‘Het was concreet voor De Leeuw en onrustig rond Chery en Botteghin’
FC Groningen sloot de eerste seizoenshelft af als nummer acht van de Eredivisie. De club hoopt aan het eind van de rit nog wat hoger te staan en mogelijk lukt dat wel, dankzij de nieuwe namen die erbij kwamen in Euroborg. Erwin van de Looi zag Albert Rusnák en Simon Tibbling arriveren en beiden hebben meteen een basisplaats. Rusnák scoorde afgelopen weekend zelfs tegen Go Ahead Eagles en droeg zo bij aan een 2-0 zege.
Algemeen directeur Hans Nijland zegt dat de winterse transferperiode best hectisch was bij FC Groningen, vooral begin januari. “Er was concrete belangstelling vanuit China voor onze topscorer Michael de Leeuw en ook rond de steunpilaren Tjaronn Chery en Eric Botteghin was het ‘onrustig’. Hoewel wij direct en indirect diverse biedingen hebben gehad, zijn wij nergens op ingegaan. Er was ons veel aan gelegen de huidige spelersgroep intact te laten, dat hebben wij steeds gepredikt”, aldus Nijland.
Op de clubwebsite zegt de directeur dat hij constateert, dat FC Groningen de transferweken goed is doorgekomen. Er gingen geen belangrijke jongens weg en Rusnák en Tibbling doen het vooralsnog juist prima. Helemaal gerust is Nijland er echter nog niet op. In Rusland, Qatar en China is het transferwindow deze maand nog geopend. Niets wijst er op dit moment op dat de zaken nog anders worden, maar in al die jaren hebben we één ding wel geleerd; zeg nooit ‘nooit’ in de voetballerij, want daarin vinden de meest verrassende en onverwachte ontwikkelingen plaats. Gewild en ongewild.”