‘Hij speelde tegen Pellè de pannen van het dak, maar Ajax durfde het niet aan’
Virgil van Dijk staat komende zaterdag met Liverpool in de finale van de Champions League. De 26-jarige verdediger kwam in januari voor 84,5 miljoen euro over van Southampton en heeft zich bij the Reds moeiteloos aangepast. Kees Kwakman, die met Van Dijk samenspeelde bij FC Groningen, zag al snel dat hij een topspeler zou kunnen worden.
“De eerste trainingen, nadat ik in Groningen aankwam, dacht ik wel: zo, dat is een goede speler! Na een paar weken wist ik dat het niet lang zou duren voordat hij in de basis stond. En toen hij in de basis stond, vermoedde ik dat het niet lang zou duren voordat de clubs zich zouden melden. Maar dat hij in de Champions League-finale van 2018 zou staan...”, zegt Kwakman in gesprek met De Telegraaf. Hij vindt het opmerkelijk dat de Nederlandse topclubs Van Dijk hebben laten lopen.
“Thuis tegen PSV maakte hij een keer een foutje en in de ArenA speelde hij niet goed tegen Ajax. Maar ik vind dat Nederlandse topclubs daar doorheen moeten kijken”, vervolgt de oud-middenvelder van onder meer FC Volendam, NAC Breda, FC Groningen en FC Augsburg. “Ik weet ook wel dat dit wedstrijden zijn waarin talenten beoordeeld worden. Maar tegen Feyenoord speelde hij tegen Graziano Pellè de pannen van het dak. Ajax heeft het niet aangedurfd en koos voor Mike van der Hoorn, die bij FC Utrecht een goed seizoen had.”
“Ik had ten alle tijden voor Virgil gekozen, omdat hij completer, sneller, sterker in de lucht en opbouwend beter is”, stelt Kwakman. Hij noemt het ‘gekkigheid’ dat Liverpool 84,5 miljoen euro voor Van Dijk neertelde, maar ziet dat hij heel ontspannen met zijn prijskaartje omgaat. “In zijn eerste halfjaar heeft hij alles gespeeld en is hij een grote meneer geworden. Hij heeft laten zien niet voor niets de duurste verdediger ter wereld te zijn en daardoor is het bedrag naar de achtergrond verdrongen. Hij doet lekker zijn ding."