Huntelaar: ‘Ik zag de beelden later, maar ik ben geen gemene voetballer’

Klaas-Jan Huntelaar benadrukt dat hij geen kwade intenties had, toen hij zaterdag een overtreding inzette op Manuel Schmiedebach. In de slotfase van de competitiewedstrijd tegen Hannover 96 ging de spits over de schreef en schoffelde hij zijn tegenstander onderuit: dat kwam hem op een rode kaart te staan. Huntelaar wilde na afloop niet reageren op de uitsluiting, maar doet dat twee dagen later toch nog.

Op de beelden lijkt het of the Hunter met opzet de harde tackle inzette. Dat is echter zeker niet zo, zegt hij nu op de clubwebsite van Schalke 04. “De tegenstander zette een counter op en ik wilde hem de bal ontnemen. Omdat we allebei even snel waren, dacht ik dat het beter zou zijn om mijn been ervoor te zetten. Dat de bal verder lag dan waar mijn been terecht kwam, zag ik later pas op de beelden”, excuseert Huntelaar zich.

Hij zegt wel te begrijpen, dat scheidsrechter Sascha Stegemann hem met rood wegzond. “Inmiddels wel, ja. Na het zien van de beelden moet ik zeggen dat de scheidsrechter het goed zag. Ik heb me verkeken op de situatie zoals die was”, aldus Huntelaar. Maandag werd hij door de tuchtcommissie van de Duitse bond (DFB) voor zes wedstrijden geschorst. Schalke 04 vindt die straf echter buitenproportioneel en tekent daarom meteen beroep aan.

Huntelaar benadrukt dat hij niet uit was op het blesseren van Schmiedebach. “Ik stond echt perplex toen ik rood kreeg, want ik ging het duel niet met verkeerde intenties in en ben ook geen gemene voetballer. Ik heb in mijn hele carrière in de Bundesliga één keer rood gekregen, een tweede gele kaart”, aldus de Nederlander. Deze week hoort hij of het beroep van zijn club tegen de schorsing iets uithaalt.