Hoogstrate, de vuurpijl die een nachtkaars bleek
Het was ergens in de zomer van 2001. De Twin Towers stonden nog overeind en George Bush was zijn ‘war on terrorism’ dus nog niet begonnen. Pim Fortuin leefde nog, Theo van Gogh maakte nog films en Volkert van der G. was nog een leuke buur en een gerespecteerd collega. Kortom, de wereld was nog rustig.
De wereld was nog rustig en voetbal minnend Nederland was nog blij. Nederland had namelijk een fenomenale lichting. Een lichting met louter toppers op alle posities. Ook hadden we Louis. Onze ‘löffel an löffel’ liggende lederhozen vriend die tegenwoordig het mooie weer maakt bij Bayern München, was destijds onze coach, onze bondscoach. Ook al liep de kwalificatie naar Zuid-Korea en Japan niet op rolletjes, Van Gaal zou ‘onze jongens’ wel even helpen om die titel te winnen.
Naast topvoetballers, een topcoach en een aanstaande wereldtitel hadden we ook nog groeibriljanten. We hadden Arjen Robben, de ‘wingwizzard’ die tijdens zijn eerste profwedstrijd Patrick Paauwe alle hoeken van het veld liet zien. We hadden Robin van Persie. Een nog niet doorgebroken toptalent. Maar de verhalen waren goed, heel goed. Ook hadden we Rafael van der Vaart, een enorm talent, Hij moest wel eindigen als dé grote vedette van een Spaanse topclub. We hadden bijna alles om de komende drie wereldkampioenschappen te winnen, het enige wat we nu nog nodig hadden om na 2002 nog een aantal ‘cupjes te pakken’ was een degelijke controleur. Uiteraard wel één met voetballend vermogen, want daar houd Nederland van. Het liefste zagen we natuurlijk een ‘deep lying playmaker’. Een term die destijds nog niet bestond, maar het type dat bestond al wel. We wouden natuurlijk een ‘deep lying playmaker’ met veel kracht, een goeie tackle en rust. Maar dat had Nederland niet. Nederland had rasvoetballertjes en Nederland had Hoogstrate. Jordi Hoogstrate.
Hoogstrate. Geboren op 2 juni 1983 in Groningen. Samen met Robben heeft hij FC Groningen heel veel geld opgeleverd, de club die het geld overmaakte was PSV uit Eindhoven. Over Robben weid ik verder niet meer uit. Iedereen weet dat hij een hele grote is geworden. Hoogstrate zou ook een grote worden, dat hadden ‘de kenners’ namelijk al even ‘voorspeld’. Wereldtop misschien niet. “maar het moest wel heel raar lopen als Hoogstrate het Nederlands elftal niet zou halen”. Dat klopt. Hoogstrate was namelijk als vuurpijl de lucht in geschoten bij FC Groningen. Zijn meer dan gemiddelde talent werd gekoppeld aan een strijd tegen degradatie met Groningen. Een ideale combinatie, want zo leerde de voetballer Hoogstrate knokken op het veld. En zo leerde de mens Hoogstrate om te gaan met de druk. De mentale druk van verliespartijen en teleurstellingen. Uit zo’n situatie kon louter geleerd worden, toch?
Inderdaad, hieruit kon alleen geleerd worden en dan deed Hoogstrate dus. Het talent ontwikkelde zich goed door. Voetbaltechnisch werd hij beter, fysiek ook, hij werd sterker. En ook mentaal maakte Hoogstrate stappen. Het gerucht ging zelfs dat PSV, het grote PSV uit Eindhoven, interesse zou hebben in Hoogstrate. Hij was 21 jaar, een begaafde defensieve middenvelder en hij werd alleen nog maar beter, hadden we dan toch een ‘ deep lying playmaker’? Hadden we dan toch onze eigen regisseur met een harde tackle? Hadden we onze eigen Fernando Redondo?
Helaas moet deze vraag negatief worden weggezet. Omdat het allemaal anders liep. De druk in Groningen kon Hoogstrate nog wel aan. Ongetwijfeld omdat dit vrijblijvende druk was. Als het met hem toch niet helemaal lekker zou lopen, dan zou dit niet zoveel uitmaken. “het is namelijk nog maar een jonge knul”. Na zijn fraaie transfer naar PSV kon hij dit niet gebruiken als excuus. PSV was toen en is nu, een topclub, ééntje waar gepresteerd moet worden. Natuurlijk, hij mocht fouten maken en dat deed hij ook. Natuurlijk, hij had wat tijd nodig om zich te ‘settelen’. Die tijd nam hij dus. Alles om de geest de rust te geven. De rust van De Herdgang, waar serene rust heerst. Altijd.
Helaas werkte de geest van Hoogstrate niet mee. De rust die hij nodig had was er niet, die was er nooit. Zo rustig op het veld in Groningen, zo onrustig in Eindhoven. Faalangst, dat was de diagnose, nadat hij zich had laten behandelen in een psychiatrische kliniek. Maar niet alleen mentaal kreeg Hoogstrate klappen. Nadat het eindelijk weer wat beter ging, de geest zijn rust had teruggevonden en het voetbalplezier zich weer had meester gemaakt van zijn rustige geest, op dat moment scheurde Hoogstrate zijn kniebanden. Op uitleenbasis vertrokken naar FC Emmen, om te laten zien nog steeds te kunnen voetballen, om te laten zien dat de geest voorgoed rustig was, gebeurde dit.
En de gescheurde knieband was het begin van het einde. Een carrière die zo voorspoedig begon eindigde op de spoedeisende hulp, Want een klein jaar later scheurde hij opnieuw zijn knieband. Uiteindelijk speelde Hoogstrate nog maar elf wedstrijden in het betaalde voetbal na zijn vertrek bij FC Groningen. Bij FC Groningen sloot hij uiteindelijk gedesillusioneerd zijn carrière af. Bij FC Groningen waar het voor hem allemaal begon. Bij FC Groningen, waar hij zichzelf wou ‘herlanceren’. Bij FC Groningen. Het is hem niet gelukt. Hij haalde door al zijn blessures nooit meer het niveau, het niveau wat hij aankan. Het hoge niveau waar zijn ‘pijl’ zou eindigen bij meer geluk en meer mentale weerstand.
Hoogstrate. Hoe anders kan een carrière verlopen dan voorspelt. In het seizoen 2000/01 dacht FC Groningen een vuurpijl te hebben aangestoken. Een vuurpijl naar de top. De top van de wereld. Het werd de top. De top in Nederland. Maar in de top van Nederland bleek de aangestoken vuurpijl een aangestoken nachtkaars. Een nachtkaars die stilletjes uitbrandde. Een nachtkaars met mentale problemen. Een nachtkaars met potentie. De potentie van een vuurpijl.