voetbalzone

Het verhaal van Marten de Roon in Bergamo: ‘Hij is zijn vrouw kwijt’

Daniel Cabot Kerkdijk22 mei 2020, 06:39
Laatst bijgewerkt: 22 mei 2020, 06:39
Advertentie

Marten de Roon merkt als geen ander dat het normale leven in Italië weer een beetje op gang begint te komen. De middenvelder speelt voor Atalanta uit Bergamo, het stadje met naar schatting 15.000 coronadoden én het epicentrum van de crisis in Europa. Atalanta is twee weken geleden weer met trainen begonnen, in afwachting van de mogelijke hervatting van de Serie A. Niemand in Italië weet of het er daadwerkelijk van zal komen.

De Roon snapt heel goed dat de hervatting van het voetbal ook gemengde gevoelens oproept. “Van de 300.000 inwoners in deze provincie zijn er 250.000 fan van Atalanta. Dat zit heel diep. Dat maakt het ook zo onwerkelijk dat onze wedstrijd tegen Valencia, op 19 februari in het San Siro, mogelijk de verspreiding van het virus heeft versneld. Dat onze prestatie, een historische 4-1 overwinning, wellicht ook een keerzijde heeft gehad”, vertelt de Oranje-international vrijdag in het Algemeen Dagblad.

Het duel wordt in Italië beschouwd als een mogelijk funeste besmettingshaard. De Roon woont met zijn gezin op de zevende verdieping van een appartementencomplex en zag de gevolgen: complete stilte en verlaten straten. “Al die rouwadvertenties in de plaatselijke krant, pagina's lang. Die beelden op televisie van die legertrucks met lijkkisten. Die stiltes ook, buiten op straat. Bergamo is een gezellige, best wel levendige stad. Maar op een gegeven moment hoorde ik thuis alleen nog maar sirenes van de ambulances.”

De Roon staat inmiddels vier seizoenen op de loonlijst van Atalanta, verdeeld over twee periodes. Hij voelt zich bijzonder op zijn plek in Bergamo en heeft veel contact met mensen. “Haast iedereen die je spreekt, heeft wel een verhaal. Iemand uit onze staf is zijn vader verloren. Een man die altijd bij de poort stond bij onze trainingen, en met wie ik vaak een praatje maakte, is zijn vrouw kwijt. Mensen delen dat met je, ze willen hun verhalen en verdriet kwijt. Italianen zijn trotse mensen, inwoners van de provincie Bergamo staan daar ook echt om bekend. Het is heel intens allemaal.”

De Roon wil als voetballer graag weer in actie komen, maar snapt tegelijkertijd heel goed dat voetbal nu een bijzaak is in een land dat nog amper hersteld is van de ramp en waar het risico wellicht nog op de loer ligt. “Het is ook heel dubbel, logisch dat mensen heel verschillend reageren. Als voetballer wil je tegelijk graag spelen natuurlijk. De eerste dagen dat we het veld weer op mochten, voelde echt heerlijk. Maar ik snap ook wel dat voetbal echt een bijzaak is nu. Het is fijn dat het normale leven weer een klein beetje op gang komt. Dat je het ook weer over voetbal kunt hebben. Ergens geeft dat ook de hoop dat de dingen weer langzaam normaal worden.”