voetbalzone

‘Die trainer pakte me na twee weken vast en zei: ‘Doe eens rustig aan, jongen’’

Chris Meijer28 feb 2019, 20:46
Laatst bijgewerkt: 28 feb 2019, 20:46
Advertentie

GENÈVE - “Ik zit alleen maar te praten, ik heb mijn mond nog niet gehouden. Nog geen twintig seconden.” Alex Schalk onderbreekt het gesprek en begint te lachen. De 26-jarige spits, sinds afgelopen zomer in dienst van het Zwitserse Servette FC, praat zoals hij voetbalt: in de allerhoogste versnelling. “Ik vind dat mooi man, over voetbal lullen. Dat hoort er ook bij, je moet gepassioneerd zijn over je werk. En als je dat niet bent, kun je beter stoppen. Want laten we eerlijk zijn: we zijn bevoorrecht dat we op zulke plekken mogen voetballen.”

Door Chris Meijer

Sinds afgelopen zomer is miljoenenstad Genève de thuishaven van Schalk, waar hij het shirt van Servette draagt. In meerdere opzichten was het afgelopen zomer nogal een overstap voor de Brabander, die de afgelopen tweeënhalf jaar in de Schotse Hooglanden woonde en voetbalde. In het begin vormde de taal in het Franse deel van Zwitserland het voornaamste struikelblok. “Ik moest een rekening gaan openen bij Credit Suisse. Dan denk je: nou, dat is een internationaal bedrijf en daar spreekt wel iemand Engels of Duits. Ik kwam daar binnen en er werd alleen maar Frans gesproken. Dat is een beetje die Franse inslag: als je hier bent, moet je maar Frans spreken. Dan denk ik: kom op, als je zo’n instelling bent. Ik moet toch gewoon een bankrekening kunnen openen als ik geen Frans spreek?” Zijn talenknobbel hielp Schalk razendsnel op weg in Genève. “Ik spreek nu vloeiend Frans, die jongens staan er van te kijken dat ik dat binnen zes maanden onder de knie had. Ik heb geluk dat ik talen zo snel oppik. Ik spreek ook vloeiend Duits, met de trainer (Alain Geiger, red.) communiceer ik in het Duits.”

Nadat Schalk met Ross County degradeerde uit de Schotse Premiership, had hij de keuze uit diverse clubs. Met elf competitiedoelpunten eindigde hij als vierde op de topscorerslijst van het hoogste niveau van Schotland, waardoor er de nodige interesse was. Eén van de clubs die Schalk graag binnen wilde binnenhalen, was Aberdeen. “Dat had mijn voorkeur, was misschien wel mijn droomstap geweest. Ze wilden me graag hebben, maar het is misgelopen. Zonde, want dat was een stapje omhoog geweest in dezelfde competitie en ik had al met de trainer gesproken. Ik wilde geen stap opzij zetten in Schotland, ook al waren verschillende clubs geïnteresseerd. Celtic en Rangers laat ik buiten beschouwing, maar Hearts, Hibernian of Aberdeen zag ik wel zitten. Ik had niet het idee dat er voor mij veel meer uit te halen viel in Schotland, ik had bij Ross County het uitsterste gepresteerd.” Ook verschillende clubs in Nederland hengelden naar de diensten van Schalk, maar zijn keuze viel op het slagvaardige Servette. “Na een aantal dagen contact te hebben gehad, lieten ze me al overvliegen om alles te laten zien. Het is een hele grote club, met een grote historie. Daar hebben ze veel aandacht aan besteed. Daardoor voelde ik me direct belangrijk en dat is eigenlijk wat iedere voetballer wil. Je wil graag dat mensen je willen hebben. Qua club is dit absoluut een stap vooruit geweest, alleen qua competitie niet. Maar dat wist ik van tevoren. Het is een jaar investeren, om weer op het hoogste niveau te gaan spelen.”

Met Servette is Schalk in Zwitserland bij een bijzondere club terechtgekomen. De club uit Genève heeft donkere jaren achter de rug, want na een faillissement werd men teruggezet naar het derde niveau van het Zwitserse voetbal. Na het kampioenschap in de zogenaamde Promotion League bivakkeert de zeventienvoudig kampioen van Zwitserland, waarmee men na Grasshopper Club Zürich en FC Basel de meest succesvolste club van het Alpenland is, al drie jaar op het tweede niveau. Dit seizoen moet de jaargang worden dat het ‘FC Twente van Zwitserland’ gaat terugkeren op het hoogste niveau, waar men dan uiteindelijk tot de beste vijf clubs van de Super League moet gaan behoren. “De club is een beetje in de vergetelheid geraakt. Mensen uit Nederland vroegen aan me: Servette, Servette? Dan gaan ze googelen en zien ze dat het een enorme club is.” Na 22 wedstrijden is Servette momenteel de koploper van de Challenge League, met een voorsprong van zes punten op naaste achtervolger Lausanne Sport. Schalk trof tot dusver zeven keer doel in Zwitserse dienst, terwijl hij driemaal als aangever fungeerde. “In het begin heb ik pech gehad met een hamstringblessure, waardoor ik er een wedstrijd of vijf heb uitgelegen. Daarna heb ik alles gespeeld wat ik kon spelen. Oké, misschien heb ik nog niet het aantal goals gemaakt dat ik had willen maken. We spelen hier met twee spitsen en de nummer tien die onder mij speelt, heeft er ook al zeven gemaakt.”

Waar heb je het meest aan moeten wennen na je overstap afgelopen zomer?
“Naast de taal, is dat toch de mentaliteit. Het gaat hier ook een beetje van: doe maar rustig aan. Niet dat ik een negatief beeld wil schetsen, maar ik heb daar wel een beetje moeite mee. Ik kom uit Schotland, waar je niet hoeft te zeggen: Vandaag gaan we op honderd procent trainen. Dat zit daar automatisch in het systeem, daar was het elke training 120 procent. Je hoefde niemand aan te sporen, iedere jongen haalde alles eruit. Ik ben ook zo’n jongen, ik houd daarvan. Als je traint, moet je goed trainen. Als je niet op honderd procent traint, word je ook niet beter. Dus als ik iets verlies, of dat nou een partijtje of een positiespel is, scheld ik iemand helemaal verrot. In positieve zin. Hier wordt dan gezegd: Tranquille, zaterdag is pas de wedstrijd. Die trainer pakte me hier na twee weken vast en zei: Schalkie, doe eens rustig aan, jongen. Het hoeft allemaal niet zo hard, zaterdag is pas de wedstrijd. Dat was voor mij wel omschakelen, ik ben altijd bezig. Ik ben een energiek mannetje. Dat haal je niet uit het beestje, ze worden nog steeds gek van mij. Ik heb zoiets van: wij willen kampioen worden. Dus als je op tachtig procent wil trainen, kan dat misschien in deze competitie. Als je promoveert en met deze instelling wedstrijden gaat spelen, ga je er ook weer uit. Daarom denk ik dat je nu al kan beginnen met op 110 procent trainen, in plaats van dat je volgend seizoen na tien wedstrijden onderaan staat en dan pas keihard gaat trainen.”

voetbalzone

De welbespraakte Schalk haalt tijdens het gesprek de recente uitwedstrijd tegen FC Chiasso aan als voorbeeld. Op bezoek bij de laagvlieger ging koploper Servette met 2-1 onderuit. Hiervoor was de ploeg van Schalk dertien wedstrijden ongeslagen. “Dan ga je denken: ah, Chiasso-uit, dat doen we wel even. Ik zei al meteen: Jongens, dat is een sloopploeg. Daar moet je oorlog maken. Nou, tegen mij hoef je dat niet te zeggen. In Schotland deed ik dat iedere week, want daar maakt het niet uit of je tegen Celtic of tegen Hamilton speelt. Ik ben zo’n mannetje die van tevoren een aantal keer aangeeft: toon discipline, ga niet lopen lanterfanten. Dan maar met kutvoetbal met 0-1 winnen en snel de bus weer in. Maar hoe krijgen we een goal tegen? Doordat onze centrale verdediger een lang balletje rustig wil aannemen en naar de zijkant wil spelen. De tegenstander onderschept de bal, gaat één-op-één en maakt de 2-1. Iedereen maakt fouten. Maar die instelling. Die instelling. Je hoort het al, ik ben zo’n mannetje die daar niet tegen kan. Dus dat horen ze dan ook wel.” Het is een instelling die Schalk opdeed in zijn periode in Schotland, waar hij tussen oktober 2015 en juli 2018 Ross County diende. Het huwelijk tussen de aanvaller en the Staggies bleek uitermate gelukkig, want in 107 wedstrijden was hij goed voor 31 doelpunten. Met een treffer in de finale tegen Hibernian bezorgde hij Ross County de eerste en tot dusver enige League Cup in de historie.

Staat er al een standbeeld van jou voor het stadion?
“Haha, nee joh. Ik hoef ook helemaal geen standbeeld. Als er iemand een standbeeld verdient, is het wel de chairman (Roy MacGregor). Wat hij allemaal voor die club heeft gedaan, is fantastisch. Het is geweldig wat er toen allemaal gebeurde. Wat moet ik ervan zeggen? Het is leuk voor later, om te kunnen vertellen. Het heeft mijn status wel veranderd, ook bij Ross County zelf. Ik kreeg een verbeterd contract, kwam langer vast te liggen en werd er rijkelijk voor beloond. Met de trainer (Jim McIntyre, red.) daar heb ik fantastisch samengewerkt, hij wist precies de juiste snaar te raken. De puzzel viel daar precies op zijn plek voor mijn carrière.”

voetbalzone

Was de stap naar Schotland ideaal voor jouw carrière?
“Om heel eerlijk te zijn, had ik in 2015 niet heel veel andere keuze. Mijn contract bij Go Ahead Eagles was in goed overleg ontbonden. We waren gedegradeerd naar de Eerste Divisie, het jaar daarvoor was ik een aantal maanden geblesseerd geweest. Er waren niet heel veel clubs die zaten te wachten op mij. Ja, wat Eerste Divisie-clubs. Maar als je dan de kans krijgt om in Schotland te voetballen, in het systeem waarin je het beste tot je recht komt... Dan ga je dat gewoon eens proberen. Ik had zoiets: dan gaan we daar gewoon vlammen.”

“Ik was op zoek naar mijn kwaliteiten en dat werd pas duidelijk toen ik naar Ross County ging. In Nederland spelen weinig ploegen met twee spitsen. Een aantal clubs probeert het wel, maar die hebben dan de spelers er niet op geselecteerd”, zo gaat Schalk concluderend verder. Als geboren Bredanaar doorliep hij de jeugdopleiding van NAC, waarna hij voor Jong PSV en Go Ahead Eagles speelde. Na zijn vertrek uit Nederland speelde hij de afgelopen seizoenen voornamelijk in een tweespitsensysteem, naast een iets meer fysieke aanvaller. “Ik denk dat ik in Schotland goed tot mijn recht kwam. Daar is het van: niet zeiken en keihard werken. De mouwen opstropen en voetballen. Of het nu min twaalf was, lekker met de korte mouwtjes het veld op. Daar houd ik van. Niet dat gezeik allemaal, de mouwen opstropen en gaan. In de eerste twee maanden heb ik echt aanpassingsproblemen gehad in Schotland. Ik vind kick and rush altijd een beetje denigrerend, maar het is wel echt strijdvoetbal en de intensiteit ligt veel hoger.” De toon in de stem van Schalk gaat omhoog als hij het over het voetbal in Schotland praat. “De passie en de mentaliteit in Schotland is geweldig om mee te maken. Hoe mensen voetbal daar beleven... Tja. Dat is gewoon mooi. De mensen in Schotland komen op vrijdag uit hun werk en voordat ze hun vrouw een kus geven, doen ze een voetbalshirt aan en gaan ze met een biertje op de bank zitten. We kunnen ons niet voorstellen hoe dat daar beleefd wordt.”

In hoeverre is het voor jou een doelstelling geweest om via Schotland in Engeland terecht te komen?
“Het was een beetje de doelstelling om via Schotland in Engeland te komen. Ik wist toen nog niet of het voetbal überhaupt bij mij zou passen. Dat was wel het geval: een systeem met twee spitsen, een lange, grote jongen om me heen, dat was voor mij ideaal en dan ben ik op mijn best. In Engeland waren er opties. Je moet wikken en wegen, want ga je dan in de League One spelen terwijl je in Schotland op het hoogste niveau kan spelen? Tegen het hoogste niveau wordt toch anders gekeken dan tegen de League One. Veel Engelse jongens kwamen vanuit die competities naar Schotland, omdat het beter was om op het hoogste niveau te spelen. Ik had er mijn twijfels bij, omdat ik in Engeland wel in de Championship of bovenin de League One wilde spelen. Als je realistisch bent, want je kunt wel de Premier League zeggen... Dat is een droom, maar als er iemand zelfkritisch is, ben ik het wel.”

“Ik wilde laten zien dat de puzzelstukjes daar op de juiste plaats konden vallen. Mijn vader zei dat ik vroeger al riep dat ik er geen problemen mee had om als profvoetballer naar het buitenland te gaan. Als je dat niet wil, moet je geen voetballer worden. Ik vind dat mooi, ik ben ook wel een avonturier. Dat heb ik een beetje van mijn vader geërfd, die heeft ook in Nieuw-Zeeland gewoond”, zegt Schalk. Wat dat betreft sluit hij in de toekomst ook een avontuur in Azië niet uit. “Ik zeg niet dat ik daar ooit nee tegen kan zeggen: als er ooit een club uit Azië komt met een pak geld, wie ben jij dan om dat af te wijzen? Dat weet je pas als er zoiets op tafel komt. Ik zou niet nu zeggen dat ik nooit naar Zuid-Korea of Australië zou gaan. Als je wat jaartjes ouder bent, dan zou ik daar over nadenken. De komende jaren wil ik kampioen worden met Servette, Super League spelen en dan zien we wel wat er gebeurt. Ik zou ook nog weleens in Nederland willen spelen.”