Frankfurt dringt top drie binnen; massale protestacties tegen DFB
RB Leipzig heeft dure punten laten liggen in de strijd om de bovenste plaatsen in de Bundesliga. Die Roten Bullen verloren maandag met 2-1 van Eintracht Frankfurt en staan nu vijfde, twee plekken onder het Eintracht Frankfurt van onder anderen Sébastien Haller, Jonathan de Guzmán en Jetro Willems. Er zal na afloop echter vooral worden nagepraat over de protestacties van de supporters.
De harde kern van SGE protesteerde middels spandoeken en fluitconcerten tegen de voetbalbond, omdat men het er niet mee eens was dat het duel op de maandag werd afgewerkt. Toen de ultra’s dreigden het veld op te komen, besloot Felix Zwayer de wedstrijd uit te stellen. Na vijf minuten uitstel werd er alsnog afgetrapt en de bezoekers sloegen als eerste toe. Jean-Kévin Augustin schoof binnen op aangeven van Konrad Laimer en zette RB Leipzig zo na een klein kwartier op voorsprong in de Commerzbank-Arena.
Lang kon RB Leipzig echter niet van die voorsprong genieten, want na 22 minuten prikte Timothy Chandler na een hoekschop van dichtbij de gelijkmaker binnen en Kevin-Prince Boateng maakte er vier minuten later 2-1 van. RB Leipzig dacht voor rust weer langszij te kunnen komen, ware het niet dat de scheidsrechter besloot om de bal op advies van de videoarbiter tóch niet op te stip te leggen. Ante Rebic had er vervolgens 3-1 van kunnen maken, maar de Kroaat stuitte op de Hongaarse doelman Péter Gulácsi.
Bij het begin van de tweede helft besloten de supporters van Frankfurt andermaal in protest te komen tegen de DFB. Ze gooiden massaal tennisballen en toiletpapier op het veld waardoor er opnieuw gewacht moest worden met de aftrap. Nadien kregen beide partijen nog enkele kansen om te scoren, maar het bleef bij 2-1 in het voordeel van de formatie van Niko Kovac. Frankfurt heeft nu één punt meer dan RB Leipzig en staat slechts één punt onder runner-up Borussia Dortmund. Overigens zat De Guzmán niet in de selectie en bleef Willems negentig minuten op de bank zitten.