voetbalzone

Dallinga kraakt selectiebeleid Koeman: ‘Misschien zit Frankrijk niet in pakket’

Mart Oude Nijeweeme18 mrt 2023, 07:51
Laatst bijgewerkt: 18 mrt 2023, 07:51
Advertentie

Thijs Dallinga is van mening dat Branco van den Boomen een oproep voor het Nederlands elftal heeft verdiend. De middenvelder van Toulouse maakt een uitstekend seizoen door met zes doelpunten en tien assists. Dallinga, ploeggenoot van Van den Boomen in de Franse Ligue 1, is verrast dat bondscoach Ronald Koeman is voorbijgegaan aan de middenvelder. Zelf hoopt hij het Oranje shirt in de toekomst ook over zijn schouders te mogen trekken.

De roep om een selectie van Van den Boomen klinkt al langer in Nederland. De middenvelder van Toulouse kwam vorig seizoen in 42 officiële wedstrijden tot 12 goals en 23 assists. De club uit het zuiden van Frankrijk speelde toen nog op het tweede niveau, maar ook op het hoogste niveau laat Van den Boomen zien van grote waarde te zijn. Dit seizoen staat de teller op zes assists en tien goals. Dallinga is dan ook verrast dat Koeman geen plek heeft gereserveerd in de definitieve selectie.

“Als het moment er een keer had moeten komen, dan was het nu verdiend geweest", vertelt de spits in de podcast De Eerste de Beste. "Ik zie vaak lijstjes voorbijkomen over de top vijf competities waarin hij bovenaan staat. Dus ik was wel redelijk verbaasd dat hij er niet bij zat. Maar goed, uiteindelijk weet je niet waar de bondscoach naar kijkt. Misschien dat Frankrijk niet in het pakket zit", lacht Dallinga. Zelf sprak hij nog niet met Koeman. “Het zou geweldig zijn natuurlijk, het is voor iedere voetballer een droom. Dat is voor mij niet anders."

Volgens Dallinga zit er een duidelijk verschil in de Franse en de Nederlandse competitie. “Ik denk dat het grootste verschil hem zit in het fysieke geweld", vertelt de spits. "Vergeleken met Nederland is het fysiek echt een paar stapjes omhoog. Het zijn echt goede atleten, dus dat maakt het moeilijk. Hoe ik het ervaar is het tactisch misschien iets minder vergeleken met andere topcompetities. Maar er wordt zoveel gecompenseerd met het fysieke gedeelte dat het gewoon heel lastig is.”