‘Hoever en Van den Berg keken even op, van: hè, een Nederlandse jongen’
Het seizoen van Wouter Verstraaten begon nog in de ‘knollentuinen’ van het negende niveau van het Engelse voetbal. Iets meer dan zes maanden later vond de 24-jarige verdediger zich terug op de Academy of Light, het hypermoderne trainingscomplex van Sunderland. “Het is sneller gegaan dan ik dacht. Ik kwam hier met de gedachte om voornamelijk studeren en het voetballen erbij te doen. Natuurlijk wilde ik zo hoog mogelijk voetballen, maar dat Sunderland nu al het hoogst haalbare was, had ik niet verwacht”, glimlacht Verstraaten in gesprek met Voetbalzone.
Door Chris Meijer
Eigenlijk begon het echte geloof in een carrière in het profvoetbal een jaar geleden langzaam maar zeker uit het hoofd van Verstraaten te verdwijnen. De Brabander maakte elf jaar lang deel uit van de jeugdopleiding van PSV, waar hij samenspeelde met onder meer Steven Bergwijn, Sam Lammers en Arnaut Danjuma Groeneveld. In de zomer van 2015 kreeg Verstraaten te horen dat hij niet goed genoeg werd geacht voor Jong PSV. “Voor iedere speler die wordt weggestuurd uit een jeugdopleiding is dat een vervelend moment. Die gesprekken zijn er nu eenmaal overal, bij iedere club”, zo klinkt het nuchter. Verstraaten maakte de overstap naar stadgenoot FC Eindhoven, waar hij zijn debuut in het profvoetbal maakte. Het was na zijn eerste seizoen lang onduidelijk of hij een contract zou krijgen, waardoor Verstraaten de knoop doorhakte en besloot om richting de Verenigde Staten te vertrekken.
“Ik heb het geluk dat ik ook kon studeren, waardoor de keuze voor Amerika niet moeilijk was. Ik was nog jong genoeg om te zeggen: ‘Het profvoetbal komt nog wel voor mij’. Los van dat ik niet wist hoe het in Amerika allemaal werkte”, legt Verstraaten uit. Hij combineerde zijn studie aan de University of the Pacific met voetballen voor de Pacific Tigers. Het uitgangspunt bleef tijdens zijn periode in de Verenigde Staten om nog het profvoetbal te halen. Verstraaten komt heel dichtbij, via de zogenaamde MLS Player Combine. Dat is een jaarlijkse showcase voor zogenaamde college-players, die voor de deelnemers doorgaans resulteert in een dienstverband in de Amerikaanse competitie. Het leidde inderdaad tot een dienstverband bij Portland Timbers, dat uiteindelijk beperkt bleef tot drie maanden.
“Het is mij onduidelijk of ik moest vertrekken omdat mijn visum zou verlopen of dat ik niet goed genoeg was. Als je visum daar afloopt, kan een club niks voor je betekenen. Vooral het feit dat het visaverhaal zo’n impact had, was een behoorlijke tegenslag. Het was uiteindelijk ook de laatste MLS combine, waarschijnlijk doordat ze veel internationale jongens moesten teleurstellen door het visaverhaal. Al met al was het een schitterende ervaring, alleen keerde ik op een vervelend moment terug.” Toen Verstraaten in maart van het vorige kalenderjaar terugkeerde in Nederland, liep de competitie op zijn einde. Hij zag daardoor geen andere optie dan zich aan te sluiten bij eersteklasser Geldrop, de amateurclub waar zijn loopbaan ooit begon. “Je kan in zo’n periode misschien wel bij bijvoorbeeld Helmond Sport of FC Eindhoven aansluiten voor een stage, maar wedstrijden spelen zit er dan niet in. Bij Geldrop kende ik veel jongens en het voetbal blijft leuk, maar ik ging fysiek achteruit en kreeg kleine blessures, omdat ik misschien ook niet serieus genoeg was. Ik merk dat voetballen te leuk is om het niet op het juiste niveau te doen. Soms had ik ook wel het idee: de weg richting de maatschappelijke carrière is nu zo’n beetje ingezet.”
Dat Verstraaten afgelopen zomer niet richting de Tweede- of Derde Divisie trok, was te danken aan een telefoontje vanuit Engeland. Durham University bood hem een zogenaamd scholarship, waarmee hij het volgen van zijn masterstudie kon combineren met het voetballen voor het universiteitsteam. “Toen ik terugkwam uit Amerika, had ik wel zoiets: het moet komend jaar gaan gebeuren tijdens mijn masterstudie. Ik kon niet daarna gaan kijken of het ergens nog mogelijk was. Ik had de intentie om te kijken wat er mogelijk was met voetballen in Engeland. Je hebt hier genoeg goede teams in de buurt en aangezien de wedstrijden met het universiteitsteam op woensdag waren, had ik nog tijd genoeg om ergens in het weekend te gaan voetballen”, vertelt Verstraaten. Via de trainer van het universiteitsteam van Durham kwam hij begin dit seizoen in Consett terecht, bij de plaatselijke AFC van het ten zuidwesten van Newcastle gelegen dorp. “Het was voor zowel de coach als voor mij moeilijk te bepalen wat precies mijn niveau was. Ik stapte in op het negende niveau en verdiende een mooi zakcentje, maar het bood niet echt uitdaging voor mij.”
In de krochten van de voetbalpiramide maakt Verstraaten kennis met het rauwe Engeland. “Af en toe kwam ik in kleedkamers waar niet eens genoeg plek was voor elf man, de wc’s vielen uit elkaar en de douches deden het niet. Dan stapte ik het veld op, een echte knollentuin, en had ik zoiets van: ik weet dat ik nu echt in Engeland ben. Als ze een film hadden willen opnemen, was dat hier geweest”, lacht hij. “Ik ben zelf ook 1,85 en weeg 83 kilo, dus ze schoppen me niet het veld over. Maar daar schoppen ze je gewoon doormidden als het moet, er zijn een aantal wedstrijden geweest waarin ik bijna met een hersenschudding het veld afstapte.” In zijn halfjaar in de Northern League Division One speelde Verstraaten zich in de kijker bij verschillende clubs, onder wie South Shields. De club uit de gelijknamige kustplaats ten oosten van Newcastle bulkt onder de steenrijke voorzitter Geoff Thompson van de ambities en gaat momenteel aan de leiding in de Northern Premier League, het zevende niveau van het Engelse voetbal.
“Los van het geld, want ze betalen best leuk, heeft de club prachtige faciliteiten en iedere wedstrijd tweeduizend man op de tribune. Bij South Shields heb je veel meer oud-profs, die in de Championship of League One hebben gespeeld. De groep bestaat uit een combinatie van fulltime- en parttimespelers. Er zijn ook jongens bij die een fulltimebaan er naast hebben. De fulltimers trainen iedere dag en met de hele groep wordt twee keer per week getraind, ik probeer zoveel mogelijk in te stappen als mijn studie het toelaat. Dat is over het algemeen drie of vier keer per week. Daar zijn ze vrij flexibel in, maar volgend seizoen willen ze volledig professioneel worden en dan moet iedereen iedere dag komen trainen.” De vraag is echter of Verstraaten volgend seizoen nog voor South Shields speelt. The Mariners hebben hem weliswaar een tweejarig contract aangeboden, maar mogelijk lonkt een volgende, zeer fraaie promotie.
Het kostte Verstraaten in dienst van South Shields iets meer dan een maand om zich verder in de kijker te spelen. Manager Graham Fenton noemde hem liefkozend een Rolls Royce of a defender (‘Als centrale verdediger in Engeland moet je de spits opeten, daar ligt de focus op. Ik bouw als verdediger op, vind het middenveld en sla de linies over. Daar komt de bijnaam vandaan.’) en scouts zochten de voorbije tijd speciaal het Mariners Park op om de Nederlandse centrumverdediger annex controlerende middenvelder aan het werk te zien. “Persoonlijk had ik een best lekkere run met South Shields, ik merkte aan alles dat het goed ging. Ik had al van een aantal mensen gehoord dat er scouts van bijvoorbeeld Sunderland, Hull City en Notts County waren komen kijken, maar ik wist niet dat het voor mij was”, verklaart Verstraaten. Uiteindelijk bleek Sunderland wel degelijk voor hem aanwezig te zijn geweest. “Na een wedstrijd zaten we te eten met het team en op gegeven moment kwam er iemand naar me toe. Hij zei: ‘Je sprong er vandaag weer uit, zou je een week op stage willen komen bij Sunderland?’ Ik kende Sunderland als een grote Premier League-club, dus daar hoefde ik niet lang over na te denken. Je houdt natuurlijk een beetje een pokerface, dus ik zei: ‘Oké, ik ben wel geïnteresseerd’. Maar diep van binnen was ik natuurlijk waanzinnig enthousiast, het was fantastisch dat ik het tegen mijn familie en vrienden kon vertellen. We hadden het allemaal niet echt verwacht, dat een club als Sunderland belangstelling had voor een speler van South Shields.”
Verstraaten meldde zich halverwege februari op de Academy of Light, waar hij bijzonder onder de indruk raakte van de uitstekende faciliteiten. “Dat hebben ze aangelegd toen ze nog in de Premier League speelden en het budget oneindig was. Acht velden van topkwaliteit, zwembaden, ijsbaden, krachtruimtes, verschillende fysio’s, je schoenen werden netjes opgehangen en het ontbijt en de lunch werden geregeld”, somt hij op. Bij de hoofdmacht werd hij opgevangen door landgenoot Alim Özturk en de Noord-Ierse cultspits Will Grigg. “Ik zag de Turkse vlag staan, dus ik had niet meteen de connectie gelegd dat Alim een Nederlander was. Hij zag aan mijn naam natuurlijk wel dat ik een Nederlander was, dus hij kwam al snel naar me toe en vroeg hoe het was. Ik zat heel veel mét Will Grigg in het team op de training, dus ik heb hem een aantal assists gegeven. Iedereen kent hem van het liedje, maar dat is echt een van de meest vriendelijke jongens. Hij toonde heel veel interesse in wie ik was en waar ik vandaan kwam. De trainingen met het eerste gaven me een goed gevoel, vooral omdat ik merkte dat ik aardig kon meekomen. De nervositeit ben ik wel een beetje kwijtgeraakt, dat is toch anders als je achttien of negentien bent.”
Een wedstrijd met de Onder-23 van Sunderland tegen Liverpool (6-0 nederlaag) vormde voor Verstraaten het, in zijn eigen woorden, ‘toetje’ van de stageweek. “Sepp van den Berg kwam er de tweede helft pas in, Ki-Jana Hoever speelde wel in de basis. Na de wedstrijden zei ik: ‘Jongens, veel succes verder dit seizoen’. Toen keken ze even op, van: hè, een Nederlandse jongen. We hebben een klein babbeltje gemaakt en ze vroegen waar ik precies speelde. Ik heb niet mijn hele situatie uitgelegd, want die jongens moesten ook gewoon verder.” Een week later kreeg Verstraaten al een positief bericht van Sunderland. “Ik was heel benieuwd hoe hun reactie was na die week. ‘We zijn heel erg onder de indruk. We weten nog niet waar je precies in gaat passen volgend seizoen, maar we willen je graag vastleggen’, kreeg ik te horen. Toen zijn de contractonderhandelingen begonnen en dat is niet per se spannend, maar je hoopt natuurlijk wel dat er uitkomt waar je op hoopt. Door de coronacrisis ligt het even stil allemaal, ze hebben netjes aangegeven dat ze door de huidige situatie niet zoveel zijn samengekomen de laatste tijd. De contractgesprekken met mij en andere jongens zijn daardoor even op een lager pitje komen te staan.”
De nabije toekomst van Verstraaten lijkt in ieder geval in Engeland te liggen. Het is de bedoeling dat hij in september zijn masterstudie afrondt, waarna hij zich fulltime op het voetbal kan richten. Als de onderhandelingen met Sunderland op niets uitdraaien, kan hij nog bij South Shields blijven. “Ze wilden eigenlijk wel wat aan mij verdienen en hebben daardoor geprobeerd me snel vast te leggen. Ik heb ze netjes uitgelegd dat het voor mij niet heel slim zou zijn om nu een contract te tekenen bij South Shields, omdat Sunderland dan voor mij moet betalen en daar zouden ze op kunnen afknappen.” Het lijkt er in ieder geval op dat hij via een omweg toch een carrière als profvoetballer gaat krijgen. “Ik heb altijd het geloof gehad dat het profvoetbal voor mij dichtbij was. Ze zeggen hier dat het voetbal steeds verfijnder wordt naarmate je omhoog gaat in de voetbalpiramide en dat is in mijn voordeel. Ik ben net 24 geworden en ze zeggen hier dat je piek op 27e of 28e komt, dus ik heb nog even.” Gaat dat dan uiteindelijk eindigen in de Premier League? Lachend: “Als het op deze koers verdergaat, gaat het allemaal heel snel. We blijven dromen, ja.”