voetbalzone

‘Ik ben enorm trots dat ik toen liet zien dat ik Feyenoord-waardig was’

Thijs04 mei 2021, 21:32
Laatst bijgewerkt: 04 mei 2021, 21:32
Advertentie

Nederlandse profvoetballers zijn in alle uithoeken van de wereld te vinden, van de spotlights van de grote Europese competities tot de meer avontuurlijke dienstverbanden op andere continenten. In de rubriek Over de Grens spreekt Voetbalzone wekelijks met een speler die buiten de landsgrenzen actief is. Met deze keer aandacht voor Kevin Diks, die dit seizoen door Fiorentina wordt verhuurd aan het Deense Aarhus GF en daar eindelijk weer plezier heeft in het voetbal na een slepende knieblessure.

Door Thijs Verhaar

“Het leven in Denemarken is duur, vooral restaurants en zo.” Dat is het enige negatieve punt wat Diks kan bedenken na een vlammend betoog over mooie natuur, vriendelijke mensen, goede voetbalorganisaties en een warme club die hem alle tijd en ruimte heeft gegeven om zijn lichaam aan te laten sterken na anderhalf jaar kwakkelen met een knieblessure. “Het is allemaal top hier, alleen zes euro voor een cappuccino is natuurlijk wel prijzig.” Een vrolijke lach schalt door de telefoon. “Dat is echt het enige wat ik kan verzinnen en het is voor mij niet eens een probleem, want ik kan heus nog wel wat centjes missen voor een lekkere kop koffie.”

Diks brak op zijn zeventiende al door bij Vitesse en maakte daarbij zoveel indruk dat hij al na anderhalf jaar een toptransfer naar Fiorentina maakte. De Italiaanse subtopper legde drie miljoen euro op tafel en stippelde een plan uit om hem langzaam klaar te stomen voor een succesvolle loopbaan in de Serie A. Alleen het woord langzaam paste niet echt bij het jeugdige enthousiasme van Diks, geeft hij vijf jaar later grif toe. “Ik zeg heel eerlijk dat die stap achteraf gewoon te groot was om in een keer te nemen. Qua cultuuromslag, qua speelstijl en qua concurrentie. Ik zag vooral bella vita, maar had wel concurrenten als Federico Bernardeschi en Gilberto waar ik het tegen moest opnemen. Ik wist dus in mijn hart wel dat ik niet meteen zou spelen, maar dacht toch snel kansen te krijgen.”

voetbalzone

Twee keer vijf minuten speeltijd in de eerste seizoenshelft vond hij dan ook niet genoeg, dus drong hij aan op een verhuur naar zijn oude club Vitesse. De Arnhemmers stonden destijds in de halve finale van de beker en hadden interesse om hem te huren. “Ik stapte daarom naar de voorzitter om te vragen waar ik stond, want ik was het zat om steeds vijf of zes uur met de jeugdploeg in de bus te zitten om daar mijn wedstrijden te spelen. Daarvoor ben ik niet gekomen en daarvoor heeft de club ook geen drie miljoen betaald, zei ik tegen mezelf.” De club wilde hem liever dichter bij huis houden en droeg twee opties in de Serie B aan, maar Diks zag meer in een tijdelijke terugkeer naar zijn vertrouwde omgeving. “Achteraf denk ik wel eens dat ik toen beter in Italië had kunnen blijven, maar anderzijds had ik dan ook de beker met Vitesse niet gewonnen. En mijn twee prijzen met Feyenoord had ik dan ook niet gepakt.”

Het is desondanks iets waar de nu 24-jarige Diks flink mee heeft geworsteld in zijn hoofd. Hoe had zijn loopbaan eruit gezien als hij als jongen van negentien bij de selectie van Fiorentina was gebleven of zichzelf de Italiaanse speelstijl had aangeleerd in de Serie B? “Dat weet ik niet, maar ik weet wel dat ik bij allebei ‘mijn’ clubs in Nederland heb gespeeld en daar gelukkig mee ben. Vitesse zit voor altijd in mijn hart vanwege mijn tijd daar en als kind was ik voor Feyenoord. Hoe mooi is het dan dat ik met beide clubs de KNVB Beker heb gewonnen en met Feyenoord ook de Supercup nog pakte in mijn seizoen daar?” Het zijn herinneringen die niemand hem meer afpakt, zoals hij ook altijd blijft koesteren dat hij op het veld heeft gestaan met Robin van Persie. “Een geweldige voetballer en een geweldige man. Als iemand die prijs toen verdiende was hij het wel.”

voetbalzone

Inderdaad werd de gewonnen bekerfinale van 2018 een laatste kroon op de meesterlijke loopbaan van de topscorer aller tijden van het Nederlands elftal, maar ook voor Diks was het een enorme mentale opsteker. Hij weet nog als de dag van gisteren hoeveel kritiek hij in zijn eerste maanden in De Kuip kreeg. “De fans waren niet tevreden na mijn slechte start en ook de media doken er vol op. Dat probeer je dan wel van je af te laten glijden, maar ik wist zelf ook wel dat ik toen niet de Kevin was van mijn eerste jaren bij Vitesse.” Hij geeft aan dat de extra druk van een topclub hem dwars zat en weet nog precies welk moment hem het hardste trof. “Toen mijn goede vriend en collega rechtsback Bart Nieuwkoop en ik allebei op de bank zaten omdat Jeremiah St. Juste als centrale verdediger de voorkeur kreeg op mijn positie. Tegen Vitesse, nota bene. Dat was natuurlijk mijn oude club, dus wilde ik dolgraag laten zien dat ik meer in mijn mars had dan iedereen dacht.”

Het liep die dag echter anders voor Diks, die samen met Nieuwkoop mocht warmlopen toen St. Juste een blessure opliep. “Ik wist meteen dat degene die op dat moment in zou vallen, voor langere tijd basisspeler zou zijn. Dat voelde ik aan alles. Daarom baalde ik echt als een stekker toen Bart werd gekozen. Hij is nog steeds een van mijn beste vrienden en ik gun hem alles, maar op dat moment zat ik helemaal stuk. Ik heb daarna zeker tien minuten met een brok in mijn keel op de bank gezeten. Fack man…”. Des te groter was zijn verbazing toen hij in de wedstrijd daarna tegen Heracles Almelo wel de kans kreeg van trainer Giovanni van Bronckhorst. “Dat was een alles of niets moment voor mij en ik ben enorm trots dat ik toen wel heb laten zien dat ik het waard was om voor Feyenoord te spelen. Ik bleef het hele seizoen staan en kreeg te horen dat de club zelfs informeerde of er geen mogelijkheid om me nog een jaar te huren van Fiorentina.”

De Italianen wilden hem echter weer eens in Florence aan het werk zien en Feyenoord koos uiteindelijk voor Cuco Martina, waardoor Diks zich vol op zijn kans bij zijn eigenlijke werkgever stortte. “In de voorbereiding ging het ook nog eens heel lekker, maar in de eerste zeven wedstrijden kwam ik toch steeds niet verder dan warmlopen”, blikt Diks terug. “En dat terwijl iedereen zei dat ik veel verder was dan in mijn eerste periode bij de club.” Zelf had hij nog de hoop dat een serie interlands met Jong Oranje hem kansen bij Fiorentina zou opleveren, maar toen sloeg het noodlot toe met een ernstige knieblessure. “Daar bleef ik maar mee struggelen. De dokters en ik probeerden van alles en niets hielp. Ik verloor alle spierkracht eromheen. Ik ben altijd een iel mannetje geweest, maar ik was wel sterk. Nu viel dat ook nog weg, dus zag het er echt niet uit”, aldus Diks, die steeds maar voor negentig procent herstelde en daarna een terugval kreeg.

Uiteindelijk leek hij in de winter van 2019 fit genoeg om zijn kwaliteiten te tonen bij Empoli, maar die verhuurbeurt liep in het water door de zoveelste terugval. Het ergste was dat Diks eigenlijk nog steeds geen idee had wat er nou precies mis was. “Ik wist het gewoon niet. Ik bedacht me wel steeds dat ik mijn carrière maar een keer kan invullen, dus wilde ik al het mogelijke doen.” Hij besloot naar België te gaan, waar ik veel goede verhalen over een specialist hoorde. “De kosten heb ik allemaal zelf betaald. Dat maakte me niets uit, want ik ben een profvoetballer en geen geldwolf.” Het bleek de beste keuze die hij had kunnen maken, want met een hersteltraject van vijf maanden slaagden de artsen erin om hem pijnvrij te krijgen. “Zij hebben mijn loopbaan gered”, aldus Diks, die in die herstelperiode veel nadacht over het vervolg van zijn loopbaan.

“Ik moest realistisch zijn, want zonder ritme ga je het niet redden in de Serie A. En al zeker niet bij de club waar je eerst met volledige fitheid ook niet aan de bak kwam”, klinkt het zelfbewust. Hij nam zichzelf voor een stap terug te doen om er vervolgens twee vooruit te zetten. De stap terug ging uiteindelijk naar Aarhus, al kon die Deense ploeg volgens Diks nauwelijks geloven dat het een voormalig Nederlands jeugdinternational uit de Serie A kon huren. “Ze lieten zien me heel graag te willen en dachten mee over een traject waarbij ik langzaam van geblesseerde jongen naar profvoetballer kon teruggroeien. Eerst een paar minuutjes, daarna wat langer en aan het einde van het seizoen draaide ik hele wedstrijden”, aldus de rechtsback, die afgelopen zomer met alle plezier instemde om nog een jaar in Denemarken te blijven. “Ik had wel meer opties, maar ik heb het hier echt goed naar mijn zin. Ik ken iedereen en kan eindelijk weer doen wat ik het leukste vind. Lekker voetballen. Ik ben zo blij dat ik eindelijk weer kan zeggen dat ik de boel op de rit heb.”

In de huidige jaargang staat hij op zestien competitiewedstrijden, waarmee zijn carrieretotaal al boven de 150 officiële duels is gestegen. “Inmiddels heb ik dus best wel veel ervaring in drie verschillende landen”, concludeert hij optimistisch. Hij rekent voor dat hij nog zes duels in Deense dienst kan spelen en zich dan ‘fitter dan ooit’ opmaakt voor een volgende stap in zijn loopbaan. “De jaren bij Aarhus hebben me echt goed gedaan. Het zal iedereen verbazen hoe het niveau hier is. Ik denk dat veel mensen het onderschatten, maar zeker de top zes hier speelt leuk voetbal. Aan het begin van het seizoen werden we helaas uitgeschakeld in de tweede voorronde van de Europa League. Anders hadden we tegen PSV gemogen en ik weet zeker dat we het hen lastig hadden kunnen maken. Het is ook niet voor niets dat clubs als Ajax, FC Groningen en sc Heerenveen hier veel scouten.”

In de resterende zes wedstrijden hoopt Diks nog een plaatsje te stijgen met zijn ploeg. Aarhus staat nu vierde, wat aan het einde van de rit recht geeft op een ticket voor de voorronde van de Conference League. Plek 3 zou zijn team toegang geven tot het voorportaal van de Europa League. “We staan er nu drie punten achter en ik wil de ploeg dolgraag iets teruggeven. Aarhus kwam op het perfecte moment voor mij en heeft me terug op de kaart gezet”, aldus de rechtsback, die nog niet weet wat hij volgend seizoen doet. “Ik ben inmiddels dichtbij het niveau waar ik wil zijn, dus we zullen zien. Ik heb nog een jaar contract bij Fiorentina en ga in principe daarheen terug. Ik verwacht niet dat ik nu opeens wel direct eerste keuze ga zijn, maar wil wel knokken voor mijn kans”, klinkt het strijdlustig. “Fiorentina is nog steeds wel de club die mij ooit het vertrouwen gaf en me een nieuw contract gunde toen ik zwaar geblesseerd was, dus dat vertrouwen wil ik graag terugbetalen. Soms voel ik me ouder omdat ik al zo lang meedraai, maar ik ben nog altijd pas 24 jaar. Ik weet zeker dat er nog mooie dingen staan te gebeuren voor mij.”