'Er lijkt maar een kandidaat voor de wereldtitel te zijn: Duitsland'
VENLO – De Duitse bondscoach Joachim Löw besloot na de groepsfase tijdens het EK 2008 in Oostenrijk en Zwitserland, waarin de Duitsers tweede werden achter Kroatië, voor een opvallende move. Hij stapte af van het 4-4-2-systeem en begon in de kwartfinale tegen Portugal met een 'Nederlandse' 4-2-3-1 formatie. De Portugezen werden met 2-3 verslagen en deze overwinning was onbewust het begin van een radicale omslag binnen de voetbalopvatting van onze oosterburen.
Door QASIM HAKIM
Matthias Sammer, in 2008 nog technisch directeur bij de Duitse voetbalbond DFB, ontketende de revolutie definitief. Hij wilde af van het betonvoetbal en introduceerde een nieuwe lijn, die moest leiden tot sexy football, gekoppeld aan resultaat. Hij had daarbij de hulp nodig van een Nederlander, Marcel Lucassen. ''Ik werd na het EK gebeld door Sammer. Destijds werkte ik als voetbaltrainer, met spelers van verschillende Bundesligaclubs, individueel op techniek en coördinatie. Hij had goede verhalen over mij gehoord'', vertelt Lucassen in hotel Van der Valk in Venlo. ''Sammer wilde mij graag toevoegen aan het technisch kader binnen de jeugdopleiding van de DFB. Ik voelde me vereerd en was uiteraard geïnteresseerd in een functie binnen de Duitse voetbalbond, maar zei eerst te willen kijken waar ik mee te maken zou krijgen.''
Lucassen werd meegenomen naar een trainingsessie van de Duitse nationale ploeg onder 16. ''Dat was een teleurstellend, vier dagen durend trainingskamp. Het was trainen om het trainen. Er werd één tegen één gespeeld en elf tegen elf, zonder detaillistisch in te gaan op bijvoorbeeld het op welke wijze maken van de passeeractie, het vrijlopen en de momenten van druk zetten. Kortom: het analyseren, trainen en coachen van voetbalhandelingen. Er was geen spelfilosofie aanwezig. Voor spelers was het een verplichting om te trainen, in plaats van een uitdaging om beter te worden.'' Lucassen sprak hierover met Sammer en de betrokken trainers. Hij werd vervolgens aangesteld als de trainer die zich bezighoudt met de individuele voetbalontwikkeling van de spelers binnen het teamproces.
Lucassen was nauw betrokken bij de Duitse nationale ploeg Onder-17 van Marco Pezzaiuoli, die in 2009 Europees kampioen werd. Met Pezzaiuoli was hij daarnaast in 2011 van januari tot en met mei ook actief voor het eerste elftal van TSG Hoffenheim (destijds met Ryan Babel en Edson Braafheid binnen de gelederen), als assistent-trainer en tevens intern specialist voor het ontwikkelen van toptalenten en opleiden van trainers: iets wat hij al projectmatig deed toen Hoffenheim in 2008 promoveerde van de tweede naar de eerste Bundesliga. Ondanks dat Hoffenheim hem in mei 2011 een langdurig contract aanbood, verkoos de Limburger een terugkeer naar de DFB om verder te werken aan de ontwikkeling van toptalenten en trainers.
Lucassen kent het Jong Duitsland, morgen de eerste tegenstander van Jong Oranje in Tel Aviv, van bondscoach Rainer Adrion door en door. ''Cor Pot heeft van Louis van Gaal de vrije hand gekregen in het selecteren van spelers. Dat is in Duitsland niet het geval. Sterren als Mario Götze, Andre Schürrle, Julian Draxler, Ilkay Gündogan en Moritz Leitner zijn feitelijk speelgerechtigd, maar doen niet mee. In Duitsland staat momenteel de ontwikkeling van jongere talenten centraal. Bovendien heeft Adrion de pech dat vaste krachten als Jan Kirchhoff, Tolgay Arslan, Kevin Trapp en Sebastian Jung door blessures het EK aan zich voorbij moeten laten gaan. Of ze kandidaat voor de titel zijn? Ik denk het niet, maar interessant wordt het zeker. Vooral omdat Duitsland in de groep des doods zit met onder andere Spanje en Nederland.''
Dat spelers als Götze, Schürrle en Gündogan ontbreken neemt volgens Lucassen niet weg dat Nederland te maken krijgt met een ploeg die kwalitatief gezien niet minder is dan het team van keuzeheer Pot. ''Jong Oranje heeft veel A-internationals, maar de jonge Duitsers hebben ook ervaring. Hun aanvoerder is Lewis Holtby die bij Tottenham Hotspur speelt, terwijl Matthias Ginter (18) basisspeler is van SC Freiburg. De huidige nummer van vijf van de Bundesliga. Verder hebben ze nog Emre Can (18) van Bayern München, Sebastian Jung (Eintracht Frankfurt) en Schalke-verdediger Sead Kolasinac. Debutanten in de selectie, maar wel spelers die gewend zijn om op topniveau te spelen: namelijk de Duitse competitie. Deze ploeg zal het toernooi van wedstrijd tot wedstrijd benaderen.''
De rollen zijn omgedraaid. Oranje gaat voor het resultaat, met grote jongens als Kevin Strootman, Jordy Clasie en Luuk de Jong. Duitsland hoopt op een ploeg die zich voetballend gezien weet te etaleren. ''Deze ontwikkeling is na het EK van 2008 ingezet. Tijdens het WK van 2010 was iedereen lovend over de Duitse ploeg die in Zuid-Afrika als derde eindigde achter Spanje en Nederland. Tijdens het EK 2012 moest er goud worden gewonnen, maar dat gebeurde niet. Erg teleurstellend. Het kwam hard aan, maar aan de andere kant is men nog lang niet klaar met de spelontwikkeling binnen de nieuwe filosofie. De verdedigers moeten nog groeien in de opbouw van achteruit. Ze zijn snel en moeten omschakelen van het meteen geven van een lange pass, naar het dribbelen met de bal richting het middenveld, om het spel dan pas een vervolg te geven. Verdedigers als Mats Hummels en Benedikt Höwedes kunnen nog de nodige stappen maken. Het ziet er goed uit voor de Duitsers, maar dat is geen garantie voor de wereldtitel volgend jaar in Brazilië. Door de successen van met name Bayern München, maar ook Borussia Dortmund lijkt er maar één kandidaat voor de wereldtitel te zijn: Duitsland. En dat is gevaarlijk.''
Iedereen die over Bayern spreekt, heeft het over het succes van Jupp Heynckes, maar Lucassen wijt ook een groot deel van de wederopstanding van der Rekordmeister, na een verloren seizoen, aan de nieuwe technisch directeur: Sammer. ''Sammer is een controlfreak, een rasperfectionist. Onder hem is Bayern defensief gezien veel sterker geworden. Daarnaast waren de aanvallers Arjen Robben, Franck Ribery, Thomas Müller en Mario Mandzukic veel meer betrokken bij het verdedigende werk, werd er een beter en breder kader samengesteld en was er een variabeler spel te zien in balbezit. Bepalend voor de succesfactor was dat Sammer, naast het feit dat Bayern honger had naar prijzen, voor een enorme focus bij de spelers zorgde."
"De leidende spelers, zoals Philipp Lahm en Bastian Schweinsteiger, werden door Sammer extra begeleid in het leiding op topniveau", vervolgt Lucassen. "Sammer stond in het begin van het seizoen veel op het veld, maar is naarmate de jaargang vorderde meer en meer naar de achtergrond vertrokken om Heynckes niet voor de voeten te lopen. Als sportdirecteur heeft hij het geheel goed gemanaged.'' Het afgelopen jaar had Lucassen regelmatig contact met Sammer, met name over het handelen van de individuele spelers bij balbezit. Sammer wil Lucassen graag naar Bayern halen om de topspelers en toptalenten beter te maken en daarnaast de trainers binnen de voetbalacademie te begeleiden en op te leiden. De kans is aanwezig dat Lucassen het komende seizoen al aan de slag gaat bij de beste club van Europa: ''De komende weken wordt hier meer over duidelijk.''