De indrukwekkende statistieken van Vente bij Roda: ‘Dat heeft mij geholpen’
Dylan Vente is een van de lichtpuntjes in een tegenvallend seizoen voor Roda JC. De 24-jarige aanvalsleider was in 37 competitiewedstrijden tot dusver goed voor twintig doelpunten en zes assists. Met nog één wedstrijd te gaan maakt Vente nog altijd kans op de topscorerstitel. Voetbalzone sprak met de Rotterdamse spits, die eveneens kans maakt op de award voor ‘Beste Speler’ van de Keuken Kampioen Divisie. Supporters kunnen tot vrijdagavond 20.00 uur stemmen op hun favoriet!
Door Wessel Antes
Je bent een van de genomineerden van de award voor ‘Beste Speler’ van de Keuken Kampioen Divisie, hoe is dat voor jou?
“Het is natuurlijk een eer voor iedere speler om genomineerd te worden voor zo’n prijs. Het is uiteindelijk wel iets waar ik trots op mag zijn, ondanks de slechte resultaten met Roda. Ik denk dat ik op persoonlijk vlak toch nog een prima seizoen heb kunnen draaien.”
Hoe kijk je terug op dit seizoen met Roda?
“Het was erg wisselvallig, eigenlijk heel vaak niet goed. Als spits is dat best lastig, rondlopen in een elftal dat niet lekker loopt en zestiende staat. Uiteindelijk ben je als spits wel afhankelijk. Je hoopt wat meer punten binnen te sprokkelen en meer aanvallen te creëren als elftal, maar dat gebeurt dit seizoen bijzonder weinig. Als ik naar mijn eigen doelpuntenaantal kijk, kan ik uiteindelijk wel tevreden zijn met mijn persoonlijke prestatie.”
Wat is je mooiste herinnering aan dit seizoen?
“Ik denk dan toch de halve omhaal tegen VVV-Venlo. Dat was wel een mooi moment. Een mooi doelpunt waarbij veel loskwam. Toen zaten we ook nog wel in een goede periode met het elftal, dus dat moment ga ik niet snel vergeten.”
Hoe kijk je terug op je eigen ontwikkeling? Waar ben je het meest trots op?
“Als spits moet je je echt focussen op doelpunten maken. In de afgelopen twee jaar heb ik geleerd om vast te worden in mijn afronding. Ook het positioneren voor het doel gaat goed, waardoor ik nu twee seizoenen op rij lekker bezig ben op het gebied van scoren. Op trainingen zijn we specifiek bepaalde situaties gaan nabootsen die vaak voorkomen in wedstrijden. Maar het is ook zo dat wanneer je er een aantal in hebt liggen, het vanzelf makkelijker gaat. Het is een combinatie van beide geweest.”
Lennart Thy loopt slechts één doelpunt voor op je, verwacht je hem nog in te halen tijdens de laatste wedstrijd?
“Dat wordt natuurlijk lastig. Zeg nooit nooit, maar de kansenverhouding is niet in mijn voordeel. Ik ga er natuurlijk alles aan doen, want als spits wil je altijd topscorer worden. Ook dat zou een mooie opsteker zijn na zo’n seizoen.”
Je staat op vijftig doelpunten in tweeënhalf jaar bij Roda, gaat het echt zo makkelijk als dat het lijkt?
“Bij Roda ben ik voor het eerst in mijn carrière echt alles gaan spelen, waardoor ik een stuk meer minuten achter mijn naam heb. Dat heeft mij geholpen. Daardoor ben je ook gewoon fitter en gaat het uiteindelijk automatisch beter. Van mijn achttiende tot mijn 21ste heb ik vrijwel niet gevoetbald, ik zat vaak op de bank. Doordat ik nu veel speel, laat ik zien belangrijk te kunnen zijn voor een elftal. Ik ben blij dat Roda mij dit vertrouwen heeft gegeven, want daardoor heb ik mezelf kunnen ontwikkelen.”
Als je niet jezelf mag kiezen, wie zou je het Gouden Kampioensschild in de categorie ‘Beste Speler’ dan geven?
“Dat is een makkelijke vraag. Dan gun ik hem aan Emil (Hansson, red.). Dat is een jongen met wie ik heel lang heb gespeeld in de jeugd bij Feyenoord. Ik ben afgelopen zomer nog met hem op vakantie geweest naar Barcelona, dus het is toevallig dat we nu beiden genomineerd zijn. Hij heeft een goed seizoen gedraaid en is belangrijk geweest in het succes van Heracles Almelo, dus dan zou ik de prijs aan hem gunnen.”
In het huidige seizoen is de optie in je contract gelicht door Roda, zien we je volgend jaar nog terug bij de club?
“Daar denk ik natuurlijk veel over na op dit moment, want ik speel hier nu al ruim twee jaar. Het blijft een feit dat mijn contract nog een jaar doorloopt, maar ik heb voor mezelf wel bepaalde ambities. Uiteindelijk gaat het erom dat een eventuele transfer goed is voor mezelf, maar ook voor Roda. We zullen komende zomer zien wat er gaat gebeuren.”
Je hebt in de Keuken Kampioen Divisie een stuk meer gescoord dan in de Eredivisie, ben je gretig om het nu ook op het hoogste niveau te laten zien?
“Bij Feyenoord en RKC Waalwijk heb ik een mooi aantal wedstrijden in de Eredivisie kunnen spelen, maar voor mijn gevoel was ik nog te jong. Misschien was ik er nog niet klaar voor, om eerlijk te zijn. Inmiddels vind ik van mezelf dat ik me op een dusdanige manier heb ontwikkeld dat ik wel toe ben aan zo’n stap. Ik ben een stuk volwassener geworden en dat wil ik laten zien. Als je in twee seizoenen op rij meer dan twintig doelpunten hebt gemaakt is dat ook wel logisch, denk ik.”
Wat is iets in jouw spel dat je de komende jaren echt nog wil ontwikkelen?
“Ik ben geen grote spits die als een kapstok de bal lang vast kan houden, en dat ga ik ook niet meer worden. Ik ben de afgelopen twee jaar wel veel bezig geweest met mijn fysiek, daar wil ik nog steeds sterker in worden. Vooral als ik op een hoger niveau ook wil presteren is dat nodig. Toch ben ik tevreden met de progressie die ik op dat gebied heb geboekt. Ik zie mezelf daarin echt stappen zetten. Het is nu zaak om hard te blijven werken en deze discipline vast te houden. Dan komt dat wel goed.”
De afgelopen week stond volop in het teken van de zestiende landstitel van jouw jeugdliefde Feyenoord, heb je daar veel van meegekregen?
“Zeker, ik volg de club nog altijd. Ik krijg natuurlijk ook veel mee via mijn broer, die maandag nog op de Coolsingel stond. Helaas kon ik niet, maar ik heb de beelden wel op televisie gezien. Het blijft mooi om te zien hoe de club leeft en hoeveel mensen er op zo’n huldiging afkomen. Dat wist ik al door mijn eigen periode bij Feyenoord, maar bij zo'n kampioenschap besef je het net iets meer.”
Heb je de afgelopen dagen nog contact gehad met oud-teamgenoten?
“Eigenlijk heb ik alleen Orkun (Kökçü, red.) een felicitatie gestuurd, want veel van mijn teamgenoten van toen zijn al vertrokken. Er zijn natuurlijk een hoop nieuwe gasten in de huidige selectie van Feyenoord. Het is een geweldige prestatie die ze hebben neergezet, dat had ik aan het begin van dit seizoen niet verwacht. Ik denk dat niemand het ermee oneens is dat Feyenoord de terechte kampioen is.”
Droom je er nog van om ooit terug te keren in De Kuip?
“Natuurlijk zou dat mooi zijn, maar voor die tijd moet ik mezelf echt nog gaan ontwikkelen. Dan moet ik echt nog wat stappen zetten. Feyenoord is natuurlijk een hele mooie club. Ik kom zelf ook uit Rotterdam-Zuid, dus de club zit in mijn hart. Wie weet is het in de toekomst weer een optie, maar voor nu is dat nog heel ver weg. Ik heb mezelf nu prima laten zien in de Keuken Kampioen Divisie en ben voor mijn gevoel toe aan de volgende stap. Het is aan mij om dat te laten zien, dat ik nog genoeg ambities heb is duidelijk!”
Stemmen op de Beste Speler en Beste Keeper kan hier tot vrijdag 19 mei (20.00 uur). De trainers en aanvoerders van alle clubs uit de Keuken Kampioen Divisie kiezen het Beste Talent en de Beste Trainer van dit seizoen.