Feyenoord gaat onderuit in herhaling van UEFA Cup-finale van 2002
Feyenoord heeft de eerste wedstrijd van 2019 verloren. In het Municipal de Marbella ging de huidige nummer drie van de Eredivisie met 2-1 onderuit tegen de Duitse koploper Borussia Dortmund. Het was de eerste keer dat beide ploegen elkaar troffen sinds de UEFA Cup-finale van 2002, die door Feyenoord werd gewonnen.
De reserves van Dortmund hadden eerder op de vrijdag met 2-3 gewonnen van Willem II; tegen Feyenoord stonden de grote namen op het veld, zoals Axel Witsel, Mario Götze en Christian Pulisic. De Rotterdammers moesten het stellen zonder onder meer Robin van Persie, maar traden wel aan met een groot deel van de normale basisopstelling. In de openingsfase had de ploeg van Giovanni van Bronckhorst het lastig.
Dortmund had het overwicht, maar kwam niet tot veel grote kansen. Naarmate het eerste bedrijf vorderde, raakten de verhoudingen meer in evenwicht. Er kwamen kansen voor Feyenoord: Tonny Vilhena schoot over en Nicolai Jörgensen trof doelman Roman Bürki van dichtbij. Op slag van rust zeilde een poging van Götze voorlangs. De niet erg onderhoudende eerste helft eindigde zodoende zonder doelpunten.
Kort na rust kwam Dortmund wel op voorsprong: Sven van Beek raakte de bal op knullige wijze kwijt aan Maximilian Philipp, die niet naliet om de flater af te straffen. Dylan Vente was vervolgens dicht bij de gelijkmaker, maar vond Bürki op zijn pad. Aan de overzijde maakte Raphaël Guerreiro er daarna 2-0 van, nadat hij Bijlow omspeelde en afrondde. Bart Nieuwkoop bracht de spanning terug door de bal in het doel te glijden, maar het bleef bij 2-1.