Eerste nederlaag van Juventus in 2020 houdt titelstrijd nog open
Juventus heeft zondagavond zijn eerste nederlaag van 2020 geleden. La Vecchia Signora, waar Matthijs de Ligt negentig minuten binnen de lijn stond, ging op bezoek bij Napoli met 2-1 onderuit, door doelpunten van Piotr Zielinski, Lorenzo Insigne en Cristiano Ronaldo. Juventus verzuimt daardoor om de voorsprong op naaste achtervolger Internazionale uit te breiden naar zes punten.
De Ligt had in het San Paolo weer een basisplaats, nadat hij midweeks nog negentig minuten op de reservebank bleef in de bekerwedstrijd tegen AS Roma (3-1 zege). De Oranje-international vormde het centrale duo met Leonardo Bonucci, waardoor Daniele Rugani weer op de reservebank zat. Opponent Napoli steekt de laatste tijd niet bepaald in een beste vorm, daar de laatste drie competitiewedstrijden verloren gingen. De ploeg van trainer Gennaro Gattuso plaatste zich afgelopen week wel voor de halve finale van de Coppa Italia, dankzij een 1-0 zege op Lazio.
De eerste helft leverde niet al teveel spektakel op in Napels. De thuisploeg deelde via Arkadiusz Milik en Mario Rui speldenprikjes uit, maar die wisten de koploper van de Serie A niet echt in de problemen te brengen. Juventus kwam op zijn beurt kort na rust voor het eerst tot scoren, maar het doelpunt van Ronaldo werd geannuleerd wegens buitenspel. Paulo Dybala raakte de paal, waarna de Portugees in de rebound voor de openingstreffer leek te zorgen. Gonzalo Higuaín bevond zich in de aanloop echter in buitenspelpositie, waardoor het doelpunt niet doorging.
De tweede helft begon voor Juventus ook met een tegenvaller, doordat Miralem Pjanic zich met een blessure moest laten vervangen door Adrien Rabiot. Higuaín, die een verleden heeft bij Napoli, leverde met iets meer dan een uur op de klok een gevaarlijk schot, maar zag zijn inzet gekeerd worden door doelman Alex Meret. Vrijwel direct daarna kwam de thuisploeg op voorsprong. Wojciech Szczesny kon een schot van Lorenzo Insigne weliswaar keren, maar tikte de bal voor de voeten van Piotr Zielinski. De Poolse middenvelder reageerde attenter dan Juan Cuadrado en tekende zo voor de openingstreffer.
Napoli wist het duel vier minuten voor tijd definitief te beslissen. Insigne kreeg na een voorzet van José Callejón de bal voor de voeten en haalde, via De Ligt, doeltreffend uit. Ronaldo bracht in blessuretijd de spanning nog terug in de wedstrijd, maar dichterbij dan 2-1 wist Juventus ondanks een grote kans voor Higuaín niet meer te komen. Door de zege van Napoli blijft de titelstrijd voorlopig nog enigszins spannend in de Serie A. Internazionale en Lazio verspeelden dit weekeinde punten, waardoor Juventus de voorsprong op zijn naaste achtervolger had kunnen uitbouwen naar zes punten. Voorlopig bedraagt de voorsprong van la Vecchia Signora op Inter nog drie punten.