was: de titel van oudste profclub ter wereld. Officieel verloor Notts County deze status anderhalf jaar geleden, toen de club als voorlaatste eindigde in de League Two en derhalve degradeerde vanuit het laagste profniveau van het Engelse voetbal. In de National League zitten overigens maar vier clubs die niet volledig professioneel zijn, dus in zekere zin is Notts County nog altijd de oudste profclub ter wereld.
In de 158-jarige clubgeschiedenis speelde er overigens nog nooit een Portugees in het shirt van Notts County. Tot afgelopen zomer, want Rodrigues is op papier de eerste Portugese speler in het zwart-witte shirt. “Dat is wel een mooi iets. Maar als ik mijn verhaal uitleg, reageren ze: ‘Oh, je bent dus gewoon een Nederlander’. Voor dit verhaal kan ik me beter een Portugees noemen. Weet je wat het is? Als ik in Portugal ben, word ik als Nederlander gezien. In Nederland word ik weer als Portugees gezien. Ik weet het ook niet allemaal.” Rodrigues is overigens niet de enige Portugees binnen Notts County, want head of medical service Marco Ferreira is eveneens geboren in Portugal. “Hij heeft me wel geholpen om mijn plek te vinden, ook op het conditionele vlak. Verder legt hij ook wel een beetje uit wat de trainer van me wil. Hij is nog niet zo oud, dus we hebben een beetje dezelfde interesses en in het begin trok ik wel met hem op.”
Het kostte Rodrigues in het begin van dit seizoen wat moeite om zijn plaats te vinden in Engeland. Hij speelde op 6 maart tegen Almere City zijn laatste wedstrijd voor FC Den Bosch, terwijl zijn nieuwe ploeggenoten in augustus nog streden om promotie. “Op trainingen gaat het er wat harder aan niveau, iedereen gaat volle bak. In Nederland liepen een paar spelers af en toe de kantjes er vanaf. Jongens die toch in de basis stonden. Je kent het wel, toch? Ze verdedigen hier een stuk beter, dus ik moest wat sneller handelen aan de bal. In Nederland krijg je nog weleens de tijd op het middenveld. Hier klappen ze meteen in je nek. Het niveau is anders. Voetballend ligt het niet hoger, de basistechniek in Nederland is beter. Maar het gaat wel sneller en de dode spelmomenten zijn cruciaal. Iedere club heeft varianten op vrije trappen en corners, wij hebben er zes.”
Ondanks dat het in het begin aanpoten was en er van Rodrigues vooral in verdedigend opzicht wat anders verwacht werd als aanvallende middenvelder dan bij FC Den Bosch, speelde hij in zijn eerste halfjaar toch al negen van de veertien wedstrijden in de basiself. “Oh, ik wist niet dat ik er zoveel had”, reageert Rodrigues verrast als hij zijn aantal optredens hoort. “Voor mijn gevoel had ik qua doelpunten, assists en speelminuten nog niet helemaal gekregen wat ik wilde. Ik dacht dat ik iets minder had gespeeld. Zo klinkt het niet verkeerd, nee. Maar ik heb nog geen enkele keer de volle negentig minuten kunnen maken, dat vind ik wel jammer. Dit is voor mij een belangrijk leerjaar, maar volgend seizoen moet ik het laten zien en dan hoop ik zo snel mogelijk een stap te maken. Ik ben 24, dus ik ben niet echt een jonge voetballer meer.”
De intenties van Notts County voor dit seizoen zijn in ieder geval duidelijk: de oudste profclub ter wereld moet zo snel mogelijk terug het Engelse profvoetbal. The Magpies bezetten momenteel de vierde plek in de National League, met één punt achterstand op Hartlepool United, drie punten achterstand op Sutton United en twaalf punten achterstand op Torquay United, al speelden de nummer drie en de koploper wel twee wedstrijden meer. “Eén goed seizoen kan doorslaggevend zijn, je wordt dan al snel opgepikt door een club in de League One of zelfs de Championship. Maar goed, toen ik twee jaar geleden bij De Treffers speelde, had ik nooit verwacht dat er al zo’n kans zou komen.” Zolang hij in Engeland beschouwd wordt als Portugees, ligt er op termijn misschien één club wel voor de hand. “Wolverhampton Wanderers, ja. Dat is nog wel ver weg, hoor”, lacht Rodrigues. “Benfica is de droom van de dromen, maar we moeten realistisch blijven. Amerika zou ik ook ooit wel mooi vinden. Ik heb heel veel dromen. Eerst hier maar mijn best doen.”