Engelse clubs betalen duizelingwekkend bedrag aan makelaarskantoren
Clubs uit de Premier League hebben dit seizoen al meer dan 321 miljoen euro uitgegeven aan spelersmakelaars, zo valt op te maken uit cijfers van de Football Association. Manchester City spant de kroon en betaalde liefst 41,2 miljoen euro aan de bemiddelaars. Manchester United en Chelsea volgen op de tweede en de derde plek. Ook in de Championship lijken ze weinig hinder te ondervinden van het coronavirus. Clubs op het tweede niveau spendeerden ruim vijftig miljoen euro aan makelaarskosten.
Manchester City, dat zich afgelopen zomer voor 118 miljoen euro verzekerde van de komst van Jack Grealish, is de absolute koploper als het gaat om makelaarskosten. De transfer van de buitenspeler maakte hem de negende duurste speler in de geschiedenis van de club. The Citizens waren tussen 2 februari 2021 en 31 januari 2022 liefst 41,2 miljoen euro kwijt aan de belangenbehartigers. Manchester United (34,1 miljoen) en Chelsea (33,2 miljoen) volgen op respectabele afstand.
Uit de cijfers van de Football Association blijkt dat de totale uitgaven van 321,1 miljoen euro een minimale stijging is ten opzichte van een jaar eerder, toen 320,9 miljoen euro werd uitgegeven. Destijds spande Chelsea nog de kroon. De club die het minst betaalde aan spelersmakelaars is Brentford FC. The Bees waren 4,1 miljoen euro kwijt. Ook Southampton (5,7 miljoen), Burnley (7 miljoen) en Brighton and Hove Albion (7,3 miljoen) gaven geen schrikbarende bedragen uit.
In de Championship stegen de uitgaven procentueel gezien een stuk harder. Op het tweede niveau werd in totaal 52,3 miljoen euro uitgegeven aan spelersmakelaars. Dat is een stijging ten opzichte van een jaar eerder, toen 48,1 miljoen euro werd betaald. Fulham droeg het meeste af aan makelaars. De club uit Londen betaalde in totaal 11,9 miljoen euro. Dat is ruim een verdubbeling ten opzichte van nummer twee West Bromwich Albion, dat 'slechts' 4,8 miljoen euro moest afrekenen.
The Times meldde eind vorig jaar dat de FIFA van plan is om de torenhoge commissies die topzaakwaarnemers als Mino Raiola opstrijken aan banden te leggen. De wereldvoetbalbond stelt per volgend seizoen een maximale commissie in van tien procent van de totale betaalde transfersom door een club. Raiola en Jonathan Barnett, een andere vooraanstaande voetbalagent, hebben aangegeven zich te beraden op juridische stappen, maar daar lijkt de FIFA niet van onder de indruk. Zaakwaarnemers hebben bij de bemiddeling van spelerstransfers op dit moment de vrijheid om de gevraagde commissie volledig naar eigen inzicht te bepalen.