Feyenoord staat vertrek van drietal niet in de weg: Malacia moet eerste zijn
Het vertrek van Tyrell Malacia moet het startschot vormen voor de transferperiode bij Feyenoord, zo schrijft het Algemeen Dagblad. Olympique Lyon is nadrukkelijk geinteresseerd in de vleugelverdediger en heeft zich met een verhoogd bod in De Kuip gemeld, al moet er volgens de krant nog wel iets bij om tot een akkoord te komen. Frank Arnesen, technisch directeur van Feyenoord, geeft eveneens te kennen dat de Rotterdammers bereid zijn om mee te denken met Luis Sinisterra en Marcos Senesi, al hoopt hij Orkun Kökçü en Lutsharel Geertruida te kunnen behouden.
Arnesen wil niet al teveel kwijt over de onderhandelingen met Olympique Lyon over Malacia. “We hebben voor onze spelers in algemeenheid bedragen in ons hoofd. Als het niet genoeg is, doen we het niet”, zegt Arnesen in het Algemeen Dagblad. “Intern praten we daar uiteraard over. Jongens als Sinisterra, Senesi en Malacia lijken wel toe aan een stap, maar dan moet het wel voor alle partijen goed zijn. Is dat zo, dan staan we de spelers niet in de weg. Kökçü en Geertruida? Daar is ook belangstelling voor, maar die willen we heel graag langer houden.”
Dat Arnesen pas aan de slag kan met inkomende transfers als er spelers verkocht worden, baart hem nog geen zorgen. “Dat moet je pas doen als het ergens in augustus nog steeds wachten op spelers is”, benadrukt de technisch directeur van Feyenoord. De Rotterdammers versterkten zich al met Danilo, die transfervrij werd overgenomen van Ajax. “We zijn bezig. Geduld hoort bij dit vak.”
Een langer verblijf van Guus Til – die afgelopen seizoen gehuurd werd van Spartak Moskou en in principe terugkeert naar Rusland – behoort nog tot de mogelijkheden. “De FIFA beslist aan het einde van de maand over de situaties van de spelers in de Russische competitie. Niemand mag nu zakendoen met die clubs, want je kunt geen geld overmaken of geld van ze ontvangen. Ik verwacht niet dat spelers daar transfervrij weg mogen, maar misschien zijn er wel andere mogelijkheden. Dat moeten we scherp in de gaten houden.”