voetbalzone

De twee Rotterdamse jeugdvrienden op Kreta: ‘Best een club met historie’

Chris Meijer12 okt 2021, 19:51
Laatst bijgewerkt: 12 okt 2021, 19:51
Advertentie

Nederlandse profvoetballers zijn in alle uithoeken van de wereld te vinden, van de spotlights van de grote Europese competities tot de meer avontuurlijke dienstverbanden op andere continenten. In de rubriek Over de Grens spreekt Voetbalzone wekelijks met een speler die buiten de landsgrenzen actief is. Met deze keer aandacht voor Jeffrey Neral en Tyrone Conraad, die samen voor Ergotelis FC op Kreta spelen.

Door Chris Meijer

Het duurt even voor Tyrone Conraad in beeld verschijnt. Als hij zich eenmaal in het gesprek mengt, blijkt zijn microfoon niet te werken. Er gaat een tijdje overheen voor het technische probleem is verholpen. “In het veld is hij sneller, kan ik je vertellen”, lacht Jeffrey Neral als Conraad nog even op zich laat wachten. De twee wonen op zo’n tien minuten rijden van elkaar in Heraklion, de hoofdstad van het Griekse eiland Kreta. “Gelukkig maar, anders word je helemaal gek van elkaar”, zegt Neral met een knipoog. De carrières van Neral en Conraad zijn opvallend innig met elkaar vervlochten en kwamen een jaar geleden bij Ergotelis weer bij elkaar, toen de 23-jarige rechtsback en de 24-jarige spits tegelijk hun handtekening zetten onder een tweejarig contract op Kreta.

Neral: “Ja, we hadden al lang samengespeeld. Te lang, voor mijn gevoel.”

Conraad: “Veel te lang.”

Neral: “Het is wel opmerkelijk dat we vaak in elkaars aura zitten.”

Conraad: “Bij Feyenoord.”

Neral: “Sparta.”

Conraad: “Nu weer hier.”

Neral: “Ik kende hem ook al van Alexandria, een amateurclubje. Van jongs af aan al.”

Maakte het makkelijker dat jullie elkaar hadden in de keuze om naar Griekenland te gaan?

Neral: “Ja, zeker.”

Conraad: “Het was zeker fijn. We kennen elkaar lang en weten van elkaar hoe we zijn. Maar ik ben ook iemand die zoiets heeft van: kom maar op met het avontuur. Ik sta er altijd wel voor open en doe daar niet moeilijk over. Je hebt toch wel een Nederlands iemand op wie je kan terugvallen, dat biedt houvast.”

Het is voor jullie allebei het eerste echte buitenlandse avontuur, al heeft Jeffrey wel stage gelopen bij Trencín.

Neral: “Dat klopt, alleen is dat niet officieel geworden. Ik ben daar wel vier maanden geweest, maar het was heel lang onduidelijk of ik daar een contract zou krijgen. De ene week zat dat er wel in, de andere week was het weer op amateurbasis. Op een gegeven moment duurde het zo lang dat ik voor mezelf die knoop moest doorhakken, je hebt als speler duidelijkheid nodig.”

Dit is wel even wat anders dan Slowakije.

Neral: “Zo! Dat zijn twee verschillende werelden.”

Waren jullie toe aan zo’n buitenlands avontuur?

Conraad: “Voor mijn gevoel was het in Nederland wel een beetje gespeeld. Ik had zoiets van: als er een buitenlands avontuur komt, waarom niet? Een heel nieuw hoofdstuk. Ja, dat zag ik wel zitten. Ik heb een jaartje bij Kozakken Boys gezeten en daarvoor altijd betaald voetbal gespeeld, dus ik was wel blij dat er weer een kans kwam. Die moet je dan met beide handen pakken.”

voetbalzone

Neral: “Ik had een jaar bij Helmond Sport erop zitten, dat eerder was gestopt door corona. Daarna kwam ik op een kruispunt te staan. Helmond en ik gingen niet meer verder. Daarna heb ik nog een tijdje met TOP Oss en FC Dordrecht meegetraind. Mijn zaakwaarnemer Jean Michel Biharie van Focus on Football kwam vervolgens met interesse uit Griekenland en ik stond wel open voor een buitenlands avontuur.”

Waren jullie meteen overtuigd toen jullie Griekenland hoorden?

Conraad: “Je gaat wel een beetje research doen: vragen stellen aan mensen die in Griekenland zijn geweest, de club een beetje opzoeken. Eigenlijk was alles positief en dat gaf een goed gevoel. Toen ik daar aankwam, was ik wel tevreden. Dat ben ik nog steeds.”

Neral: “Ik moet wel zeggen dat ik niet direct stond te springen. Ik kende de grote clubs in Griekenland. Olympiacos, PAOK. Maar ik wist geen fluit van het tweede niveau. Dus ik heb wat research gedaan en daar kwam uit dat het een voetballende ploeg is. Toen was het gevoel al wat beter, want ik houd wel van voetballen en niet zo van de lange bal.”

Nu kan ik me voorstellen dat het idee om op Kreta te wonen ook wel aantrekkelijk is.

Neral: “Dat heeft niet direct meegespeeld. Maar toen ik het mijn ouders vertelde, dachten ze: is het nu vakantie? Dat is het niet, voor de duidelijkheid. Kreta is wel echt een vakantie-eiland, natuurlijk. Als ik aan mensen vertel dat ik op Kreta voetbal, beginnen ze vaak gelijk lachen. Voetballen op Kreta.”

Conraad: “Ze praten vaak over hele andere dingen. Chersonissos, bijvoorbeeld.”

Hoe was het toen jullie daar kwamen? Kwam dat overeen met de verwachtingen?

Neral: “Ik had niet zoveel verwacht, eerlijk gezegd. Maar toen ik aankwam, was ik eigenlijk best verbaasd. Het was niet verkeerd, weet je wel. Zeker nu je weet hoe het er bij andere clubs aan toegaat en eruitziet. Dan mag je met deze club wel in je handjes knijpen.”

voetbalzone

Bedoel je dat dan qua faciliteiten en dat soort dingen? Jullie spelen bijvoorbeeld in een aardig stadion: het Pankritio Stadion, waar ruim 25.000 mensen in kunnen.

Neral: “Ze doen het hier op hun eigen manier. De faciliteiten en dat soort dingen zijn niet enorm modern, zoals we in Nederland misschien gewend zijn. Er wordt wel wat geregeld, ze hebben hun eigen mechanisme en dat werkt voor hier. We hebben een gym, wat niet iedere club heeft. Fysio’s, een ijsbad: ze maken er wel wat van.”

Conraad: “Dat is zeker niet overal zo. OFI Kreta speelt op het hoogste niveau en heeft niet eens een gym. Dat is wel opvallend. Toen we daar aankwamen, lieten ze wel met beelden zien hoe ze voetbalden. We keken elkaar aan en hadden zoiets van: dat ligt ons wel.”

Neral: “Toen ik met de mensen hier een beetje in gesprek ging, kwam ik er een beetje achter hoe groot de club is. Het is best een club met historie. Je hebt OFI Kreta en die spelen op het hoogste niveau, maar vroeger was Ergotelis dé club van Kreta.”

Merk je in meer opzichten dat het van oudsher een grote club is?

Neral: “Dat valt eigenlijk wel mee. Toen we vorig seizoen veel wonnen, merkte ik dat wel steeds meer mensen me aanspraken. ‘Tegen wie spelen jullie vandaag? Wel winnen, hè’, dat soort dingen.”

Hebben jullie de tijd nodig gehad daar je plek te vinden?

Neral: “Ik ben niet zo moeilijk met ergens mijn plek vinden. Voor mij was het snel omschakelen. Al is er wel sprake van een klein verschil in mentaliteit. Je kunt wat afspreken om vier uur en dan pas om vijf uur beginnen. Kijk bijvoorbeeld naar het organiseren van de competitie, daar zijn ze heel nonchalant in. Vorig seizoen begon de competitie pas in januari, nu was dat ook pas in oktober. Het stoorde me niet zozeer direct, maar het blijft je toch achtervolgen. In het veld vergeet je alles. Maar je wordt altijd met de realiteit geconfronteerd als je van het veld afstapt. Als er iets gevraagd wordt, gaan ze er altijd pas later mee aan de slag. In Nederland is alles top geregeld.”

voetbalzone

Conraad: “In Nederland zijn we eigenlijk echt verwend, als je dat vergelijkt met Griekenland.”

Neral: “Verwend, inderdaad.”

Conraad: “We hebben vorig seizoen echt een hele lange voorbereiding gehad, op een gegeven moment denk je: wanneer gaat de competitie starten? Je bent al een tijdje gewend als de competitie pas in januari begint.”

Heeft het niet ook een klein voordeel gehad dat de competitie vorig seizoen pas in januari begon?

Neral: “Dat scheelde wel. In het begin moest ik wel even wennen aan de hitte. Na twee sprintjes was ik kapot. Het is wat zwaarder, met snel zweten en veel drinken. We trainden in de eerste weken vanwege de hitte ook om zeven uur ‘s ochtends, dat is wel een uitdaging. Nu is dat dezelfde tijd als in Nederland, rond tien uur. Het is nog steeds warm, maar in de beleving van de Grieken is het wat koeler.”

Conraad: “Het is wel lekker geweest, want ik had een blessure en ik heb de tijd gehad om te revalideren.”

Neral: “Ik heb er op een gegeven moment wel moeite mee gekregen dat de competitiestart op zich liet wachten. Want na een tijdje trainen vraagt je lichaam naar een volgende prikkel. Die kwam niet, ik moest mezelf onderhouden. Dat is een mentaal spelletje geweest, maar het is goed gekomen.”

Je komt er dan ook pas na een halfjaar echt achter wat het niveau in de competitie is.

Neral: “Klopt. In het begin ken je nog geen enkele club. De eerste wedstrijd was tegen Ionikos, dat bleek achteraf de grote kandidaat om te promoveren en de latere kampioen. Ik ging daar heel nuchter in, van: het zal wel. Dat is in het begin wel een verschil.”

Hoe is het niveau, als je dat bijvoorbeeld vergelijkt met Nederland?

Neral: “Het is vooral fysiek, heel veel dingen gaan op kracht.”

Conraad “Ja, ja. En sommige clubs hebben niet echt een plan. Bij Nederlandse clubs kun je er wel van uitgaan dat ze gaan opbouwen, via de linies en de flanken. Hier is het echt de lange bal en vanuit de tweede bal voetballen. Er is niet echt een tactiek, het enige dat telt is de overwinning. Als er eenmaal een keer gescoord is, vallen er heel moeilijk meer doelpunten. Ze teren gewoon op 1-0.”

Het is misschien ook sneller crisis als je eenmaal een keer verliest.

Neral: “Wij hebben het een jaar volgehouden met één trainer, maar ik weet natuurlijk niet wat er bij die andere clubs gebeurt. Grieken zijn van nature emotionele mensen, die kunnen heftig reageren als het resultaat niet wordt behaald. We hebben vorig jaar bijna alles gewonnen, behalve de laatste wedstrijd.”

Conraad: “Daarin viel ineens een rode kaart.”

Neral: “Een onterechte rode kaart.”

Conraad: “Het begon in de rust al, dat mensen van Ionikos naar beneden kwamen om een beetje druk uit te oefenen op de scheidsrechter. Al snel in de tweede helft gaf hij een rode kaart en daarna viel het hun kant op.”

Neral: “Anders zouden we kampioen worden en promoveren. Nu werd onze tegenstander Ionikos kampioen en promoveerden zij naar het hoogste niveau. Het was een emotionele dag.”

Conraad: “Een heel zware dag. Je gaat dan ook terugkijken waar je de benodigde punten had kunnen halen en we hebben ook een reeks gehad waarin we vier keer gelijkspeelden of verloren. Dat waren de punten die we nodig hadden om in één keer te kunnen promoveren.”

Neral: “Tja. We hebben er daarna nog wel over gesproken met de jongens, maar het is niet zo dat je er iets aan kunt doen door het aan te kaarten.”

Merk je dat Ergotelis graag naar het hoogste niveau wil? Of heeft vorig seizoen in dat opzicht iets aangewakkerd?

Neral: “Ik denk dat ze nu op basis van vorig jaar misschien verwachtingen hebben. Dat merkte ik eerst niet echt. Er staat nu wel druk op.”

Conraad: “Je merkt toch dat een beetje het gevoel leeft dat we vorig seizoen meededen om het kampioenschap. Je ziet het ook aan de jongens die zijn gekomen.”

Neral: “Ik had na die wedstrijd tegen Ionikos ook wel zoiets van: volgend jaar moet het écht gebeuren. Heel veel meer van jezelf vragen, zeg maar.”

Conraad: “Op het hoogste niveau gaan er wel deuren voor je open, dat was mooi geweest.”

Neral: “Het is een doel, je wilt zo hoog mogelijk voetballen en hebt er al een beetje aan geroken.”

Conraad: “Als het niet in Griekenland is, is het wel ergens anders waar je op het hoogste niveau wil spelen. Je moet gewoon vlammen en alles laten zien. Ik heb persoonlijke doelen die ik wil bereiken. Je gaat altijd met een gedachte ergens naartoe, ik ging ook met een doel. Dat was ook voor promotie spelen.”

Neral: “Ik had niet durven dromen dat ik in het eerste jaar al bijna gepromoveerd zou zijn. Dat is zeker uitgekomen. En buiten het veld is het ook niet vervelend: zon, gezelligheid. Er is genoeg te vinden hier.”

Geen heimwee naar Nederland, dus?

Neral: “Zeker niet!”