voetbalzone

‘Herbstmeister’ mag twee jaar na dreigend einde dromen van Bundesliga

Chris Meijer02 jan 2020, 19:38
Laatst bijgewerkt: 02 jan 2020, 19:38
Advertentie

Van de laatste tien Herbstmeisters in de 2.Bundesliga, dwongen maar liefst acht clubs aan het einde van de rit promotie naar het hoogste niveau af. Het betekent een bijzonder zonnig perspectief voor Arminia Bielefeld, dat grootmachten Hamburger SV en VfB Stuttgart voorlopig voorblijft en halverwege de competitie aan de leiding gaat op het tweede niveau van het Duitse voetbal. Een terugkeer in de Bundesliga zou voor die Arminen een definitief einde van het een roerige periode betekenen, want exact twee jaar geleden stond de club nog op omvallen.

Door Chris Meijer

‘Stirbt Arminia Bielefeld jetzt?’, zo vroeg BILD zich in het voorjaar 2011 af. Het is een vraag die in de jaren ervoor én erna meer dan geregeld gesteld werd. Arminia Bielefeld had zich buitengewoon diep in de nesten gewerkt met de renovatie van de oosttribune in de Bielefelder Alm. De nieuwe hypermoderne hoofdtribune werd in 2007 geopend, zodat het stadion meer toeschouwers kon herbergen en in commercieel opzicht meer mogelijkheden had. Toenmalig algemeen directeur Roland Kentsch sprak van een ‘historische kans’, maar het is uiteindelijk een wonder dat de renovatie Arminia Bielefeld niet de kop gekost heeft. Toen in 2005 werd besloten om een nieuwe tribune neer te zetten, was al duidelijk dat de club zich in de schulden moest steken om dat te realiseren. De geschatte tien miljoen euro viel op dat moment echter relatief mee, temeer omdat Arminia Bielefeld destijds nog in de Bundesliga speelde. Het garandeerde doorgaans een vol huis, terwijl de televisie- en sponsorinkomsten op het hoogste niveau er voor moesten zorgen dat de tribune binnen mum van tijd afbetaald zou zijn.

voetbalzone

Dat de verbouwingen met negentien miljoen aanmerkelijk duurder uitvielen dan de begrote tien miljoen, vormde de eerste tegenvaller voor Arminia Bielefeld. Zolang er echter Bundesliga-voetbal werd gespeeld in de Bielefelder Alm, was er relatief gezien nog geen vuiltje aan de lucht. Nadat Arminia Bielefeld in 2009 naar de 2.Bundesliga degradeerde, begon de schuld zich in moordend tempo op te bouwen tot uiterst bedreigende proporties. Op het tweede niveau trok de club aanmerkelijk minder toeschouwers, gemiddeld bijna tienduizend minder dan in de Bundesliga, terwijl de televisie- en sponsorinkomsten als vanzelfsprekend ook kelderden. Het duurde ruim anderhalf jaar voordat duidelijk werd dat Arminia Bielefeld praktisch failliet was. In april 2011 was de schuld opgelopen tot 27 miljoen, terwijl men ruim een miljoen tekortkwam om het lopende seizoen af te maken.

Dat Arminia Bielefeld bijna negen jaar geleden in leven bleef, was te danken aan een noodfonds van de Deutsche Fussball Liga (DFL). Tegenover de 1,25 miljoen die men ontving om bijvoorbeeld de salarissen te kunnen doorbetalen, stond puntenaftrek die tot degradatie naar de 3.Liga leidde. “Het idee was om clubs te helpen die niet zelf in de problemen zijn gekomen. We kunnen echter concluderen dat er daar hier geen sprake van is. Het zorgt voor een nare nasmaak”, mopperde Rudi Völler na het toekennen van het reddingsfonds aan Arminia Bielefeld. Ralf Schnitzmeier, destijds algemeen directeur, stelde echter dat de acute financiële problemen als een grote verrassing kwamen en dat het noodfonds nodig was om te kunnen bouwen aan de ‘midden en lange termijn’. De degradatie naar het derde niveau van het Duitse voetbal werd destijds beschouwd als een mogelijkheid om een nieuwe start te kunnen maken.

Een echte nieuwe start werd het nooit. Arminia Bielefeld keerde weliswaar terug in de 2.Bundesliga, maar kon de financiële problemen nooit achter zich laten. Door de almaar toenemende schuld bleef er altijd een zweem van onzekerheid rond de club hangen en in het najaar van 2017 werd opnieuw duidelijk dat het voortbestaan in het gedrang was. Op het moment dat Markus Rejek aantrad als directeur, bedroeg de schuld 29 miljoen en was het jaar ervoor een verlies van 4,5 miljoen geleden. Men moest er tegelijkertijd voor vrezen dat de DFL door de financiële wanorde de licentie zou afnemen. De eerste taak van Rejek was om Arminia Bielefeld in ieder geval op de bestuurstafel in de 2.Bundesliga te houden en daar was in principe een bedrag van vijf miljoen voor nodig. Razendsnel na zijn aantreden wist de 51-jarige Duitser, die eerder voor Borussia Dortmund en 1860 München werkte, een front van lokale (grote) bedrijven te formeren, de ‘Bündnisses Ostwestfalen’. Onder meer het Oetker-concern, bierfabrikant Krombacher, koffiefabrikant Melitta en gokbedrijf Gauselmann stapten in ‘Projekt Hermann’ om Arminia Bielefeld te redden en investeerden direct miljoenen om de kortlopende schulden af te lossen.

voetbalzone

“Keulen heeft zijn Dom, Bielefeld heeft Arminia. We zien onszelf niet als een typische groep investeerders, maar beschouwen Arminia Bielefeld als een van de beste reclamemogelijkheden in deze regio”, zei Maurice Eschweiler van machinefabrikant DMG Mori in gesprek met 11Freunde. Naast het aflossen van de kortlopende schulden vormde de verkoop van het stadion een belangrijke pijler onder de levensgrote sanering. Met verschillende schuldeisers werd eind 2017 afgesproken dat Arminia Bielefeld het verschuldigde bedrag zou terugbetalen op het moment dat het stadion verkocht werd. Een klein jaar later kon de club wereldkundig maken dat praktisch de hele schuldenberg was verdwenen, mede dankzij de verkoop van de Bielefelder Alm aan investeerdersgroep ‘Bündnis Alm GmbH’ (dat voor de ene helft bestaat uit vier individuele investeerders en voor de andere helft uit zes regionale bedrijven uit de investeerdersgroep) voor een onbekend bedrag. Arminia Bielefeld huurt het stadion voorlopig en heeft een optie om de thuishaven in de toekomst terug te kopen.

“Dit is niet alleen een reddingsboei in financieel opzicht. Het vertegenwoordigt de interesse in de club, die je niet overal in Duitsland ziet. Het is ons antwoord op de 50+1-discussie”, zo verwees Rejek in gesprek met Kicker naar de zogenaamde 50+1-regel, waardoor voetbalclubs in Duitsland altijd voor de meerderheid in handen van de leden moeten blijven. “Het is voor ons allemaal duidelijk dat de 50+1-regel een belangrijk iets is in het Duitse voetbal. Ook bij ons is het duidelijk dat dit de Duitse voetbalcultuur waarborgt.” Dat Arminia Bielefeld er binnen een jaar in is geslaagd om de schuldenberg weg te werken, noemt Rejek later in gesprek met Der Spiegel een ‘mirakel’. “Het is een wonder dat we een schuld van meer dan twintig miljoen hebben weggewerkt binnen een jaar. We zitten nog steeds niet heel ruim, maar we hoeven in ieder geval niet meer aan oude schulden te denken.”

“We hadden jarenlang een ijzeren bal aan onze voeten. Als werknemer wist je nooit of je kon aanblijven. Nu kan je niet alleen het plezier op het veld voelen, maar ook daarbuiten”, zei Rejek onlangs tegenover de Neue Westfälische. De teruggekeerde stabiliteit binnen de club heeft namelijk ook direct zijn uitwerking gehad in sportief opzicht. Sinds de zomer van 2018 heeft sportief directeur Samir Arabi meer mogelijkheden om de selectie langzamerhand op peil te brengen. Het binnenhalen van trainer Uwe Neuhaus, eerder jarenlang werkzaam als assistent bij Borussia Dortmund en hoofdtrainer van Rot-Weiss Essen, Union Berlin en Dynamo Dresden, in december 2018 bleek een gouden zet van Arabi. De zestigjarige oefenmeester eindigde in zijn eerste seizoen als zevende en wist afgelopen zomer zijn selectie redelijk in stand te houden, terwijl er met Joakim Nilsson, Marcel Hartel en Cebio Soukou enkele gerichte aankopen werden gedaan.

voetbalzone

De ploeg van Neuhaus bleek in het afgelopen kalenderjaar een ware machine. Arminia Bielefeld pakte in 2019 maar liefst 65 punten en alleen Bayern München deed dit beter. Tot de 3-0 nederlaag tegen FC Sankt Pauli in de laatste wedstrijd voor de winterstop wonnen die Arminen zeven uitduels op rij: een historische reeks in de 2.Bundesliga. Mede daardoor blijft Arminia Bielefeld voorlopig grootmachten HSV en VfB Stuttgart, met volgens de cijfers van Transfermarkt veel duurdere selecties, voor. Fabian Klos (dertien doelpunten en vijf assists) en Andreas Voglsammer (negen doelpunten en vijf assists) zijn dit seizoen van grote waarde bij de koploper van de 2.Bundesliga, die uitermate productief is. Voorlopig maakte alleen HSV dit seizoen meer doelpunten dan Arminia Bielefeld: 36 om 35. “We hebben het voor elkaar gekregen met de speelstijl en ik hoop dat Klosi en ik zo blijven samenwerken”, sprak Voglsammer. Klos speelt al sinds 2011 voor Arminia Bielefeld en beleefde de absolute dieptepunten van de club. “Ik ken mijn status hier. Nee, ik zie mezelf niet zo snel meer ergens anders spelen. Als je naar onze ontwikkeling in 2019 kijkt, is het geen verrassing dat we staan waar we nu staan.”

Arminia Bielefeld begint als koploper van de 2.Bundesliga aan de tweede seizoenshelft en met promotie in het vooruitzicht lijken er dingen mogelijk waarvan er slechts twee jaar geleden alleen maar gedroomd kon worden. “Zolang Markus Rejek en ik hier aan het roer staan, zullen er geen gekke dingen gebeuren. We gaan niet all-in om onze sportieve doelen te bereiken. Maar onze huidige situatie biedt zeker mogelijkheden om met spelers te praten die anders niet zouden luisteren. Ons huidige succes is geen toeval, maar het resultaat van hard en realistisch werk. Dromen is toegestaan, maar we moeten hebzuchtig blijven en ons pad met plezier en optimisme vervolgen”, benadrukte Arabi. Over het seizoen 2018/19 maakte Arminia Bielefeld zelfs drie miljoen winst, waardoor er budget ontstaat om te investeren in de infrastructuur van de club. Het zorgt voor optimisme in het noordoosten van Noordrijn-Westfalen, maar voormalig bestuurder Heribert Bruchhagen plaatste in gesprek met Kicker ook een kanttekening door naar buurman SC Paderborn te wijzen. De promovendus bezet na de eerste seizoenshelft de laatste plaats in de Bundesliga. “In economisch opzicht zou het natuurlijk geweldig zijn. Maar kijk naar Paderborn, je kan ook nog problemen op het sportieve vlak krijgen. Gelukkig bestaat er tegenwoordig realiteit bij Arminia. Als supporter kan je je nu afvragen: wat wil ik nog meer?”