Higler: ‘Ik denk dat het beter was geweest om een strafschop te geven’
AZ had zondagmiddag in De Kuip tegen Feyenoord (2-1) recht op een strafschop, zo gaf scheidsrechter Dennis Higler na de wedstrijd toe. De arbiter weigerde de bal op de stip te leggen na een handsbal van Jan-Arie van der Heijden. Na het zien van de beelden oordeelt Higler dat hij een strafschop aan de bezoekers uit Alkmaar had moeten geven.
Na ruim twinig minuten spelen en bij een 0-0 stand probeerde Guus Til de bal voor te geven. De bal kwam tegen de arm van de inglijdende Van der Heijden aan, waardoor het een hoekschop voor AZ werd. "Ik heb het moment gezien en ik heb het beoordeeld als niet opzettelijk tijdens de wedstrijd", zegt Higler tegenover de NOS. “Je hebt een situatie waarin voorgezet wordt en je ziet Jan-Arie een tackle inzetten om te blokken. Daarin glijdt hij met zijn rechterarm laag en zijn linkerarm hoog. Op dat moment ben ik van mening dat de bal tegen de ondersteunende arm komt. Daarvan zeggen we: het is geen handsbal."
Als Higler met de beelden geconfronteerd wordt, komt hij terug op zijn besluit. "In het veld zie ik de ondersteunende arm die dicht bij het lijf is, dus daarom vond ik het op dat moment geen strafschop. Nu ik de beelden heb gezien is de arm verder weg en denk ik dat het beter was geweest om een strafschop te geven”, klinkt het. Higler begrijpt de discussie die ontstaat, daar zijn assistent zichtbaar ‘handsbal’ roept. “Dat is ook duidelijk te zien. Ik ben van mening dat de arm dicht genoeg bij het lichaam is, mijn assistent vindt van niet. Dat geeft al aan hoe moeilijk het is. Ik kan me heel goed voorstellen dat mensen dit strafbaar hands vinden.”