Hofland: ‘Mijn vrouw kwam terug van de hond uitlaten en schrok zich kapot’
Fernando Ricksen overleed in september 2019 aan de gevolgen van spierziekte ALS. De dood van de oud-international doet nog altijd heel veel pijn bij voormalig ploeggenoot en jeugdvriend Kevin Hofland. De huidige trainer van Fortuna Sittard vertelt in gesprek met het Algemeen Dagblad dat hij huilend op de bank zat toen Ricksen in 2013 in een uitzending van De Wereld Draait Door aankondigde dat hij aan ALS leed.
“Ik weet het nog precies. Mijn vrouw kwam terug van de hond uitlaten en schrok zich kapot. ‘Wat is er met jou gebeurd?’, vroeg ze. Zo verslagen, compleet verslagen, had ze me nog nooit gezien. Kapot ging ik tijdens die bewuste DWDD, helemaal kapot. Fernando, generatiegenoot, die daar op tv min of meer het einde van zijn leven aankondigde. Echt, ik kon het niet bevatten. En nog steeds niet. Heb er bewust nooit meer over willen praten. Eenvoudigweg, omdat zijn dood mij nog steeds te veel pijn doet”, vertelt Hofland. Hij constateert dat de buitenwereld ‘een bepaald beeld’ heeft van Ricksen.
“En dat beeld klopt deels ook. Hij was een rare, onnavolgbare jongen. Maar Fernando was óók een kerel die er voor je stond wanneer het moest”, zegt de oud-verdediger. Hofland droeg de kist van Ricksen tijdens de massaal bezochte uitvaart in Glasgow. “Fernando zou er ongetwijfeld van genoten hebben. Maar zelf zit ik anders in elkaar. ‘Gooi mij na mijn dood maar in de pizzaoven in de tuin’, heb ik later tegen mijn vrouw gezegd. Dat collectieve rouwen vind ik heel ongemakkelijk.”
“Nóg meer genieten van de mooie dingen; dat heeft Fernando’s dood me geleerd”, gaat de 41-jarige Hofland verder. Hij staat dit seizoen voor het eerst zelfstandig aan het roer bij Fortuna Sittard. “Dat probeer ik nu dus al een jaar. Wanneer ik mijn zonen Dylan (BSV Limburgia, red.), Milan en Levi (beide spelend bij Fortuna, red.) zie pingelen bijvoorbeeld. Of als Fay, mijn dochtertje, zo lekker bezig is met paardrijden. Dat soort momenten koester ik extra. Het leven kan immers zo afgelopen zijn.”