voetbalzone

IJsland completeert sprookjesverhaal: ‘Dit is de voetbalhemel’

Chris Meijer10 okt 2017, 09:30
Laatst bijgewerkt: 10 okt 2017, 09:30
Advertentie

Dit artikel verscheen in juni al op Voetbalzone. Omdat de nationale ploeg van IJsland zich maandagavond plaatste voor het WK in Rusland, valt onderstaand verhaal over het voetbal in IJsland nu te herlezen.

REYKJAVIK - Indien IJsland zondagavond weet af te rekenen met Kroatië, zet het een grote stap richting plaatsing voor het WK. Kwalificatie voor het toernooi zou een nieuwe dimensie geven aan het voetbalsprookje dat zich afgelopen zomer in Frankrijk voltrok tijdens het EK. Toch is het niet helemaal toevallig dat de IJslanders zo goed presteren op voetbalgebied.

’La Masia van het noorden’
Onder de rook van Reykjavik ligt het dorpje Kópavogur, waar ruim 33.000 mensen wonen. Het hoogste gebouw van IJsland, de Smáratorg Toren, is in het dorp te vinden, maar Kópavogur staat vooral bekend als thuishaven van Breidablik. De IJslandse talentenfabriek bracht onder meer Gylfi Sigurdsson, Alfred Finnbogason en Sverrir Ingi Ingason voort. De Onder-19 trad afgelopen seizoen voor het eerst aan in de UEFA Youth League. Over twee duels werd er vrij kansloos verloren van Ajax Onder-19, dat onder meer Justin Kluivert en Matthijs de Ligt in de gelederen had. De jeugdteams van Breidablik worden regelmatig kampioen in hun leeftijdscategorie en het eerste elftal werd in 2010 voor het eerst kampioen. Dat team bestond voornamelijk uit zelfopgeleide spelers. “Zestien van de achttien spelers waren zelfopgeleid, dus dat zei wel dat we goed bezig waren. In de afgelopen negen jaar hebben we negentien spelers aan Europese clubs verkocht”, zei Dadi Rafnsson, voormalig hoofd jeugdopleiding bij Breidablik, tegen ESPN.

voetbalzone

Het is niet zo dat Kópavogur een broedplaats voor voetballend talent is. Sigurdsson begon namelijk met voetballen bij FH Hafnarfjördur, terwijl Finnbogason Fjölnir Reykjavik op jonge leeftijd inruilde voor Breidablik. Beiden kozen voor de club vanwege de goede faciliteiten en de gerenommeerde coaches. The Guardian noemde de jeugdopleiding van Breidablik ‘La Masia van het noorden’, vanwege de vooruitstrevende jeugdopleiding. Met het ontwikkelen van de faciliteiten bleek de club een pionier in het IJslandse voetbal. In het begin van de 21e eeuw was Breidablik één van de eerste clubs die een hal bouwde, waardoor er binnen gevoetbald kan worden. “Eigenlijk hebben we alleen in de zomer goede weersomstandigheden om te voetballen”, zei bondsvoorzitter Geir Thorsteinsson tegen VICE Sports. In het verleden konden de voetballers dus eigenlijk alleen in de zomer voetballen, maar in de winter was het onbegonnen werk. Oud-speler Gunnlaugur Jónsson herinnerde zich tegenover These Football Times: “We trainden in één jaar op zes verschillende ondergronden. Buiten liepen we hard op beton, voordat we binnen op parket gingen trainen. We trainden vaak in de sportschool en voetbalden buiten op gravel, dat bij de zee lag. Dit deden we allemaal totdat we natuurgras konden gebruiken in de zomer.”

Sleutel tot succes
Met financiële hulp van de regering zijn er op dit gebied echter stappen gemaakt. Al snel volgden andere clubs het voorbeeld van Breidablik met het bouwen van een dergelijke voetbalhal, gefinancierd met publiek geld. Inmiddels kent IJsland zeven van dergelijke ‘voetbalhallen’. In verhouding beschikt IJsland nu over meer hallen dan Noorwegen en Zweden. Daarnaast zijn er in zeventien jaar twintig kunstgrasvelden aangelegd. Deze velden liggen wel buiten, maar de meeste beschikken over veldverwarming, waardoor er het hele jaar op gevoetbald kan worden. “Kunstgrasvelden werden in het buitenland normaal. Men dacht: Dat moeten we thuis ook doen. Daardoor is het balletje gaan rollen. We hebben hier een dorpje met zevenduizend inwoners, ook zij hebben de beschikking over zo’n hal”, aldus Annar Gunnarsson, werkzaam bij de IJslandse bond, in gesprek met VICE Sports.

voetbalzone

Dankzij subsidie van de overheid kunnen kinderen jonger dan tien jaar voor een bedrag tussen de driehonderd en vijfhonderd euro enkele keren per week trainen. Als je ouder dan tien bent, betaal je een bedrag van zo’n zeshonderd euro per jaar. Voor een land waar het prijspeil überhaupt al hoger ligt, is dat geen hoog bedrag. “We hebben 1400 spelers hier. De jongste spelers zijn drie en dat loopt helemaal door naar het eerste elftal. Ik heb veel gereisd, maar nergens kunnen kinderen zoveel trainen voor zo weinig geld met zulke goede coaches en faciliteiten”, stelde Rafnsson, hoofd coaching bij Breidablik. “Je kan hier gewoon komen spelen en onderdeel uitmaken van Breidablik, ongeacht je kwaliteiten. Het is alsof je speelt en traint bij Liverpool, terwijl je het eerste elftal helemaal niet zult halen.”

Breidablik beschikt over 29 gediplomeerde coaches van wie 16 het hoogste trainerspapiertje hebben. In heel IJsland lopen er 850 trainers rond die minstens het UEFA B-diploma hebben. Op dit moment zijn er zo’n 22.000 geregistreerde voetballers, wat betekent dat er één trainer per 15 voetballers aanwezig is. Ter vergelijking: in het Verenigd Koninkrijk is dat er één per 35 voetballers. “Zelfs als je op vierjarige leeftijd begint met voetballen, krijg je goede coaching. Iedere trainer in IJsland krijgt betaald, we hebben geen amateurs”, vertelde Dagur Sveinn Dagbjartsson, coördinator van de trainersopleidingen, tegen the Guardian. Gek genoeg is de enorme aanwezigheid van trainers een gevolg van de financiële crisis. Mensen verloren hun baan in het bedrijfsleven en gingen in de voetbalwereld aan de slag. “Als je faalt, is het heel makkelijk om terug te komen in IJsland. Mensen vangen je op en je gaat gewoon weer door. Omdat we een klein land zijn, heeft iedereen het gevoel dat hij er toe doet”, zei Rafnsson, die bij Apple werkte voordat hij full-time aan de slag ging bij Breidablik.

De IJslandse voetbalbond heeft daarnaast door de jaren heen stukken grond naast scholen opgekocht. Daar hebben ze ook kunstgrasvelden aangelegd, zodat kinderen in de pauzes op die velden kunnen spelen. Er liggen zo’n 130 van die miniveldjes verspreid over het land. Rafnsson tegenover the Guardian: “In mijn ogen gaat het nu zo goed doordat de kinderen zolang kunnen trainen als ze zelf willen, met een goede trainer en onder goede omstandigheden. Kleine kinderen worden hier met de bus gedropt. Je speelt en hebt plezier. Op een gegeven moment komt ook de oudere jeugd en het eerste elftal erbij, dus je hebt veel interactie. Er is discipline, maar we willen niet dat iedere speler hetzelfde wordt. We willen niet dat ze hun karakter verliezen.”

’Het beste voorbeeld is Nederland’
Het is geen toeval dat de huidige generatie is opgegroeid in de tijd dat de voetbalbond het roer omgooide. De revolutie heeft ervoor gezorgd dat IJsland andere spelers voortbrengt dan voorheen. IJslandse spelers zijn tegenwoordig meer technisch en minder afhankelijk van hun kracht, met de bij Breidablik opgeleide Gylfi Sigurdsson als beste voorbeeld. “Hij is een speler van wereldklasse. Zowel in balbezit als bij balverlies speelt hij een grote rol. Dat maakt hem uniek, hij zou in ieder team kunnen spelen”, klonk het lovend uit de mond van voormalig bondscoach Lars Lägerback, die IJsland naar het eerste grote toernooi ooit leidde. In de kwalificatiereeks werd er onder meer afgerekend met Oranje. De verbeterde faciliteiten hebben meer talent opgeleverd, maar ook een verandering in de mindset van de IJslandse voetballers.

voetbalzone

“Het beste voorbeeld is Nederland”, constateerde 88-voudig international Eidur Gudjohnsen tegenover ESPN. “In 2008 speelden we in Rotterdam. Ik wil de bondscoach en spelers van toen niet afvallen, maar er was op dat moment een bepaalde instelling. De bondscoach zei in de voorbespreking: We proberen de stand zo lang mogelijk op 0-0 te houden en kijken vanaf daar wel hoe ver we komen. Dat gebeurde niet en we verloren met 2-0. In de EK-kwalificatie speelden we weer tegen Nederland, dit keer thuis. In de voorbespreking werd er echter gezegd: Zo gaan we Nederland verslaan. Dat hebben we gedaan en we wonnen met 2-0.”

IJsland heeft laten zien waar een klein land groot in kan zijn. Een aantal jaar geleden stond het land nog 131e op de wereldranglijst, in de buurt bij San Marino, Andorra en Liechtenstein. Nu is het land nummer 22 van de wereld, boven bijvoorbeeld Nederland, de Verenigde Staten en Turkije. De Verenigde Staten hebben ter vergelijking duizend keer meer inwoners dan IJsland. “Er kwam hier vorig jaar een Engelse trainer en hij sloeg de spijker op zijn kop”, zei Rafnsson, die tegenwoordig bij het Chinese Jiangsu Suning werkt. “Hij kwam hier binnen en zei: Dit is de voetbalhemel.”