voetbalzone

De tweevoudig Oranje-international die niet graag tegen Emanuelson speelde

Mart Oude Nijeweeme14 feb 2021, 14:26
Laatst bijgewerkt: 14 feb 2021, 14:26
Advertentie

Ietwat onverwachts besloot Roy Beerens op kerstmiddag na vijftien jaar een punt achter zijn carrière als profvoetballer te zetten. Beerens was het afgelopen jaar bij Vitesse op een zijspoor beland en besloot, ondanks een doorlopende verbintenis, in overleg met de club zijn contract te laten ontbinden. De buitenspeler kende zijn beste tijd onder Gertjan Verbeek bij sc Heerenveen en AZ, droeg het shirt van Oranje, maar genoot het meest in Berlijn, waar hij zich als speler van Hertha BSC thuis voelde met zijn familie. “Mensen die zeggen dat je niet je best doet, daar kan ik echt niet bij. Luister, je speelt voor 20.000 man, dan ga je er echt niet met de pet naar gooien.”

Door Mart Oude Nijeweeme

Beerens mag dan gestopt zijn als profvoetballer, het spelletje kan hij nog maar moeilijk loslaten. “Wat ik aan het doen ben? Filmpjes aan het kijken van spelers, haha.” Beerens heeft de schoenen nog niet aan de wilgen hangen, of hij kijkt al naar de toekomst. “Het lijkt mij heel gaaf om jonge spelers te begeleiden bij hun carrière. Een voetballer kan leunen op zijn talent, maar dan haal je nooit het maximale uit jezelf naar boven. Ik denk niet dat iedereen dat altijd in de gaten heeft. Als ik kijk naar individuele sporten als tennis of boksen, die trainen veel harder dan voetballers. Ik heb mijn hele leven bij hetzelfde makelaarsbedrijf gezeten (ESA Soccer, red.) en heb daar heel veel baat bij gehad. Komende zomer ga ik daar aan de slag als spelersbegeleider. Dat zal nooit zo leuk zijn als zelf voetballen, maar je probeert er je voldoening uit te halen.”

Dat laatste kreeg Beerens in zijn nadagen als voetballer niet meer voor elkaar. De buitenspeler geeft te kennen altijd bourgondisch te hebben geleefd en nooit heel aandachtig met voeding bezig te zijn geweest gedurende zijn carrière. Dat leidde er mede toe dat zijn terugkeer op de Nederlandse velden geen groot succes werd. “Dat heeft er wel mee te maken gehad, ja. Als ik kijk wat er allemaal mogelijk is tegenwoordig, dan had ik er de laatste jaren meer aan moeten doen. Dat is iets wat ik achteraf gezien zeker anders had aangepakt.” Beerens keerde in 2017 met Vitesse terug op de Nederlandse velden en begon in Arnhem als basisspeler, maar had een slechte verstandshouding met Leonid Sloetsky en beweerde zelfs dat de Russische oefenmeester hem een jaar het voetbal had afgepakt. “Daar is genoeg over gezegd en gesproken de laatste jaren. Dat hoofdstuk heb ik afgesloten.”

Zo slecht als Beerens het kon vinden met Sloetsky, zo goed was zijn band met Gertjan Verbeek. Na zijn jeugd bij PSV te hebben doorlopen, kwam Beerens via NEC Nijmegen bij Heerenveen terecht. In Friesland kende Beerens sportief gezien zijn beste jaren en groeide hij uit tot publiekslieveling. De vleugelspits kreeg het vertrouwen van Verbeek en betaalde dit terug binnen de lijnen. “Er zijn heel veel mensen die moeite hebben met zijn karakter, maar ik heb altijd heel prettig met hem gewerkt”, blikt Beerens terug. “Hij zat er altijd bovenop. Je moet niet gaan zeiken bij hem, je moet gewoon je ding doen. Ik heb daar geen moeite mee. Hij geloofde in mijn speelstijl en onze karaktereigenschappen matchten wel met elkaar. Je moet er gewoon niet te veel tegenin gaan.”

voetbalzone

Beerens typeert zichzelf als een simpele en nuchtere jongen, die liever niet in de spotlights stond. Ook de kritieken die hij tijdens zijn loopbaan over zich heen kreeg, lieten hem in de meeste gevallen onberoerd, al had hij er soms best moeite mee als mensen hem verweten dat hij er niet alles aan deed. “Mensen die zeiden dat ik geen zin had, hebben er echt geen verstand van. Ik heb me altijd het snot voor de ogen gewerkt en als kleine jongen omhoog gevochten. Luister, als je voor 20.000 man speelt, ga je er echt niet met de pet naar gooien. Soms ziet het er zo uit, omdat je door de tegenstander overklast wordt. Ik ga toch geen anderhalf uur in de auto zitten om vervolgens niks te doen?”

Praten met de media deed Beerens liever niet en ook de sponsoravonden liet hij liever aan zich voorbij gaan. Beerens groeide in zijn laatste jaren in Friese dienst uit tot een van de beste buitenspelers op de Nederlandse velden en dat kwam vooral doordat hij wist waar zijn eigen kwaliteiten lagen. “Ik was goed vanaf de zestien naar de achterlijn. Ik was absoluut geen speler van de lange afstanden. Daarom had ik het ook altijd heel moeilijk met spelers als Urby Emanuelson. Die draaide makkelijk, was snel en kwam vaak mee op. Voor Edson Braafheid en Eljero Elia gold hetzelfde. Die twee hadden zo’n goede connectie in de tijd dat Twente nog bovenin meedraaide, daar had ik heel veel moeite mee. Ik was heel snel, maar niet op de lange afstand. Ik moest het hebben van mijn acties en voorzetten.”

Verbeek was zo gecharmeerd van Beerens, dat hij hem in de zomer van 2011 naar AZ haalde. De twee hadden een bijzondere band en ook in Alkmaar bewees Beerens al snel zijn waarde. Nadat bondscoach Bert van Marwijk hem in 2010 voor de eerste keer bij een B-selectie van het Nederlands elftal had gehaald, mocht hij een jaar later met de grote namen aantreden. “Dat niveau lag een stuk hoger dan mijn niveau, weet ik nog. Ik heb me toen vooral verbaasd over Wesley Sneijder en Robin van Persie. Sneijder legde de ballen met links en rechts binnen bij een afwerkoefening. En Van Persie, zo sterk met een man in zijn rug. Zo technisch begaafd.” Beerens bleef tegen Zwitserland de gehele wedstrijd op de bank, maar mocht tegen Duitsland een kwartier opdraven.

voetbalzone

Beerens had altijd de droom om door te breken bij zijn jeugdliefde PSV. Bij die club doorliep hij de jeugdopleiding, werd hij kampioen en speelt zijn eigen zoon momenteel. “Hij speelt op dit moment in PSV Onder-13. Ze hebben nu vakantie, maar doorgaans traint hij vier keer per week. Of hij mijn potentieel heeft? Hij is linksbenig, dat zijn vaak sierlijke spelers. Ik mag graag naar hem kijken.” Dat hoopt Beerens dan ook vaker te kunnen doen nu hij een punt achter zijn carrière heeft gezet. De rappe aanvaller zal altijd met een fijn gevoel De Herdgang betreden. “PSV is de club waar ik het meest aan te danken heb. Ik was nooit de beste speler in de jeugd, maar merkte toen ik vijftien of zestien was dat ik grote stappen zette. Op een gegeven moment dacht ik: nu moet ik doordrukken. Ik kreeg techniektraining van Ricardo Moniz, de beste trainer die ik heb gehad, en werd later door Ernest Faber en Gerald Vanenburg bij het beloftenelftal gehaald. Ik merkte dat die gasten vertrouwen in mij hadden. Ik kwam als snotneus binnen, was snel, iel en technisch.”

Maar net als vele anderen, wist ook Beerens bij PSV niet door te breken vanuit de jeugdopleiding. “Buiten Ibrahim Afellay en Ismaïl Aissati is bijna niemand doorgebroken bij PSV. Tuurlijk denk ik daar nog wel eens aan terug. Maar je komt op een punt dat je volwassen wordt. Ik wilde er het maximale uithalen en dat ging bij PSV niet lukken. Dan moet je een volwassen vent zijn en het ergens anders laten zien. Er zijn ook jongens die te lang blijven hangen, die vallen weg. Als je denkt dat je PSV-waardig bent, moet je het laten zien. Ik koos er uiteindelijk voor om naar NEC te gaan, waar ik het gewonnen EK met Jong Oranje aan te danken had, en kwam op die manier elke keer een stapje verder. Ik kan wel zeggen dat ik goede keuzes heb gemaakt tijdens mijn carrière.”

Beerens doelt onder andere op de keuze om naar Reading te gaan. Na een succesvol eerste seizoen bij Hertha BSC, waarin hij onder andere samenspeelde met de van Everton teruggekeerde John Heitinga, zat de tweevoudig international in zijn tweede jaar in de Bundesliga vooral op de bank. Reading had op dat moment Jaap Stam als eindverantwoordelijke voor de groep gezet en sloeg met Beerens, Danzell Gravenberch en Joey van den Berg een Nederlandse weg in. Een tijd waar Beerens nog altijd met genoegen aan terugdenkt. “Dat was een wereld van verschil vergeleken met de Bundesliga. Een hele andere competitie, een hele andere speelstijl. Wij speelden verzorgd voetbal, maar de meeste teams in de Championship moesten daar weinig van weten. Beesten van verdedigers, dat lag mij wel. Ik slingerde de ballen vanaf de zijkant voor het doel en onze spitsen kletsten er wel in. Ik heb daar een goed eerste jaar gehad.”

voetbalzone

Beerens kon het in die periode bijzonder goed vinden met Van den Berg en had met de voormalig middenvelder van Heerenveen, NEC en PEC Zwolle de meeste lol tijdens zijn loopbaan. “Ik weet nog dat we op een gegeven moment bij Sheffield United speelden. Het had behoorlijk geregend die dag en het veld was slecht bespeelbaar”, herinnert Beerens zich. “Joey schoffelde die wedstrijd iedereen onderuit, kreeg een gele kaart en kwam na de wedstrijd met een bebloed hoofd de kleedkamer in. Iemand was met zijn noppen langs zijn hoofd gegaan. Zijn hele oorlel hing er los aan, maar dat had hij niet in de gaten. Dat moest natuurlijk gehecht worden. Ik heb ontzettend veel gelachen met hem in die tijd.”

Dat het tweetal er allebei voor koos om in 2020 afscheid te nemen van het voetbal, berust volgens Beerens op toeval. Met een aantal jongens heeft hij altijd goed contact gehouden, maar de meeste jongens spreekt hij amper. Beerens wil zich volledig focussen op zijn gezin en zijn werk als spelersbegeleider. Een carrière als trainer is voor de voormalig vleugelaanvaller niet weggelegd. “Nee, absoluut niet. Ik wil graag mijn eigen tijd indelen. Als trainer zit je altijd vast aan trainingen en wedstrijden en ben je alsnog veel van huis. Ik ga genieten van mijn gezin en zie wel wat er verder op mijn pad komt.”