FC Porto gaat door met Besiktas na zeven goals en twee rode kaarten
Besiktas en FC Porto stoten samen door naar de zestiende finale van de Champions League. De Turken waren al zeker van de groepswinst en wonnen het slotduel met 1-2 van RB Leipzig, terwijl Porto een spectaculaire 5-2 overwinning boekte op AS Monaco. Leipzig stroomt als nummer drie door naar de Europa League en voor Monaco zit het Europese avontuur erop.
RB Leizpig – Besiktas 1-2
Het al geplaatste Besiktas begon voortvarend en mocht na tien minuten al juichten. Volgens scheidsrechter Viktor Kassai werd er op Jeremain Lens in het strafschopgebied een overtreding begaan door Willi Orban, waarna Álvaro Negredo kon aanleggen vanaf elf meter. De Spanjaard faalde niet: 0-1. Timo Werner dacht halverwege de eerste helft dat hij de gelijkmaker had geproduceerd, maar tot onbegrip van de Duitser werd de goal afgekeurd wegens buitenspel. Zowel Leipgzig als Besiktas werden daarna af en toe gevaarlijk, maar gescoord werd er niet meer in het eerste bedrijf.
Na de onderbreking kregen Werner en Kevin Kampl de mogelijkheid om hun ploeg langszij te schieten, maar Tolga Zengin hield zijn doel wonderbaarlijk schoon. Met nog een halfuur op de klok leek Jean-Kévin Augustin zijn ploeg dan eindelijk de terechte gelijkmaker te bezorgen, maar het doelpunt van de Fransman werd, net als bij Werner in de eerste helft, niet goedgekeurd. Leipzig streed voor zijn laatste kans in de Champions League, maar alle hoop vervloog nadat Stefan Ilsanker tien minuten voor het eindsignaal met zijn tweede gele kaart moest inrukken. Naby Keïta maakte nog de 1-1, maar in blessuretijd besliste Anderson Talisca de eindstand op 1-2.
FC Porto - AS Monaco 5-2
Het meest opvallende moment van de eerste helft vond plaats na 38 minuten. Felipe en Rachid Ghezzal kregen het met elkaar aan de stok en moesten allebei inrukken met een rode kaart. Het stond op dat moment 2-0 voor Porto dankzij een dubbelslag van Vincent Aboubakar. De spits was eerst trefzeker van dichtbij, toen hij ontsnapte aan de buitenspelval op aangeven van Yacine Brahimi. Bij de 2-0 trok Aboubakar in het strafschopgebied naar binnen en verschalkte hij keeper Diego Benaglio. Het was vervolgens de vraag hoe beide teams zouden omgaan met de rode kaart, maar Porto ging 'gewoon' door waar het mee bezig was.
Kort voor rust kwamen de Portugezen immers op 3-0. Brahimi werd bediend door een stiftbal van Aboubakar, ontsnapte aan zijn bewaker en vond de rechterhoek. Een discutabele penalty voor Monaco na een handsbal van Iván Marcano leek de spanning even terug te brengen, want Kamil Glik faalde niet vanaf elf meter. Toch werd de marge razendsnel weer drie, door toedoen van Alex Telles. Porto speelde de bal rond buiten het strafschopgebied en de linksback mikte hard in de hoek: 4-1. Een kopbal van Radamel Falcao betekende de 4-2, maar de eindstand werd bepaald door Tiquinho Soares.