Depay en consorten slaan laat toe in Spanje; Gameiro laat Atlético weer winnen
Olympique Lyon heeft zich donderdagavond voor de achtste finales van de Europa League geplaatst. Het team van Bruno Génésio zegevierde bij Villarreal, een week na de 3-1 zege voor eigen publiek. Atlético Madrid, dat zonder de begeerde Yannick Ferreira Carrasco aantrad, won tegelijkertijd opnieuw van FC Kopenhagen, terwijl Zenit Sint-Petersburg de nederlaag in het heenduel met Celtic wegpoetste.
Villarreal – Olympique Lyon 0-1
Het team van Javier Calleja had twee goals nodig om de volgende ronde te bereiken, maar sloot de eerste 45 minuten doelpuntloos af. De beste kans voor Villarreal vond zes minuten voor rust plaats. Anthony Lopes voorkwam dat een inzet van Enes Ünal de 1-0 betekende. De ploegen hielden elkaar goed in evenwicht; een intens Villarreal met balbezit en een Olympique Lyon, waar Kenny Tete op de bank bleef, met enkele goede kansen. Zo moest Sergio Asenjo in de zevende minuut tot het uiterste gaan om een inzet van Memphis Depay te keren.
In de tweede helft ging het duel op en neer, met kansen over en weer. Lopes stond wederom een goal van Unal in de weg, terwijl Daniele Bonera in de doelmond tot tweemaal toe een inzet van Nabil Fekir onschadelijk maakte. Naarmate de tweede helft vorderde, steeg de spanning op de tribunes. Bertran Traoré had het vizier niet op scherp staan en mikte in het zijnet, terwijl Ünal tot tweemaal toe er niet in slaagde om de bal achter Lopes te krijgen. Voor Jaume Costa zat het duel er na 77 minuten op: hij kreeg eerst geel voor een overtreding en daarna direct rood na een opmerking. Luttele minuten later maakte Traoré de 0-1, na voorbereidend werk van Houssem Aouar en Fekir.
Atlético Madrid - FC Kopenhagen 1-0
Het team van Diego Simeone domineerde vanaf de eerste minuut en had weinig moeite om het doel van Stephan Andersen te bereiken, mede dankzij de goed spelende Angel Correa en Vitolo. Een heerlijk doelpunt van Kévin Gameiro gaf de doorslag voor rust. Met een inzet in de linkerhoek nam de Fransman de 1-0 voor zijn rekening. FC Kopenhagen, met Viktor Fischer in de basis, zorgde amper voor gevaar.
In de tweede helft verloor Atlético, dat het heenduel al met 1-4 had gewonnen, niet de controle over het duel, al moest Jan Oblak wel in actie komen op een schot van Pieros Sotiriou. Aan de andere kant van het veld kwam Anderson als winnaar uit een één-tegen-één-situatie met Gameiro. Tot meer waren de teams niet in staat, mede op basis van het al duidelijke resultaat in de eerste ontmoeting in Denemarken.
Zenit Petersburg – Celtic 3-0
Na zeven minuten liep het team van Brendan Rodgers reeds achter de feiten aan. Branislav Ivanovic kopte uit een corner van Leandro Paredes de 1-0 achter Dorus de Vries. Twintig minuten later verdubbelde Zenit de voordelige marge en ging de Nederlander niet vrijuit. De Vries beoordeelde een hard schot van Daler Kuzyaev van een meter of 25 verkeerd, waardoor de bal door het midden tegen de touwen ging: 2-0.
In de tweede helft ging Celtic, dat het heenduel met de Russen met 1-0 had gewonnen, definitief ten onder. Na een uur spelen verscheen de 3-0 op het scorebord: na een pass van Ivanovic was Aleksandr Kokorin sneller dan Mikael Lustig en werkte hij van dichtbij de bal binnen.