Eén PSV’er houdt iets van goed gevoel over aan debacle tegen NAC
Sam Lammers was donderdag de enige PSV'er die nog iets van een goed gevoel overhield aan de wedstrijd tegen NAC Breda. De spits maakte na een zware knieblessure zijn rentree. Lammers kon als invaller echter niet voorkomen dat PSV op blamerende wijze werd uitgeschakeld in de TOTO KNVB Beker (2-0).
“Ik had me er totaal iets anders van voorgesteld. Het had een mooie avond moeten worden, maar het werd een hele slechte”, vertelde Lammers in gesprek met het ANP. Een zware blessure tegen Ajax in de strijd om de Johan Cruijff Schaal betekende een revalidatie van diverse maanden. “Dat was totaal nieuw voor me, ik heb nog nooit zo’n zware blessure gehad. Of het een eenzame tijd was? Nee, dat viel eigenlijk wel mee.”
“Ik heb er met meerdere mensen over kunnen praten. Ik had er alles voor over zo snel mogelijk terug te keren.” Vooral de laatste maanden waren moeilijk voor Lammers: PSV stortte halverwege oktober in en raakte ook nog Steven Bergwijn en Donyell Malen met blessureleed kwijt. Lammers kon niks betekenen. “Je voelt je machteloos op zo'n moment, zeker omdat ik zelf aanvaller ben. Dan wil je je team nog meer helpen.”
PSV verspeelde in twee maanden tijd vrijwel alles: overwintering in Europa, de strijd om de landstitel en donderdagavond de TOTO KNVB Beker. Het bekertoernooi moest het seizoen nog redden en juist in dat toernooi maakte Lammers donderdag zijn rentree. 'Ik kreeg na ruim een half uur spelen een seintje dat ik moest gaan warmlopen en toen wist ik al wel dat ik er de tweede helft inkwam. Dat was een bijzonder moment.”
Lammers zag het helemaal fout gaan met zijn elftal. PSV zakte zwaar door de ondergrens tegen de Keuken Kampioen Divisie-club. “Het was veel te slap van onze kant. Ik had me er meer van voorgesteld. Voor mijzelf was het even mooi, maar het werd toch nog een klote-avond.”