voetbalzone

Ehizibue weigerde 1,7 miljoen per jaar: ‘Ik kon geen ja zeggen'

Yanick Vos02 feb 2019, 07:03
Laatst bijgewerkt: 02 feb 2019, 07:03
Advertentie

Kingsley Ehizibue was vorige maand op weg naar Genoa, maar zette op het laatste moment een streep door zijn transfer. De verdediger van PEC Zwolle was al medisch gekeurd en kon 1,7 miljoen euro per jaar gaan verdienen met een contract voor vierenhalf jaar. De deal was zo goed als rond en PEC Zwolle zou een bedrag tussen de twee en drie miljoen euro aan hem verdienen. De twijfel sloeg toe bij Ehizibue, die zich tot God richtte voor advies en besloot af te zien van de overstap.

Ehizibue weet nog altijd niet waar zijn twijfel vandaan kwam. “Het was de moeilijkste beslissing in mijn leven. Ik heb mezelf nog proberen om te praten, maar had geen vrede in mijn hart”, vertelt hij in een interview met de Volkskrant. “Ik heb altijd tegen mezelf gezegd: als er een mooie club komt waar ik veel geld kan verdienen, dan ga ik. Maar eenmaal in Genua zei mijn hart dat ik het niet moest doen. Ik ben een gevoelsmens.”

Samen met technisch directeur Gerard Nijkamp was Ehizibue afgereisd naar Genua. De 23-jarige rechtsback had al zijn twijfels en ‘s avonds op zijn hotelkamer namen die niet af. De gelovige Ehizibue vroeg God om advies. “Ik volg altijd Zijn pad. Als ik mijn eigen pad volg, leidt het uiteindelijk tot teleurstellingen. Bij God weet ik dat het goed komt. Daarom heb ik Hem die avond gevraagd wat zijn plan was. Als hij wilde dat ik het deed, had ik het gedaan.”

Ondanks een riant salaris gaf Ehizibue aan dat hij af wilde zien van de overstap. “Ik zou elke speler die dit bedrag zou laten lopen ook voor gek hebben verklaard, maar ik kon gewoon geen ja zeggen”, aldus Ehizibue, die niet bang is dat hij clubs voor in de toekomst heeft afgeschrikt met zijn beslissing om Genoa op het laatste moment af te zeggen. “Totaal niet. Al zou ik alle clubs hebben afgeschrikt, dan is dat maar zo. Hoe gek dat ook klinkt. Ik ben eerlijk naar mezelf geweest, dat is voor mij het belangrijkst. Uiteindelijk gaat het er niet om wat ik doe, maar wie ik ben als persoon.”