De Nederlandse avonturier (25) die is uitgegroeid tot beste speler van Canada
Nederlandse profvoetballers zijn in alle uithoeken van de wereld te vinden, van de spotlights van de grote Europese competities tot de meer avontuurlijke dienstverbanden op andere continenten. In de rubriek Over de Grens spreekt Voetbalzone met een speler die buiten de landsgrenzen actief is. Deze keer aandacht voor Daan Klomp, die een kleine twee maanden terug in Canada werd verkozen tot Speler van het Jaar.
Door Jordi Tomasowa
In een uitgebreid en open interview vertelt de 25-jarige centrumverdediger over de weg vol hobbels die hij heeft bewandeld om uiteindelijk tóch als profvoetballer te slagen. Drieënhalf jaar geleden liep Klomp uit zijn contract bij NAC Breda, inmiddels lonkt een schitterende stap naar de Amerikaanse Major League Soccer. “Dat is wel het doel en ik ben ervan overtuigd dat ik het niveau aan zou kunnen”, klinkt het vol zelfvertrouwen uit de mond van de sympathieke Zeeuw .
Klomp zet zijn eerste stappen als voetballer bij de plaatselijke amateurvereniging VV Wissenkerke en het Vlissingse JVOZ. Met enig geluk volgt daarna een overgang naar NAC Breda. “Dat was wel een mooi verhaal. Ik speelde in mijn laatste jaar bij JVOZ als middenvelder, maar kreeg na mijn stage bij NAC te horen dat ze eigenlijk helemaal geen spelers voor mijn positie nodig hadden. Ik werd in eerste instantie afgewezen, alleen toen stopte er een centrumverdediger bij NAC die het seizoen daarna zou doorstromen naar de B1. NAC wist dat ik op die positie ook uit de voeten kon, waardoor ik toch de stap kon maken.”
Debuteren tegen Ajax
Perspectief op speeltijd in het eerste elftal leek hij na drie jaar in de jeugdopleiding niet direct te hebben, maar de komst van trainer Mitchell van der Gaag veranderde alles. “Toen bleek ook dat ik niet heel ver van het gewenste niveau af zat.” In november 2018 mocht Klomp uitgerekend thuis tegen Ajax (0-3) zijn officiële debuut in het shirt van NAC maken. “Dat was zeker heel bijzonder. Ajax had op dat moment niet het minste elftal met spelers als Dusan Tadic, David Neres, Matthijs de Ligt, Frenkie de Jong en Donny van de Beek.”
Negen Eredivisie-wedstrijden op rij krijgt Klomp het vertrouwen, maar nadat Van der Gaag in maart 2019 opstapt wegens tegenvallende resultaten, weet de op dat moment twintigjarige prof ook dat hij zich geen illusies meer hoeft te maken. “Van der Gaags opvolger, Ruud Brood, heeft eigenlijk helemaal niet naar me omgekeken. Het was zelfs zo dat ik op een wedstrijddag eens in clubkostuum op de club kwam en toen vroeg de fysio aan mij wat er aan de hand was.”
“Toen bleek Brood dus in de krant te hebben gezegd dat ik door een knieblessure vier weken uitgeschakeld zou zijn. Ik was gewoon fit, maar er werd dus niet meer op mij gerekend. Ik kreeg toen ook van technisch directeur Tom van den Abbeele te horen dat daar volgend seizoen geen verandering in zou komen en dat ik beter iets anders kon zoeken.”
Een uitleenbeurt aan Helmond Sport bood uitkomst, al werd Klomp eigenlijk geen keus gelaten. “Ik had alleen nog maar vrijblijvend gesproken met Wil Boessen, die daar op dat moment trainer was. De volgende dag las ik in de krant dat ik op huurbasis naar Helmond vertrok, terwijl ik nog helemaal niet had getekend. NAC had op dat moment een samenwerkingsverband met Helmond. Ik was nog niet meteen helemaal overtuigd, maar het was wel duidelijk dat NAC mij liever kwijt dan rijk was.”
Klomp speelde in totaal twintig wedstrijden namens Helmond Sport. De coronapandemie zorgde er uiteindelijk voor dat het daarbij is gebleven. “De competitie kwam in februari stil te liggen. Met een aflopend contract bij NAC was dat natuurlijk niet heel fijn. Ik heb van februari tot augustus voor mezelf getraind in de fitness, hetgeen niet altijd even makkelijk was. Daarna heb ik nog met Team VVCS wedstrijden gespeeld en getraind. Toen werd mij wel duidelijk dat de coronapandemie een flinke invloed had op de spelersmarkt. Clubs hadden het financieel zwaar, waardoor er bij duels van de VVCS soms ook geen scouts kwamen kijken.”
Uitzichtloze situatie
Klomp erkent dat hij deze periode bijna moedeloos werd. “Begrijp me niet verkeerd. Het was voor niemand een leuke periode, maar zonder contract zag ik het somber in. Ik was op stage geweest in Duitsland bij een club op het vierde niveau. Toen dacht ik bij mezelf: moet ik dat wel willen? Het niveau is niet bijzonder, je bent ver van je familie en je gaat niet voor een vetpot voetballen. Finland was ook nog een optie. Ik praatte met een trainer die redelijk gebrekkig Engels sprak, waardoor ik niet direct overtuigd was.”
In november hoorde Klomp voor het eerst over de interesse uit Canada. “Dat ging best wel apart via een zaakwaarnemer op Instagram. Toen ik het voor het eerst hoorde dacht ik: dat is vast iemand die kletskoek verkoopt. Maar Cavalry bleek wel degelijk echt geïnteresseerd te zijn. De competitie was daar nog zo nieuw dat de club aan zaakwaarnemers had gevraagd om spelers in Europa te zoeken. Toen kwamen ze gelukkig nog bij mij uit.”
Klomp kreeg een déjà-vu toen ook zijn transfer naar Cavalry leek te klappen. “Ze hadden al een centrumverdediger onder contract staan waarvan werd verwacht dat hij zou vertrekken. Alleen hij bleef toch nog, waardoor ik eerst hoorde dat mijn transfer naar Canada niet doorging. Uiteindelijk vertrok die verdediger alsnog en kon ik in januari 2021 bij Cavalry tekenen.”
Klomp noemt het een kans die hij wel met beide handen aan moest grijpen, aangezien de gedachte om te stoppen inmiddels al langere tijd door zijn hoofd spookte. “Ik had hier in Nederland ook al met amateurclubs als Goes en SteDoCo gesproken, maar tegen een avontuur in Canada kon ik natuurlijk geen nee zeggen. Het is een heel mooi land en zou ik er niet slagen, dan kon ik in ieder geval zeggen dat ik het had geprobeerd.”
Bewogen reis
Enorm gemotiveerd maakte Klomp zich op voor een vlucht naar Calgary, al had deze reis door de coronapandemie wel heel wat voeten in de aarde. “De regels omtrent vliegen waren toen nog vrij streng, dus de club moest enorm veel regelen om mij naar Canada te krijgen. Het land zat nog volledig in lockdown en liet niemand uit Europa toe.”
“Samen met Tom Field, een jongen uit Engeland die ze eveneens hadden ingelijfd, vloog ik op 11 maart 2021 naar Turkije. Vanuit Istanbul gingen we naar Antalya, dat wordt gezien als het Aziatische deel van de Turkije. Daar moesten we twee weken verblijven om daarna naar Canada te mogen vliegen. Mijn reis ging als volgt: van Amsterdam naar Istanbul en Antalya, weer terug naar Istanbul, door naar Chicago, Denver en Calgary. Het was zeker een flinke trip”, zegt de nuchtere Zeeuw met gevoel voor understatement.
Op 27 maart 2021 landde Klomp in Calgary, waarna hij samen met zijn Engelse ploeggenoot nog eens twee weken in quarantaine moest. “Drie dagen in een hotel, dat we echt niet mochten verlaten, en elf dagen op het trainingscomplex van Cavalry. Dat was een redelijk open plek, waardoor we daar met zijn tweeën konden trainen. Het was ook wel fijn dat ik samen met hem kon reizen. Zo bouw je direct een goede band op met iemand en kom je niet helemaal alleen bij je nieuwe club aan.”
Eenmaal op het veld merkte Klomp al snel dat hij moest acclimatiseren. “Het lastige is dat Calgary op grote hoogte ligt, dicht bij de Rocky Mountains. We behalen thuis vaak goede resultaten, omdat andere ploegen het niet gewend zijn om op zo’n grote hoogte te spelen. De eerste maand vond ik dat ook pittig. Het is wel echt iets geweest waar ik aan heb moeten wennen.”
“In de winter is het hier vrij koud, dus dan trainen we in een indoorhal die meer in het oosten van Calgary ligt”, legt de verdediger uit. “Daar heb je een indoorveld en een gym. “Daarnaast ligt in het zuiden van de stad het multifunctionele sportcomplex Spruce Meadows. Daar spelen we onze wedstrijden en hebben we enkele trainingsvelden, al trainen we het meest in ons stadion zelf. Spruce Meadows staat eigenlijk vooral bekend om de paardenshows. Dat schijnen de grootste van Noord-Amerika te zijn. In september spelen we altijd drie uitwedstrijden op rij vanwege die Masters.”
Klomp staat inmiddels bijna drie seizoenen onder contract bij Cavalry en geniet naar eigen zeggen nog elke dag. Door de verre uitwedstrijden krijgt hij veelvuldig de kans om prachtige steden in Canada te ontdekken. “We reizen enorm ver. Bijvoorbeeld de uitwedstrijd tegen Halifax Wanderers. Halifax ligt aan de oostkust van Canada. Dat is vanuit Calgary meer dan 5 uur vliegen en een tijdsverschil van 3 uur. Ter vergelijking: Calgary naar Amsterdam is een vlucht van ongeveer 9 uur.”
Voor sommige uitduels vertrekken Klomp en zijn ploeggenoten zelfs twee dagen van tevoren. “In ons eerste seizoen kregen we de avond voor de wedstrijd dan altijd zakgeld en kon je zelf in de stad eten halen. Sinds begin 2022 is dat echter veranderd. Nu krijgen we enkel nog maaltijden voor het hele team en wordt alles collectief gedaan.”
Prachtige natuur
“Het leven in Canada is prachtig”, vertelt Klomp vol enthousiasme. Calgary ligt op een uurtje rijden van de Rocky Mountains. Moraine Lake en Lake Louis zijn de andere toeristische trekpleisters. Het zijn allemaal schitterende plekken. De laatste twee jaar ben ik er eigenlijk te weinig geweest. In mijn eerste jaar ben ik daar als nieuwe jongen vaak met ploeggenoten heen gegaan. Als ik er nu zou komen, dan denk ik: het meer ziet er eigenlijk toch gewoon weer hetzelfde uit als twee jaar terug, haha.”
Toch is het niet zo dat hij alles in Canada al heeft gezien. “Het land is natuurlijk enorm groot. Dat is wel het mooie van het leven dat ik nu heb: het is te gek dat je veel van het land kunt zien. Ik heb een Canadese vriendin, dus zij weet precies waar ze me mee naartoe moet nemen. De natuur is hier in ieder geval prachtig. Wat wel grappig is: ik ben samen met een ploeggenoot eens op pad geweest, stak er recht voor ons ineens een beer over. Dat was ook wel even schrikken.”
Klomp erkent dat voetbal in Canada steeds meer begint te leven, alleen ijshockey is er nog altijd de grootste sport. “Toen een maat van me, Bodi Brusselers, me kwam opzoeken begonnen net de Play-offs voor de Stanley Cup. De Calgary Flames speelden toen een best-of-seven series tegen de Edmonton Oilers. Een bijzondere gelegenheid want dit was ook nog eens een derby. Beide teams komen uit de provincie Alberta. Het was de eerste wedstrijd en tickets waren bijna niet meer te krijgen, maar door enig geluk had ik er nog twee kunnen bemachtigen. Eenmaal bij het stadion aangekomen bleek het dat we ook nog fantastische plekken te hebben. Het enige probleem was dat wij beiden geen idee hadden waar we nou naar zaten te kijken.”
“Het begin van de wedstrijd was veelbelovend, de Flames stonden na 1 minuut al 2-0 voor. Een uitverkocht stadion en de sfeer zat er goed in, alleen moet ik wel zeggen dat de sfeer heel anders en eigenlijk niet te vergelijken is met bijvoorbeeld een Eredivisie-derby. De eindstand was 9-6 in het voordeel van de Flames. Al met al was het een hele mooie ervaring. Er werd mij de volgende dag op de club verteld dat dit een van de meest legendarische wedstrijden was die ze in jaren hebben gezien.”
Droomseizoen
Direct na zijn komst bij Cavalry groeide Klomp uit tot een onbetwiste basisspeler. De teller staat inmiddels op 87 duels en vooral het afgelopen seizoen werd er voor hem een om niet snel te vergeten. “We begonnen dramatisch, want we speelden de eerste vijf wedstrijden gelijk, daar schiet je natuurlijk niet heel veel mee op. We hebben toen wat kleine veranderingen doorgevoerd. We speelden sindsdien met drie centrale verdedigers en ik ben als meest centrale gaan spelen in plaats van rechts. Je kunt wel stellen dat ik echt mijn plek heb gevonden.”
Bij Cavalry rouleerde Klomp sinds de omzetting vaak met de controlerende middenvelder uit zijn ploeg. “Zo kan ik wat meer indribbelen en bewaken de andere twee centrumverdedigers en onze nummer 6 de balans. Het heeft mij denk ik ook in de spotlights gezet. Ik ben het gewend om vanuit een bepaalde structuur te voetballen, maar nu kreeg ik een meer vrije rol, die me wel goed heeft gedaan. Het is een beetje dezelfde soort rol die John Stones bij Manchester City invult.”
De mindere seizoenstart werd Cavalry uiteindelijk niet fataal, want na een flinke eindsprint kroonden Klomp en zijn teamgenoten zich in september tot kampioen. “Dat werden we in het vliegtuig nadat we zelf hadden gespeeld bij York United in Toronto. We vlogen dezelfde dag terug en op dat moment verloor de nummer twee, Pacific FC, van de nummer drie, Forge. Iedereen had natuurlijk WiFi gekocht in het vliegtuig en zo wisten we een uur voordat we landden dat we kampioen waren. Dat weekend hebben we het kampioenschap nog goed gevierd.”
Tegen het einde van het seizoen werden ook de individuele prijzen tijdens een gala uitgereikt. Klomp won eerst de prijs voor Verdediger van het Jaar en werd daarna ook nog eens door alle managers uit de Canadese Premier League verkozen tot Speler van het Jaar. “Ik had wel verwacht dat onze ploeg in de prijzen zou vallen, maar dat ik die twee awards mocht ophalen was natuurlijk wel enorm speciaal.”
Waar Klomp er niet in slaagde om door te breken in Nederland, is hij nu een grote meneer in het Canadese voetbal. De centrumverdediger heeft er een logische verklaring voor. “NAC was ook wel een hoger niveau, we speelden op dat moment in de Eredivisie. Ik had nog heel weinig ervaring, was twintig jaar en begon pas net te ruiken aan het profvoetbal. Door dat seizoen bij NAC heb ik enorm veel geleerd en de afgelopen seizoenen bij Cavalry zijn natuurlijk ook allemaal bagage geweest.”
Ook het feit dat NAC in het seizoen 2017/18 tegen degradatie streed, maakte het volgens Klomp lastig om als jonge jongen uit te blinken. “Wanneer we in de middenmoot hadden gespeeld, had de ploeg iets vrijer gespeeld en zou er minder druk op hebben gestaan. Cavalry behoort ieder seizoen tot de titelfavorieten en omdat we vaak de dominante ploeg zijn, kan ik ook mijn waarde bewijzen in de opbouw.”
Grote ambities
Door de winst van de twee individuele prijzen én zijn goede spel heeft Klomp zich begrijpelijkerwijs in de kijker gespeeld van meerdere clubs. Als hij mag kiezen, vertrekt hij deze winter naar de Amerikaanse MLS. Aan zijn gedroomde transfer kleven echter wel de nodige haken en ogen. “Ik werk er met mijn management hard aan, maar het is lastig om als buitenlandse speler in de MLS te komen, zeker vanuit de Canadian Premier League.”
Elke club mag daar iets van zeven buitenlandse spelers onder contract hebben staan.
“Er zijn een handvol spelers die wel die overstap hebben kunnen maken, alleen zij waren allemaal Canadees of Amerikaans en tellen niet als een ‘international’. Als je kijkt naar de buitenlandse spelers die door MLS-clubs worden aangetrokken, dan zijn dat allemaal grote namen. Kijk maar naar Inter Miami, dat weet na Lionel Messi en Jordi Alba ook Luis Suárez nog aan te trekken."
In de Verenigde Staten wordt een zogeheten salary cap gehanteerd om de uitgaven van clubs te beperken. Er mogen slechts drie spelers per club boven een bepaald bedrag verdienen. "En dat zijn natuurlijk allemaal buitenlanders”, geeft Klomp aan. “Ik wil mezelf niet indekken, want ik denk dat ik het niveau in de MLS aankan. Alleen dit helpt niet.”
De hoop op een fraaie stap omhoog heeft de mandekker echter nog niet volledig opgegeven. “Er is een jongen uit de CPL, Lukas MacNaughton, en die speelt nu alles bij Nashville. Hij heeft de Canadese en Belgische nationaliteit. Joel Waterman is een ander voorbeeld. Die vertrok in 2020 van Cavalry naar Montréal, dat in de MLS uitkomt, en ook hij speelt daar alles. De stap kan gemaakt worden, alleen het is nog niet eerder gedaan door een buitenlandse speler.”
Klomp is nu met een advocaat bezig om een ‘permanent resident-status’ te krijgen. "Deze PR kan je aanvragen als je 3 jaar in Canada hebt gewerkt. Dat is alleen niet eenvoudig. Als je familie hebt in Canada, er hebt gestudeerd of al hebt gewerkt, dan kom je hoger op de lijst te staan. Ik heb hier geen familie wonen en ook niet in Canada gestudeerd, waardoor ik niet helemaal bovenaan sta. Maar omdat ik hier nu al drie jaar woon, maak ik wel kans. Mocht het lukken, dan tel ik mee als Canadees. Ik moet die status alleen wel krijgen voor het sluiten van de transferwindow in de MLS, dat is 24 februari en dus al vrij snel. Dan moet er ruim van tevoren al een club concreet worden, maar ik probeer die status sowieso te krijgen.”
Nieuwe uitdagingen
Mocht een transfer naar de MLS deze winter uiteindelijk niet tot de mogelijkheden behoren, dan blijft Klomp bij Cavalry. Ook bij zijn huidige club liggen er nog genoeg mooie uitdagingen. “We hebben nog nooit de play-offs gewonnen, die na het reguliere seizoen worden gespeeld en in februari spelen we in de CONCACAF Champions Cup, dat is het Noord-Amerikaanse equivalent van de Champions League. We hadden in de eerste ronde clubs uit Nicaragua, Jamaica, Honduras of Mexico kunnen loten, maar het is uiteindelijk een dubbele ontmoeting tegen Orlando City, een van de grotere ploegen uit de MLS, geworden.”
Orlando eindigde afgelopen seizoen als tweede in de Eastern Conference en werd tijdens de play-offs uitgeschakeld door Columbus Crew, dat uiteindelijk de MLS Cup won. “Het is zeker een pittige loting, maar wel een hele mooie”, aldus Klomp.
“Jammer genoeg is de thuiswedstrijd verplaatst naar Victoria, een stad aan de westkust van Canada. De reden hiervoor is dat, ondanks het vooralsnog een hele milde winter is, het in Calgary in februari nog -20 kan zijn, waardoor spelen in ons eigen stadion geen optie is. Victoria ligt aan de kust, waar het klimaat een stuk milder is en het zelden vriest. Niet bepaald in ons voordeel, want nu hebben we het idee dat wij twee uitwedstrijden spelen.”
De avonturier geniet momenteel van een welverdiende vakantie. Begin deze maand is hij teruggevlogen naar Nederland om zijn familie en vrienden te bezoeken. “Het is natuurlijk heel leuk om iedereen weer te zien. Of ik echt iets in Nederland heb gemist? Vooral mijn moeders kookkunsten en als ik heel eerlijk ben, kijk ik ook enorm uit naar een broodje frikandel. Dat heb ik al lang niet meer op.”
“Op 3 januari starten we weer op, omdat die CONCACAF-wedstrijden tegen Orlando in februari worden afgewerkt. Dat is voor ons wel vrij vroeg in het seizoen, want onze eigen competitie begint pas in april. We zullen er dan gelijk moeten staan.”