voetbalzone

De evolutie van het Argentijnse voetbal: ‘De ramp van Zweden is de oorsprong...’

Kevin van Buuren22 mei 2023, 12:30
Laatst bijgewerkt: 22 mei 2023, 12:30
Advertentie

Van totaalvoetbal tot anti-voetbal en alles daartussenin. Het binnenslepen van de begeerde punten komt al sinds mensenheugenis in allerlei vormen en maten. In de rubriek Stijlfiguren gaat Voetbalzone langs de velden van weleer om fabelachtige formaties, culturele interpretaties en bijzondere spelersrollen onder de loep te nemen. In deze editie: la nuestra, het verhaal van de eeuwige Argentijnse zoektocht naar een unieke voetbalidentiteit.

Door Kevin van Buuren

Wanneer Lionel Messi op 18 december 2022 eindelijk de wereldbeker toont, ontsteekt een hele voetbalnatie in een explosie van vreugde. Messi, landelijk gescandeerd, bevestigt bij de religieuze bevolking zijn status als Homo Deus: goddelijke mens. Hij stapt uit de schaduw – of in het licht - van mede-afgod Diego Armando Maradona. Net zoals Jezus niet God zelf is, maar tegelijkertijd wel diezelfde God is, zo bleek Messi tijdens zijn carrière meermaals Maradona, die hij tegelijkertijd nooit was. De heilige drie-eenheid voltooid door de nevenreligie in het land: het Argentijnse voetbal.

De WK-winst is de climax van een eeuwoude strijd voor een voetbalidentiteit van het land. Het claimen van een positie in de hiërarchie van de spelcultuur. In 1928 schrijft de beroemde Uruguayaanse schrijver in Argentinië, Ricardo Lorenzo Rodríguez: “Als er ooit een standbeeld staat van de voetbalziel van Argentinië, dan is hij een schoffie met vies gezicht, wilde manen; met slimme, misleidende ogen en een fonkelende blik, hintend naar een schelmen lach die zich niet helemaal op zijn mond kan vormen, vol kleine tanden die misschien versleten zijn door het eten van het brood van gisteren.” En lang zoekt Argentinië naar het evenbeeld hiervan.

voetbalzone

La Nuestra: Onze manier
Deze zoektocht begint volgens bovengenoemde schrijver, ook Borocotó genoemd, in 1913. Hij schrijft zijn analyse in magazine El Gráfico (gepubliceerd tussen 1919 en 2018), dat in Argentinië La Biblia del deporte wordt genoemd: de Bijbel van sport. In dat betreffende jaar wint Racing Club de Argentijnse landstitel. Nog voordat het voetbal er geprofessionaliseerd is. Bijzonder, want Racing Club is Criollo; de spelers hebben allemaal Latijns-Amerikaanse roots. De Argentijnen gebruiken de term in deze tijd veelvuldig om zich af te scheiden van de Britse invloeden in het land. Met name door arbeidsmigranten in de railbouwindustrie bracht Engeland het voetbal naar Zuid-Amerika. Dat de Criollos het winnen van de Anglo-clubs is het teken van een revolutie. De Argentijnse voetbalstijl is niet langer het bastaardkind van een buitenlandse affaire, maar een inheemse heilige: la nuestra, de onze.

Het romantische verhaal is in die tijd een belangrijk onderdeel van het narratief dat in voetballend Argentinië wordt verspreid, schrijft filosofieprofessor Mark Antony Orton te Leicester in zijn thesis La Nuestra: Football and National Identity in Argentina 1913–1978. Het land ontdoet zich daarin van enige (positieve) Engelse invloeden en assimileert Italiaanse en Spaanse migranten tot de Argentijnse samenleving. Allesbepalend is daarin de uiteenzetting van de speelstijl. Volgens Amerikaans antropoloog Nancy Struna is sport nou eenmaal een manier om ‘sociale formaties te illustreren binnen naties en gebieden’. Borocotó schrijft het Argentijnse voetbal toe aan de vrije straat, het Engelse aan het gestructureerde scholensysteem. Ook Wilson beschrijft in Angels with Dirty Faces via een nationale anekdote het verschil tussen de stijlen: “Op een dag, in de rust, zegt Manuel Seoane tegen Alberto Lalín: ‘Geef ‘m voor, dan scoor ik’, en wanneer zo geschiedt: ‘Zie je, Lalín, zie je?!’ Waarop Lalín antwoordt: ‘Ik zie het, maar ik vind er niks aan.’”

voetbalzone

De ramp van Zweden
De criollo voetbalt met plezier, tegenover de berekenende Engelsman die speelt om te winnen. Het verhaal van la nuestra tegen ‘de ander’ versterkt nogmaals wanneer vanaf 1925 Argentijnse teams door Europa toeren, met Boca Juniors als pionier. Maar het grootste uithangbord van de Argentijnse speelstijl is misschien wel wat Borocotó La Maquina noemt: de machine genaamd River Plate die tussen 1941 en 1947 een van de beste teams ter wereld blijkt, vaak vergeleken met het latere totaalvoetbal van het Nederlands elftal in de jaren 70. Wanneer Argentinië in 1953 ook nog geestelijk voetbalvader Engeland met 3-1 verslaat, identificeert ook het volk zich met de term tijdens het ‘gouden tijdperk’ van Argentijnse voetbal. Dit is ‘onze manier’, la nuestra.

Echter ontwaart zich vijf jaar later een nieuwe existentiële crisis. Voor het eerst sinds 1934 (toen de tweede editie van het WK) mag Argentinië weer meedoen met het toernooi. Als underdog met la nuestra in volle glorie wordt het team als outsider gezien, maar na een 6-1 nederlaag in de laatste groepswedstrijd tegen Tsjecho-Slowakije eindigt het vroeg voor la Albiceleste. Als een kind dat net te horen kreeg dat Sinterklaas niet bestaat, verlaat het gastland Zweden gedesillusioneerd. Het voetbal bleek geen kleurrijk sprookje, uiteindelijk is realiteit het zwart-wit van winst en verlies. Oud-verdediger van het ’58-team José Ramos Delgado zou later zeggen: “Het team moest veranderen, met spelers die alles op alles zetten, in plaats van gewoon te spelen. Voetbal werd minder een kunst.”

voetbalzone

Noodgedwongen moet de speelse Argentijnse jongen Nuestra een man worden. Passend bij een dergelijke ontwikkeling kampt het opnieuw met de vraag: ‘Wie ben ik?’. Evenals het gehele Argentijnse volk. “De ramp van Zweden is de oorsprong van de maalstroom van Argentijnse gedachten, dat de criollo in twee helften breekt van nostalgie en drastische verandering. Dit zal voer zijn voor discussie, zowel ethisch als politiek”, schrijft journalist Lázaro later in 1999 over het voorval. Verrijkt met de tactische inzichten van Europa en de fysieke discipline waar buurland Brazilië dan wél succes mee heeft, past Argentinië zich mokkend aan. Adolfo Pedernera, voormalig epicentrum van de macht van La Machina en in 1963/64 trainer van Boca Juniors, verklaart het oude nuestra tijdens de clubtoer dood: “De Bohemien bestaat niet meer. Wie wint, is bruikbaar, wie verliest niet.”

Revoluties in speelstijl
Vervolgens blijft het land op gebied van voetbal en politiek nog vaak in debat over hoeveel buitenlandse invloed mag bijdragen aan Argentijnse ontwikkeling. Mede door de revolutie die bondscoach Juan Carlos Lorenzo tentoonstelt tijdens het WK 1962. Als speler was Lorenzo actief in Italië, Frankrijk en Spanje. Met Europese invloed zal hij la nuestra doen vergeten, maar niets blijkt minder waar. Opnieuw eindigt het toernooi na de groepsfase. Journalist Ernesto Lazzati wijt het aan ‘Europeanisering’. “Een evolutie zonder techniek en stijl die ons kenmerkt. Berekenend, uit regio’s van Europa die voetbal slecht spelen. Het voetbal van niet scoren. Voetbal zonder ambitie.”

Desondanks wint Argentinië in 1964 de Nations Cup in Brazilië met berekenend voetbal. Volgens El Gráfico wordt Engeland met 1-0 verslagen ‘omdat Argentinië speelde om niet te verliezen’. Effectief, maar niet des Argentijns. Het blad claimt dat de Argentijnse school ‘slachtoffer is van de ontwikkelingen’, toen ‘zes Tsjecho-Slowaakse goals ons duwden naar defensief voetbal zonder plezier, naar de eeuwige angst om te verliezen’. De tegenbeweging is bondscoach César Luis Menotti, tijdens het WK van 1978 dat Argentinië zelf organiseerde. Menotti is een romanticus en een filosoof. “Een coach mag niet het feestelijke wegnemen van het schouwspel, door risico weg te nemen. De enige manier om risico weg te nemen is niet spelen”, zegt hij. Met een wedergeboorte van la nuestra wint Argentinië het WK met vrij en creatief spel. “Ik speel om te winnen”, verklaarde Menotti. “Maar geloof dat daadkracht niet gescheiden is van schoonheid.” Dat terwijl Menotti een zekere aanvaller die hij een jaar eerder liet debuteren thuisliet: Maradona, een nieuwe belichaming van de Argentijnse speelstijl en identiteit.

voetbalzone

Met Maradona wint Argentinië ook het WK van 1986. Over tactiek, speelwijze en identiteit van het team wordt niet gesproken. Het heilige evenbeeld van la nuestra overstijgt iedere teamfoto. Maradona is zoals Borocotó had voorspeld: wild, vies, sluw. Een jongen van de straat. Maar vooral oogstrelend, vrij en brutaal met een bal aan zijn voet. Nog jaren zal de Argentijnse identiteit zich ophangen aan de wilde manen van El Diez. Op gebied van voetbaltechniek en onnavolgbaarheid heeft alleen Messi in de buurt kunnen komen, die dat in 2022 onderschrijft met de magische beker. Het omvatten van de kraakheldere weerspiegeling van een voetbalgekke natie in één persoon kan zelfs De Vlo nooit waarmaken, maar zijn WK-winst bespaart de Argentijnen in elk geval een nieuwe identiteitscrisis op voetbalgebied.