voetbalzone

‘Het verschil: Feyenoord is een familie, Ajax is kil’

Erik van Dam22 nov 2012, 06:00
Laatst bijgewerkt: 22 nov 2012, 06:00
Advertentie

Kostas Lamprou is eerste keus onder de lat bij Feyenoord, maar draagt ook een Ajax-verleden met zich mee. De 21-jarige keeper maakte in zijn jongere jaren een seizoen deel uit van de jeugdopleiding in Amsterdam en kan dus vergelijkingen schetsen tussen de twee topclubs en rivalen. Volgens de Griek is Ajax een ‘koude’ club en kreeg hij in Rotterdam-Zuid pas voor het eerst waardering.

/

Lamprou verhaalt in Voetbal International over zijn kortstondige verblijf bij Ajax. “Het verschil tussen Ajax en Feyenoord heb ik van heel dichtbij meegemaakt. Het antwoord is niet zo moeilijk: Feyenoord is een familie, Ajax is kil. Ik voelde daar geen warmte, het is ieder voor zich en als je buiten de boot valt, kun je het verder bekijken. Bij Feyenoord ging het anders”, heeft de keeper zeer duidelijk ervaren.

“Daar kwam Jan Mastenbroek naar me toe met de vraag of ik iets nodig had. Meubels voor in me huis? Ging hij regelen. Aansluiting door KPN? Geen probleem. Gas, water en licht? Voor elkaar. En neem de supporters, die je zowel letterlijk als figuurlijk het gevoel geven dat ze achter je staan. Je moet het meemaken om je te kunnen voorstellen wat een enorme boost dat elke keer geeft”, aldus Lamprou. Hij zegt dat hij in de havenstad daadwerkelijk het gevoel kreeg dat hij iets voorstelde.

“Mijn vader hoefde niet langer geld over te maken, want ik woonde in een huis van de club, mijn moeder zag dat ik opbloeide in Rotterdam”, geeft de Griek aan. “Ikzelf was trots. Doordat ik bij een prachtige club speel, maar ook doordat ik de moeilijkste fase in mijn leven had overwonnen. In feite is mijn carrière pas in Rotterdam begonnen. Als ze me vragen hoe lang ik al in Nederland ben, zeg ik tegenwoordig altijd: sinds 2006, het moment dat ik bij Feyenoord binnen stapte. Over dat ene jaartje bij Ajax en Amstelveen wil ik niet eens nadenken. Oké, het is een deel van mijn leven, maar in mijn hoofd heb ik alles gewist.”