De man van de wedstrijd was niet Stefan de Vrij of Frenkie de Jong
Het Nederlands elftal heeft woensdagavond in de groepsfase van de Nations League met 1-1 geremiseerd tegen Italië. Na het openingsdoelpunt van Lorenzo Pellegrini zorgde Donny van de Beek ervoor dat Oranje nog een punt meenam. Voetbalzone beoordeelt de basisspelers van het Nederlands elftal met een rapportcijfer.
{embed}
Spelersrapport Oranje tegen Italië
{/embed}
{embed}{/embed}
{embed}
SPELER | CIJFER |
---|---|
Jasper Cillessen | 8,5 |
Hans Hateboer | 3 |
Stefan de Vrij | 8 |
Virgil van Dijk | 7 |
Nathan Aké | 6 |
Daley Blind | 7 |
Donny van de Beek | 6 |
Frenkie de Jong | 7,5 |
Georginio Wijnaldum | 4 |
Luuk de Jong | 5 |
Memphis Depay | 4 |
Cijfers Oranje
Jasper Cillessen: 8,5
Misschien wel de beste speler aan de zijde van Oranje was de doelman. Cillessen bracht in de eerste helft redding op een hard schot van Ciro Immobile, hield een inzet van Leonardo Spinazzola met de voeten uit de korte hoek en dook naar de grond voor een afstandspoging van Danilo D’Amrbosio; na de pauze kwam hij goed uit zijn doel om een voorzet van Spinazzola onschadelijk te maken. Het hoogtepunt voor Cillessen was zijn redding in een één-op-één-situatie met Immobile, na een fout van Hateboer. In de blessuretijd kwam hij op attente wijze uit zijn doel om Moise Kean van de bal te houden.
Hans Hateboer: 3
Hij was terug in het stadion van zijn club Atalanta, maar vertrouwd oogde Hateboer niet. Het was de man van de rechtsback, Lorenzo Pellegrini, die Italië na een kwartier op voorsprong zette. De rechtsback had te laat door dat Pellegrini zich vrijliep en kon daardoor niet meer ingrijpen. "Ik weet niet wat hij daar doet. Hij verdedigt niet. Dit is de fout van Hateboer", zei Rafael van der Vaart in de pauze van de wedstrijd. In de tweede helft verslikte Hateboer zich in een pass vanuit het middenveld, waardoor Ciro Immobile plots oog in oog met Cillessen verscheen. Tot opluchting van de verdediger bracht de keeper redding.
Stefan de Vrij: 8
In de relatieve onzichtbaarheid speelde De Vrij een uitstekende wedstrijd. Als hij een sliding inzette of een poging deed om de bal op het middenveld te onderscheppen, was hij vrijwel altijd succesvol. Hetzelfde gold voor de duels achterin, zoals toen hij Immobile een kwartier voor tijd het koppen belette. Verder veroverde niemand de bal vaker voor Oranje dan de stopper van Internazionale: acht keer. De rol van De Vrij bij de 1-0 is desondanks betwistbaar. Samen met Hateboer liet hij een kloof achter voor Pellegrini, die daardoor de score kon openen. De buitenspeler van Italië was weliswaar de man van Hateboer, maar De Vrij had zijn ploeggenoot beter kunnen coachen; nu keek hij slechts toe.
Virgil van Dijk: 7
Van Dijk oogde solide in de achterhoede van Oranje. Een van zijn weinige slippertjes was een moment in de twintigste minuut, toen hij Ciro Immobile uit zijn rug liet ontsnappen; die situatie loste hij zelf op. Met een slim zetje tegen Immobile voorkwam hij een minuut later een gevaarlijke situatie na een splijtende pass vanuit het middenveld. Als Van Dijk doorschoof naar het middenveld of zelfs de voorhoede, deed hij ook goede dingen met de bal aan de voet. Zo startte Van Dijk in de achtste minuut een uitbraak en legde hij de bal kort na de pauze goed terug op Wijnaldum, wiens schot geen doel trof.
Nathan Aké: 6
Aké was een van de meest verrassende basisklanten bij Oranje. In de vijfmansverdediging oogde hij met name in de eerste helft op zijn plek: Aké was Nicolò Barella meermaals de baas in de openingsfase, won een één-op-één-duel met Federico Chiesa doordat hij goed naar de bal bleef kijken en triomfeerde vlak voor de rust ook in een sprintduel met de aanvaller. Na de pauze had Aké zijn handen echter vol aan Moise Kean. Hij was meerdere keren te laat in duels met de invaller van Italië. Met name halverwege de tweede helft stapelden de mindere momenten zich op voor Aké.
Daley Blind: 7
In de fase van de eerste helft waarin Oranje dominant was, kwam het gevaar veelal van de linkerzijde. Dat was mede te danken aan de bijdrages van Blind: de linksback gaf bijvoorbeeld de voorzet waaruit de 1-1 ontstond, speelde soms heerlijk samen met Depay en bezorgde Luuk de Jong in de eerste helft ook een goede voorzet. In totaal creëerde Blind vier kansen, waarmee hij samen Depay bovenaan staat. Maar voorafgaand de 1-0 oogde hij zwak in verdedigend opzicht: aan de zijlijn deed hij pogingen om Federico Chiesa, Nicolo Barella en opnieuw Chiesa van de bal te zetten, maar die waren niet doortastend genoeg.
Donny van de Beek: 6
De maker van de gelijkmaker speelde afgezien van zijn doelpunt geen opvallende rol. Als hij in beeld kwam in de eerste helft deed hij meestal goede dingen: doorkoppen op Depay, een goede pass op Wijnaldum of het onderscheppen van een pass van Pellegrini. Maar na zijn doelpunt was zijn bijdrage eigenlijk te mager. In de tweede helft kwam Van de Beek nauwelijks in het stuk voor.
Frenkie de Jong: 7,5
De middenvelder kreeg na het duel met Bosnië-Herzegovina wat kritiek omdat hij veelal voor veilige oplossingen zou kiezen. Dat was tegen Italië niet het geval: De Jong zocht nadrukkelijk de aanvallende oplossing, vaak met succes. De Jong wisselde heerlijke crosspasses en steekballen af met minder scherpe passes, maar leverde wel een serieuze bijdrage aan het aanvalsspel van Oranje en was zeker aan de bal. Hij boekte voortdurend terreinwinst voor Oranje met indrukwekkende demarrages of door het zoeken van de opening.
Georginio Wijnaldum: 4
Wijnaldum was zichtbaarder dan hij vaak is op het middenveld, maar dat betekent niet dat hij een goede wedstrijd speelde. Hij was in de eerste helft vrij slordig in zijn spel: tekenend was hoe hij in de achtste minuut een bal onder de voeten liet glippen bij een potentieel gevaarlijke uitbraak, of hoe hij de bal inleverde bij Leonardo Bonucci toen er muziek in een aanval van Oranje zat. Na de pauze kwam Wijnaldum beter voor de dag: hij bereidde met goed spel aan de linkerflank kansen van Luuk de Jong en Memphis Depay voor. Toen hij drie minuten voor tijd zelf veel ruimte kreeg om te schieten, zeilde zijn poging ver naast.
Luuk de Jong: 5
Luuk de Jong kreeg in de eerste helft enkele goede voorzetten van de flanken, maar kon niet van waarde zijn met zijn kopkwaliteiten. Hij kreeg het hoofd niet goed tegen een bal van Depay en maakte een verkeerde beslissing bij een voorzet van Blind, door slordig terug te koppen richting Van de Beek in plaats van voor eigen succes te gaan. In de blessuretijd van de eerste helft kopte hij ver naast tussen twee Italianen. Onder druk, bijvoorbeeld als hij uit de spitspositie kwam, was hij meestal balvast.
Memphis Depay: 4
De van een schorsing teruggekeerde aanvaller kende veel ongelukkige momenten, totdat hij de bal in de voeten kreeg in het strafschopgebied voorafgaand aan de 1-1. Hij draaide toen goed open en zag zijn schot gesmoord worden, waarna Van de Beek scoorde. In de fase daarna was ook Depay gelukkiger in zijn acties. Indrukwekkend was de wijze waarop hij Leonardo Bonucci van zich afzette in een onderling duel, alvorens een goede voorzet op Luuk de Jong af te leveren. Na de pauze waren zijn hoekschoppen echter ondermaats, zijn schoten ongelukkig en zijn passes te onzuiver.