Hoe het leven van Michel Vorm ineens een hele andere wending kreeg
Ietwat onverwachts zette Michel Vorm afgelopen najaar na twintig jaar een punt achter zijn loopbaan als profvoetballer. Terwijl menigeen zal hebben gedacht dat de doelman nog makkelijk wat jaartjes mee zou kunnen op het hoogste niveau, besloot de oud-doelman afscheid te nemen van Tottenham Hotspur en zich te richten op zijn maatschappelijke toekomst. Tegenwoordig is Vorm regelmatig als analist te vinden in de studio van Ziggo Sport en richt hij zich op een carrière als ondernemer, daar hij sinds twee jaar mede-eigenaar is van Utrechts bekendste barbershop: Maesons.
Door Mart Oude Nijeweeme
Het is druk deze ochtend op de stoep voor Maesons. Nog voordat de zaak om klokslag tien uur haar deuren opent, staan de eerste klanten al in de rij. “De barber loopt als een trein”, erkent Vorm. Wie vervolgens de zaak binnenstapt, zou met een beetje fantasie kunnen stellen dat het felle paars op de muren en in de details van het interieur is afgeleid van het Tottenham uit 2019. De invloeden van Vorm zijn duidelijk terug te zien in de kapperszaak aan de Voorstraat in Utrecht. Er staat een voetbaltafel, op grote televisieschermen wordt voetbal uitgezonden en in de hoek van de shop liggen controllers voor de spelcomputer. “Wij zetten in op de beleving van de klant”, zegt Vorm, nadat hij in de deuropening zijn laatste telefoontje heeft afgehandeld. “Vrouwen zijn absoluut welkom, maar we hebben bewust gekozen voor een concept voor mannen. Klanten lopen bij ons niet alleen de deur uit met het idee dat ze getrimd en verzorgd zijn. Het gaat om de beleving, de ervaring.”
Geheel toevallig is het niet dat Vorm sinds april 2019 zijn eigen barbershop runt. Zijn vader runde in het verleden met Kapsalon Eddy een van de eerste Surinaamse kapperszaken van Utrecht. Vorm groeide op in een kappersfamilie en veegde geregeld de haren bij elkaar, maar hield nooit zelf de schaar in de hand. Gedurende zijn loopbaan kwam hij in contact met Maeson Bennett, die toen nog met Maesons aan de Predikherenstraat te vinden was. Tijdens het WK van 2014 in Brazilië liet Vorm zijn vriend invliegen om nagenoeg de hele selectie inclusief Louis van Gaal onder handen te nemen. “Ik kende hem al langer, kwam geregeld in zijn winkel. Dan hadden we het erover hoe goed het ging en of hij niet moest groeien. Maeson is toen naar Amerika geweest met zijn vrouw Lindsey en toen ze terugkwamen vroegen ze of ik wilde instappen.”
Enigszins beduusd besloot Vorm het aanbod in overweging te nemen. De oud-topkeeper was op dat moment nog volop gefocust op zijn voetballoopbaan, maar wilde een tweede carrière als eigenaar van een barbershop niet meteen afwimpelen. “Toen ben ik erover na gaan denken. Ik wilde wel instappen, maar wel onder de voorwaarde dat ik inspraak zou krijgen. Kunnen meedenken over het concept. Een standaard barber heeft vaak een oldschool look. Wij zijn voor een mix gegaan tussen modern en oldschool. Die beleving, van de floormanager tot het moment dat je in de stoel ligt, moet kloppen. Dat is cruciaal anno nu.”
De trendy barber is ruim opgezet. En terwijl een van de klanten op zijn telefoon aan de barber laat zien hoe het eindresultaat van zijn coupe moet worden, loopt Vorm door de kapperszaak naar achteren, waar zich een heuse menicure bevindt. Inderdaad, voet- en handverzorging. “In Utrecht is dit wennen”, vertelt Vorm er direct bij. “In Amsterdam zijn ze er misschien iets verder mee. Ik ben gewend om mijn voeten te laten doen, in Engeland deed ik niet anders. Maar voor de meeste mannen is dit toch een drempel. Een taboe? Ja, misschien wel. Niet alleen in het voetbal is het belangrijk om je voeten goed te verzorgen. Wat dacht je van de bouw, waar mannen de hele dag op werkschoenen lopen. Ik snap heel goed dat het de eerste keer best spannend en onwennig kan zijn, maar we merken dat klanten bereid zijn om weer te komen als ze eenmaal zijn geweest.”
Het ondernemen heeft altijd wel in Vorm gezeten. Zo dook hij in zijn tijd bij FC Utrecht geregeld na de wedstrijd de skybox in, terwijl teamgenoten niet wisten hoe snel ze naar huis moesten komen. “Ik ken heel veel jongens die alleen gingen als het verplicht was. Dat is prima, maar dat had ik niet. Ik ben altijd geïnteresseerd geweest in de mens. Het is niet alleen maar trainen en naar huis. Ik was nieuwsgierig naar het verhaal achter de mensen. De een handelde in behang, de ander in staal. Op die manier ben ik ook in contact gekomen met iemand die later bij mij een nieuwe vloer heeft gelegd.” Vorm wilde voorkomen dat hij, net als veel van zijn soortgenoten, na zijn carrière als keeperstrainer in het wereldje zou blijven hangen. “Een keeperstrainer is minstens net zo druk als een veldspeler. Misschien wel drukker. Als je keeperstrainer bent, moet je er vol voor gaan. Dan kom je in dezelfde wereld terecht, dat wilde ik niet met het oog op mijn gezin.”
En toch is Vorm niet helemaal verdwenen uit de voetballerij. Zo is hij sinds kort als analist te zien bij Ziggo Sport, waar hij als kenner van de Premier League de prestaties van onder andere Hakim Ziyech en Donny van de Beek van een kritische noot mag voorzien. “Ik sta altijd open voor nieuwe dingen”, zegt Vorm over zijn rol als analist. De oud-keeper werd benaderd door John van Vliet en zat niet veel later aan tafel bij presentator Bas van Veenendaal, geen onbekende van Vorm. “Bas ken ik al heel lang. Vroeger spraken we elkaar veel en nadien zijn we altijd contact blijven houden. Ik zie dit als een mooie kans, ben heel benieuwd of ik dit leuk ga vinden. Ik ben recent uit het Engelse voetbal gestapt en heb een bepaalde kijk op het spelletje. Ik moet wel zeggen dat het soms moeilijk is om de Tottenham-bril af te zetten, vooral als het moeilijk gaat. Anderzijds weet ik ook wel dat ik die bril niet altijd op kan houden.”
Een andere rol die Vorm voor zichzelf ziet weggelegd in de voetballerij is een functie als adviseur. En dan gericht op de begeleiding van jonge keepers. “Dat kan ook mentaal zijn. Hoe ga je met bepaalde situaties om. Net iets anders dan wat een zaakwaarnemer doet. Ik heb bijvoorbeeld goede contacten met Frans Hoek (voormalig keeperstrainer bij Oranje, red.), die kan ik altijd om advies vragen.” Zelf had Vorm geen advies nodig om in oktober vorig jaar te besluiten een punt achter zijn carrière te zetten. Het coronavirus heeft hem laten beseffen wat echt belangrijk is in het leven. Bovendien kon Vorm maar niet wennen aan de lege stadions. “Dat was niet leuk, nee. Neemt niet weg dat het een hele moeilijke beslissing was. Zoiets gaat in fases. Fase één was dat ik weg wilde uit het buitenland. Als ik door zou gaan, zou het in Nederland of België zijn.”
Er waren voldoende mogelijkheden om zijn carrière voort te zetten. Utrecht meldde zich vorig jaar al eens, terwijl ook Fortuna Sittard begin dit jaar een verwoede poging deed de doelman in te lijven als gevolg van een keepersprobleem. “Fortuna heeft inderdaad gevraagd hoe ik erin stond, maar dat is voor mij nooit een serieuze optie geweest. Nee, ook niet toen ik Piet (Velthuizen, red.) zo zag stuntelen. Ik had vier à vijf maanden niks gedaan. Het is niet zo dat je even meetraint en weer kan spelen, daar zit veel meer achter.” Volgens Vorm heeft de keepersrel bij Fortuna alleen maar verliezers gekend. “Dit was voor Fortuna kut, voor Piet kut, voor de keeperstrainer kut, wat heb je daar nou aan? Een week later stond Yanick van Osch weer op doel. Hadden ze dat nou niet even kunnen overbruggen met een jeugdkeeper? Ik begrijp dat niet, snap er niks van. Fortuna is in verhouding een kleine club, maar het is wel Eredivisievoetbal. Dan moet je honderd procent fit zijn, anders gebeuren dit soort dingen. Voor mezelf had ik dat nooit gedaan.”
Vorm is altijd veeleisend geweest. Twintig jaar lang heeft hij het maximale in zichzelf naar boven moeten halen. Op de vraag wat hij het minst gaat missen, is hij dan ook stellig. “Toch wel het moeten. Je leeft in een structuur, in een vast stramien. Dat heeft mij heel veel gebracht, maar ik heb er ook heel veel voor moeten laten.” De geboorte van zijn eerste zoontje bijvoorbeeld. “Toen mijn vrouw zwanger was hebben we tegen elkaar gezegd dat als het mij zou lukken om bij de selectie van het Nederlands elftal te blijven, ik mee zou gaan naar het WK in Zuid-Afrika. Wij gingen ervan uit dat we wel meer kinderen zouden krijgen. Uitgerekend dat toernooi schopten we het tot de finale.”
Jaivy Waylon zou uiteindelijk een dag voor de eerste poulewedstrijd tegen Denemarken het levenslicht zien. “Na de wedstrijd kwam Bert van Marwijk (bondscoach, red.) naar mij toe. Hij sloeg een arm om mij heen en zei: ‘Ik heb een verrassing voor je. Je kunt straks in het vliegtuig naar je vrouw. Je kan je spullen pakken, er staat een taxi voor je klaar. Die brengt je naar het vliegveld en dan kun je naar Nederland’. Ik dacht: huh, wat zeg je nou? Daar had ik natuurlijk geen moment rekening mee gehouden. Ik ben toen in een dag via Parijs naar Amsterdam en weer terug naar Zuid-Afrika gevlogen. Ik was kapot. Het was de bedoeling dat ik als verrassing naar huis zou komen, totdat ik er in een interview na de wedstrijd naar gevraagd werd. Net op dat moment had mijn vrouw de televisie aanstaan. Weg verrassing.”
Het was voor Vorm andermaal een moment van relativering, zoals hij altijd alles in het leven probeert te relativeren. Niet in de minste plaats omdat hij als speler van FC Utrecht van dichtbij getuige was van de tragische gebeurtenissen rond Mihai Nesu en David di Tommaso. Laatstgenoemde werd in het najaar van 2005 in zijn slaap getroffen door een hartstilstand, overleed en liet daarmee en vrouw en een zoontje achter. “Ik speelde dat jaar op huurbasis bij FC Den Bosch”, blikt Vorm terug. “Ik weet nog dat ik mijn auto had geparkeerd en samen met Prince Rajcomar, die dat jaar ook was verhuurd aan Den Bosch, via de gracht naar de kleedkamer liep. Bovenaan de trap stond Fred van der Hoorn (technisch directeur van Den Bosch, red.). Hij had rode ogen, kwam naar ons toe en zei: ‘Mies, kan ik je even spreken?’ Dan voel je meteen dat er iets is. Ik dacht: er is iets ergs gebeurd. Hij zei: ‘Ik moet jullie iets vertellen. Di Tommaso is overleden'. Op dat moment weet je even niet hoe en wat. Ik liep naar de kleedkamer, keek op mijn telefoon en zag allemaal berichtjes. Ook een voicemail, dat ik zo snel mogelijk naar Zoudenbalch moest komen. Ik ben toen direct met Prince in de auto gestapt en naar Utrecht gereden. Eén groot drama.”
Utrecht had dat weekend net met 1-0 gewonnen van Ajax. “Ik weet nog dat Dwight Tiendalli de winnende maakte. Een dag later hadden ze een uitlooptraining en in die nacht overleed hij. Letterlijk uit het niets. Dat kan je hoofd niet registreren. Dat was echt een vreselijke tijd. Op zo’n moment kan alles je gestolen worden. Ik had het ook kunnen zijn, jij had het ook kunnen zijn. Dat zeg ik, net als bij de geboorte van mijn eerste zoontje, we gaan er maar vanuit dat je de volgende dag weer opstaat. Hij ook. Iedereen. Ik had een goede band met hem. We hadden een leuk elftal. Voordat ik werd verhuurd aan Den Bosch trainde ik mee met de A-selectie bij Utrecht. Ik weet nog dat we voor hem een vrijgezellenfeest hadden georganiseerd in Rotterdam met het team.”
Alsof dat nog niet erg genoeg was, volgde in 2011 een volgend drama op trainingscomplex Zoudenbalch, toen Nesu na een ongelukkig luchtduel met Alje Schut verkeerd terechtkwam en een dwarslaesie opliep. “Sommige spelers maken nooit iets mee in hun carrière en wij vielen van het ene in het andere drama. Zoiets onschuldigs. Je gaat trainen en aan het einde van de training kun je niks meer bewegen. We hadden direct door dat het mis was. Diezelfde middag lag hij al op de operatietafel. Hij stuurde nog een berichtje toen ik bekendmaakte te stoppen met voetballen. ‘Gefeliciteerd met je mooie carrière. Veel succes met wat je in de toekomst gaat doen’. Dat neemt je ook weer even mee terug in de tijd. Ik ben blij dat ik altijd goed heb kunnen relativeren.”
Terwijl Vorm nog een laatste slok koffie neemt voordat hij zich opmaakt voor zijn volgende afspraak, spreekt hij tot slot zijn ambities uit. “Het is de bedoeling dat we hier over tien jaar weer zitten en dat er dan tien Maesons zijn. Dan zullen mensen mij nog steeds als doelman zien, maar ook als goede ondernemer. Of ik bang ben dat mensen mij zullen herinneren als die tweede doelman? Misschien ook wel. Maar daar ben ik nooit echt mee bezig geweest, hoe mensen over mij denken. Dan had ik wel andere keuzes gemaakt, waardoor ik wel als eerste doelman was geëindigd. Ik vind het belangrijk dat mensen mij zien als persoon.”