‘Het is best wel gek om ons dan tussen clubs als Barcelona en Ajax te zien’
Op 19 mei 2018 stond Piast Gliwice virtueel nog op een degradatieplaats in de Poolse Ekstraklasa. Door in eigen stadion directe concurrent Bruk-Bet Termalica Nieciecza met 4-0 te verslaan, werd handhaving op het hoogste niveau op de allerlaatste speeldag nog gerealiseerd. Exact een jaar later sloten de Piastunki opnieuw het seizoen af in het eigen Stadion Miejski w Gliwicach, maar deze keer was de inzet op de slotdag verrassend anders. Met een 1-0 overwinning op Lech Poznan kroonde ‘klein duimpje’ Piast zich tot kampioen van Polen, dankzij een doelpunt van Piotr Parzyszek. Het ‘sprookje van Leicester City’ heeft dit seizoen zodoende zijn Poolse evenknie gekregen.
Door Chris Meijer
Een kleine twee weken na het titelfeest is bij Parzyszek langzaam het besef ingedaald wat Piast afgelopen seizoen gepresteerd heeft. “Afgelopen week stuurde iemand mij een kaartje met alle kampioenen van Europa. Het is best wel gek om Piast dan tussen Barcelona en Ajax te zien, heel bijzonder. Dan besef je pas van: hé, what the fuck hebben wij hier gedaan. Dat heeft wel even geduurd, daar ben ik heel eerlijk in. De eerste twee of drie dagen leef je in een soort roes, maar toen ik op vakantie was, besefte ik wel dat we geschiedenis hebben geschreven”, glimlacht de 25-jarige spits in gesprek met Voetbalzone. “Piast zou in Nederland een stabiele middenmoter kunnen zijn. Je moet je dus voorstellen dat een club als Willem II of PEC Zwolle kampioen wordt in de Eredivisie. Polen staat ook nog altijd een beetje op zijn kop, het is zeker een sprookje wat er allemaal gebeurd is.”
Opmars vanaf het zevende niveau
De stad Gliwice, waar een kleine 200.000 mensen wonen, ligt dertig kilometer ten westen van Katowice. De lokale trots werd vlak na de Tweede Wereldoorlog opgericht door Polen die verdreven werden uit West-Oekraïne. Gliwice (in het Duits Gleiwitz) was voor die tijd onderdeel van Duitsland en had met Vorwärts Rasensport Gleiwitz en VfB Gleiwitz twee betrekkelijk succesvolle clubs. Nadat Gliwice weer deel uitmaakte van Polen, kreeg de stad ook weer zijn Poolstalige voetbalclub. Met dat in het achterhoofd is het niet heel verwonderlijk dat er voor de naam Piast is gekozen, daar dit de eerste heersende dynastie van Polen was. De club is sinds zijn oprichting in 1945 wel geregeld van naam veranderd, want Piast heeft, mede door 8 fusies, in zijn 74-jarige bestaan maar liefst 22 verschillende namen gehad. Tot 2008 kende de clubgeschiedenis van Piast niet al teveel hoogtepunten, afgezien van de verloren bekerfinales van 1978 en 1983. In seizoen 1997/98 was Piast zelfs nog actief op het zevende niveau van het Poolse voetbal. Pas na 63 jaar promoveerden de Piastunki elf seizoenen geleden voor het eerst in het bestaan naar de Ekstraklasa, waarmee men de eerste Poolse club ooit werd die van het zevende naar het hoogste niveau promoveerde.
Na het debuut op het hoogste niveau besloot men van Piast een naamloze vennootschap te maken. 51 procent van de aandelen kwam in handen van de gemeente Gliwice, wat voor een behoorlijke financiële injectie zorgde. In 2010 betrok Piast tevens het gloednieuwe Stadion Miejski w Gliwicach, wat met een capaciteit van ruim tienduizend toeschouwers een exacte kopie is van de Benteler Arena van het Duitse SC Paderborn 07. Ondanks de impulsen bleef het eerste verblijf van Piast op het hoogste niveau beperkt tot twee seizoenen. In 2012 keerde de club terug in de Ekstraklasa, waar men zich in het eerste seizoen na de terugkeer dankzij een vierde plaats voor de eerste keer in de clubgeschiedenis wist te kwalificeren voor Europees voetbal. Met achtereenvolgens een twaalfde, twaalfde, tweede, tiende en veertiende plaats wist Piast zich, los van vorig seizoen, de afgelopen jaren zonder al teveel problemen te handhaven in de Ekstraklasa. Toch lag het voorafgaand aan deze jaargang geenszins in de lijn der verwachtingen dat Piast zou meedoen om de landstitel.
Stabiliteit
Ondanks dat Piast ternauwernood aan degradatie ontsnapte, besloot de technische leiding een groot deel van de selectie intact te houden. Naast Parzyszek, die werd overgenomen van PEC Zwolle, kwamen onder meer Jorge Félix, Mikkel Kirkeskov en Jakub Czerwinski. Van de basiself van de kampioenswedstrijd tegen Lech Poznan stonden negen spelers vorig seizoen al onder contract in Gliwice. “Ze hebben de afgelopen jaren een stabiel beleid gevoerd, de club wordt goed geleid. Ik was bij mijn komst best wel verbaasd over de kwaliteiten in de spelersgroep, omdat ze vorig jaar zo laag speelden”, bekent de in Arnhem opgegroeide Parzyszek, die eerder voor De Graafschap, Charlton Athletic, Sint-Truiden, Randers en PEC Zwolle speelde. Dat Piast vorig seizoen nog bijna degradeerde uit de Ekstraklasa, schrikte hem niet af. “Ik was wel een beetje bang, maar dat had niks met vorig seizoen te maken. Meer omdat alles nieuw was. Ik ging naar een land waar ik geboren was, maar nog nooit als volwassene gewoond had. Ik nam mijn vrouw en dochter mee, terwijl zij super gelukkig waren in Zwolle. Nadat ik bij De Graafschap transfervrij was, kon ik al naar Polen. Maar op dat moment wilde ik me nog in de Eredivisie laten zien. Toen ik wegging bij PEC, voelde het ook als unfinished business. Het zat me dwars dat ik niet had laten zien wat ik kon. Achteraf kan ik zeggen dat dit de beste keuze is geweest die ik tot nu toe heb gemaakt, ik heb ook bewust voor Polen gekozen. Ik kon naar andere landen, maar kreeg bij Piast een driejarig contract, vertrouwen en stabiliteit.”
Parzyszek kende mede door een trainingsachterstand een naar eigen zeggen tegenvallende eerste seizoenshelft. Voor de winterstop ruimde trainer Waldemar Fornalik, voor wie de titel een revanche vormt op het korte, mislukte dienstverband als bondscoach van Polen, slechts vier keer een basisplaats in voor de spits, waardoor zijn doelpuntenproductie beperkt bleef tot twee. Na de onderbreking begon het zowel bij Piast als bij Parzyszek te draaien. Vanaf februari had hij een basisplaats in het elftal van Fornalik, dat zich na de winterstop wist te verzekeren van deelname aan de kampioenronde van de Poolse competitie. Piast kwam uit de winterstop als nummer zes van de Ekstraklasa en keek op dat moment vooral nog naar beneden, daar de eerste acht zich plaatsen voor de play-offs om het kampioenschap. Uiteindelijk besloten Parzyszek en co de reguliere competitie met een achterstand van zeven punten op koplopers Lechia Gdansk en Legia Warschau. De kampioenronde, waarin alle ploegen nog één keer tegen elkaar spelen, werd begonnen met een 0-2 zege op koploper Lechia Gdansk, mede dankzij een treffer van Parzyszek. Terwijl bij zowel Lechia Gdansk als Legia Warschau de spanning toesloeg, bleef Piast onverstoord winnen.
Piast greep de koppositie twee wedstrijden voor het einde na een tamelijk bizarre 2-1 overwinning op Jagiellonia Bialystok. Door een benutte strafschop vlak voor tijd stevende dat duel af op een 1-1 gelijkspel, tot Tomasz Jodlowiec in blessuretijd toch nog voor een overwinning zorgde. Dat die zege uiteindelijk nog over de streep werd getrokken, was tevens te danken aan het feit dat Jagiellonia daarna nog een strafschop miste. “We hadden op dat moment nog twee wedstrijden te spelen, tegen de onderste twee ploegen in de play-off. Dan komt het besef wel even van: wacht even.” Parzyszek omschrijft de titelrace in Polen met een Hollands spreekwoord. “Wanneer twee honden vechten om een been, loopt de derde ermee heen. Eigenlijk zijn we heel lang achteruit blijven kijken op de derde plaats. We zijn het hele seizoen van wedstrijd tot wedstrijd blijven leven en hadden zoiets van: we zien het wel en als we het niet worden, is het ook niet erg. Op gegeven moment waren we zeker van een Europees ticket en een medaille, die je in Polen ook krijgt voor de tweede of derde plaats.”
Bescheiden aanhang, massale steun
De spits bekent dat er desondanks in de laatste twee wedstrijden bij Piast een vorm van druk ontstond, waardoor op de voorlaatste speeldag met een 0-0 gelijkspel tegen Pogon Szczecin het eerste en enige puntverlies in de kampioensonde werd geleden. “We speelden de laatste wedstrijd zeker niet naar ons kunnen”, blikt Parzyszek terug op de kampioenswedstrijd tegen Lech Poznan, waarin hij de winnende treffer voor zijn rekening nam. De laatste wedstrijden werden afgewerkt in een uitverkocht huis, dat dit seizoen voor het eerst tot de nok gevuld was. Gemiddeld zaten er deze jaargang een kleine vijfduizend toeschouwers op de tribune bij thuiswedstrijden van Piast. Dat de club een relatief bescheiden achterban heeft, heeft alles te maken met de betrekkelijk grote buren Górnik Zabrze en Ruch Chorzów. “Ik vind dat wij als team verdiend hebben dat het stadion wekelijks vol zit, dus ik hoop dat het op deze manier blijft leven. Na de kampioenswedstrijd stond de hele stad op zijn kop, alle straten waren afgezet omdat wij met de bus door de stad gingen. Er was bijna geen verkeer, iedereen liep met de bus mee.”
Ondanks dat de vaste aanhang van Piast misschien relatief bescheiden is, werd de ploeg in de laatste weken van de competitie massaal gesteund in Polen. Dit had alles te maken met de collectieve haat jegens Legia Warschau, de grootste en machtigste club van het land en buiten de hoofdstad weinig geliefd. “Zelfs de fans van aartsrivaal Górnik wilden dat wij kampioen zouden worden. Voor ik hier kwam, wist ik niet dat er zoveel haat was richting Legia. Ik vond het wel verrassend dat die sentimenten zo heftig zijn. In Nederland is Ajax de grootste club en je hebt ook mensen die hen niet mogen, maar zij krijgen toch altijd wat voor elkaar met een duidelijke filosofie. Bij Legia is dat blijkbaar niet het geval, het enige dat zij doen is kopen, kopen, kopen. Geld regeert en dat is not done. Er werd ook gezegd: het maakt niet uit wie er na de reguliere competitie bovenaan staat, want aan het einde wint Legia Warschau altijd. Zij hebben de meeste ervaring, de langste adem.” Uiteindelijk pakte Legia in de laatste vijf wedstrijden slechts vijf punten, waar Piast er dertien wist te verzamelen. De legerclub uit Warschau eindigde vier punten achter de verrassende kampioen van Polen.
“Er wordt nu gelijk naar de topclubs gekeken, Gdansk heeft volgens mij al vier aankopen gedaan, Legia Warschau is ook bezig met een reorganisatie, Lech Poznan heeft een dramatisch seizoen gehad: dat zijn clubs met een begroting van 25 tot 30 miljoen euro. Wij doen het met zeven of acht, dat is even een verschil. Als je kijkt naar de manier van het selecteren van de selectie, is het niet eens een verrassing geweest dat we kampioen zijn geworden. We waren echt een team, op en buiten het veld. Niet alleen de eerste elf, maar de hele selectie. Het geheim is en was de kleedkamer, de manier van omgaan met elkaar. We konden lachen en ouwehoeren met elkaar, maar wisten ook wanneer het serieus moest als het erop aankwam”, verklaart Parzyszek. Met zeven doelpunten en vier assists had de spits in de tweede seizoenshelft een belangrijk aandeel in het veroveren van de landstitel. Door zijn verleden als jeugdinternational van Polen was er de nodige aandacht toen hij afgelopen zomer bij Piast tekende. Door de hooggespannen verwachtingen was er voor de winterstop wat kritiek. “Daarna was alles positief en lovend: ze noemden me een doelpuntenmaker, een echte teamspeler, noem het maar op. Voor mij is het fijn om gewaardeerd te worden, na dat jaar in Zwolle.”
“Ik wilde spelen, want dan weet ik dat ik scoor. Als ik speel en het vertrouwen voel van de trainer, ga ik doelpunten maken. Ik wil graag hard werken voor een team en als dat gebeurt, komen de doelpunten vanzelf”, vervolgt hij. Na het kampioenschap hoopt Piast de selectie komende zomer intact te kunnen houden, zodat een plaats bij de beste acht in de Ekstraklasa in de nabije toekomst geconsolideerd kan worden. In dat geval zal er wel een ander pad gevolgd moeten worden dan de Engelse evenknie Leicester City, dat zich in 2016 tot ieders verbazing tot kampioen van Engeland kroonde. “Leicester was nog een groter sprookje, zij moesten afrekenen met Liverpool, Manchester City, Manchester United, Arsenal en Chelsea. Dat zoiets nog is gebeurd in dit tijdperk, is ongekend. Dit eigenlijk ook, want we hebben het negende of tiende budget van de zestien ploegen. Voor ons is het ook uniek, we zullen als groep altijd in de geschiedenis van Piast en de Poolse competitie blijven staan. We zijn kampioen geworden met een ploeg die geen favoriet was en vorig jaar bijna degradeerde”, glundert Parzyszek. Door het kampioenschap start Piast volgend seizoen in de eerste voorronde van de Champions League. “Als je me na mijn vertrek bij Zwolle had gezegd dat ik nu de Champions League in zou gaan, had ik je voor gek verklaard. Je voetbalt van kleins af aan voor de prijzen, van sommige dingen durf je niet te dromen. Maar dromen komen ook uit. Dit zijn dingen die uniek zijn in het voetbal, je ziet dat niet altijd geld regeert.”