Galatasaray rekent simpel af met Alanyaspor; ‘Ajax-doelwit’ laat zich gelden
Galatasaray heeft een volgende stap naar de Turkse landstitel gezet. Cim Bom was met 1-4 te sterk voor Alanyaspor dankzij treffers van Abdülkerim Bardakci, Mauro Icardi, Dries Mertens en Milot Rashica. Twee van de vier assists werden gegeven door vermeend Ajax-doelwit Kerem Aktürkoglu, die gevolgd zou worden door de Amsterdammers. Door de overwinning staat de ploeg van trainer Okan Buruk nu negen punten los van naaste achtervolger Fenerbahçe, dat wel een wedstrijd minder gespeeld heeft.
Galatasaray liet vanaf het begin zijn aanvallende intenties zien. Het leidde onder meer tot een schot van Mertens, die doelman Rúnar Alex Rúnarsson niet liet zweten met zijn schot door het midden. De ploeg van Buruk bleef doorzetten en werd daarvoor na een klein kwartier beloond. Aktürkoglu plantte een voorzet perfect op het hoofd van Bardakci, die Rúnarsson van dichtbij kansloos liet: 0-1.
Er leek geen vuiltje aan de lucht, maar een onhandige overtreding van Sacha Boey deed de arbiter naar de stip wijzen. Efecan Karaca faalde vanaf elf meter niet: 1-1. Het doelpunt deed Alanyaspor goed, daar de ploeg van trainer Ersun Yanal regelmatig dreigende aanvallen opzette. Drie minuten voor rust herstelde Galatasaray de voorsprong echter, toen Icardi tegen een perfecte voorzet van Mertens aanliep: 1-2.
Vlak na rust gooide Mertens op aangeven van Aktürkoglu het duel in het slot. De Belg kreeg een meter of twintig van het doel de nodige ruimte, schoot en gleed tegelijkertijd uit. Al vallend zag hij dat zijn inzet Rúnarsson te machtig was: 1-3. Na ruim een uur spelen werd het 1-4. Sam Adekugbe ontsnapte aan de linkerkant en zag zijn perfecte voorzet worden binnengelopen door Rashica. Buruk wisselde in de tweede helft veelvuldig en gaf onder meer voormalig AZ'er Fredrik Midtsjø twintig minuten speeltijd. De Noor zag dat de honger bij Galatasaray na de vierde treffer niet was gestild, daar het veelvuldig op zoek ging naar de vijfde treffer. De echte scherpte ontbrak echter, terwijl ook Rúnarsson met grote regelmaat zijn klasse liet zien.
[stand:19]