De minachting van PEC Zwolle is misplaatst en kinderachtig
Schimpen op PEC als Europees debutant klinkt oneerlijk en wel erg flauw. Volgens Ronald Koeman heeft de Zwolse club niets te zoeken in de Europa League. De scheidende trainer van Feyenoord vreest voor een vroegtijdige uitschakeling en dat scheelt en kost dan weer punten voor het gezamenlijke klassement.
Collega Ron Jans van PEC Zwolle pareerde die kritiek gevat en guitig. Alsof Feyenoord de laatste jaren zoveel punten heeft bijgedragen voor het Nederlandse voetbal. ‘Misschien pakken wij wel meer punten’, daagde hij alert uit. Onder Koeman immers grossierden de Rotterdammers de laatste twee jaar kwistig in Europese nederlagen. In de zes duels tegen Dynamo Kiev, Sparta Praag en Kuban Krasnodar telde alleen de 2-2 thuis tegen de Tsjechen zwakjes mee voor de ranglijst: een wel erg schamel saldo.
Jans deelde de mening van Koeman dat de verliezer van de bekerfinale geen prijs verdient en derhalve geen recht dient te hebben op toegang tot Europees voetbal. Maar die regel bestaat al ongeveer dertig jaar en heeft hij niet verzonnen. Eerder profiteerde onder meer Willem II (in 2005) en destijds ageerde niemand tegen het vreemde voorrecht, dat de UEFA nu eindelijk met ingang van 2015 heeft afgeschaft. Koeman schamperde ook nog om de vrije doorgang van PEC naar de eindstrijd. Het team van Jans trof inderdaad op papier vrije eenvoudige tegenstanders: Fortuna Sittard, Wilhelmina’08, Excelsior, JVC Cuijk en NEC. Alleen de laatste was afkomstig uit de Eredivisie, de rest uit de Jupiler League en zelfs amateurs.
Een voor PEC positieve gril van het lot, waarvoor het telkenmale ook de goden hartelijk dankte. Je hebt wel eens zo’n seizoen, grinnikte Jans, waarin de loting absoluut heeft meegezeten. Maar om zoiets nou de Zwolse nieuweling kwalijk te nemen, doet belachelijk aan en geurt naar bedenkelijke verdachtmakerij. Rommelen met balletjes zou ook in Nederland kunnen, maar elk bewijs daartoe ontbreekt. Oké, PEC valt buiten de smalle top in de Eredivisie. Maar doet het echt zoveel onder voor bijvoorbeeld Vitesse, nog steeds geflatteerd derde? De satellietclub van Chelsea sneuvelde vorig jaar zomer al direct in de derde voorronde van de Europa League tegen het Roemeense Petrolul Ploiesti.
Maar toen protesteerde geen trainer tegen de deelneming van de Arnhemmers. En in 2013 ging ook FC Utrecht zelfs al eerder, in de tweede voorronde, af tegen het Luxemburgse FC Differdange. De Nederlandse clubs presteren de laatste jaren consequent slecht tot matig in Europees verband. Een logisch gevolg van de verregaande nivellering en verjonging in de Eredivisie. Maar om dat nu nog eens met terugwerkende kracht zwaar af te wentelen op de Zwolse primeur, is verre van sportief jegens PEC. De selectie van Jans, pas voor het tweede opeenvolgende seizoen weer eens actief in de hoogste afdeling, koerst zelfs af op de achtste plaats. Niet alleen een evenaring van het aloude record uit jaargang 1978/79, met 32 punten (niet drie maar twee voor een overwinning) uit 34 wedstrijden. En met spelers als Rinus Israël, Ben Hendriks, Koko Hoekstra en Jans zelf als 21-jarige aanvaller.
De achtste plaats schuift PEC, normaal gesproken, sowieso door naar de play-offs voor Europees voetbal. Nou hoeft dat eigenlijk niet meer, zeker niet als winnaar van de beker (in dat geval geldt de nummer negen als vervanger). Maar ook na een nederlaag tegen Ajax met Pasen in De Kuip smaakt dat als een lepeltje mosterd na de al genoten maaltijd. Voor PEC siert de bekerfinale als het absolute hoogtepunt een memorabel seizoen van een bvo, die op nuchtere wijze een solide toekomst tracht op te bouwen in de Eredivisie. Een beetje als een kopie van scHeerenveen in het verleden.
Met een groep, die aanvallend misschien iets tekort komt maar die als collectief terecht alom bewondering oogst. Spelers als Kamohelo Mokotjo, Mateusz Klich, Jesper Drost en Darryl Lachman zouden bepaald niet misstaan en moeiteloos meedraaien in teams van Feyenoord, FC Twente en Vitesse, om er maar een paar te noemen. Minachting voor PEC is derhalve volstrekt misplaatst en kinderachtig. Op het oog kuierde het wellicht op zijn gemak naar de bekerfinale, maar die opmars berust totaal niet op enig toeval. En wie weet overtreft het straks nog Feyenoord qua resultaten (en punten) in de Europa League…
LEX MULLER
Sportjournalist sinds mensenheugenis. Schrijft al sinds 1966 over voetbal. Bezocht WK's vanaf 1974. Werkte tot 1994 voor kranten, waaronder twintig jaar bij het Algemeen Dagblad. Switchte daarna naar de televisie, maar legt zich sinds 1 januari 2011 volledig toe op sport op internet.