Cultclubs: kasteel als hoofdkwartier, ‘de Goddelijke Kale’ en ‘nieuwe Zidane'
In de schaduw van voetbaltempels, miljardenballen en megalomane overnames leven er clubs in de marge. Waar de liefhebber nog het hof gemaakt wordt met historie, karakter en oprechte romantiek. Voor de rubriek Cultclubs leest Voetbalzone voor uit de sprookjesboeken van de voetbalbibliotheek. In deze editie: Girondins Bordeaux, de gevallen topclub waar ooit een Nederlander genaamd ‘de Goddelijke Kale’ voor speelde.
Door Kevin van Buuren
Een rechthoekig gebouw met elegante frontons boven de ramen, zowel links als rechts getopt met hoge daken, die op elke hoek kleine torentjes vasthouden. Van dit kasteel zou je niet verwachten dat het op het grote terrein erachter negen voetbalvelden verstopt. Daarbij nog een hardlooppad door het bos, trainingscentrum, voetbalschool en de tv-studio, verdeeld over een grondgebied van elf hectare. Toch is Château Bel Air, dat naar het omringende dorpje ook wel Château Le Haillan wordt genoemd, het administratieve hoofdkantoor van Girondins Bordeaux. Op dit landgoed wonen tevens de jeugdspelers van de club. En het contrast van een bruisend vooruitzicht naast een achttiende-eeuws kasteel, vind je evengoed in het hypermoderne stadion zo’n tien kilometer verderop: Stade Matmut Atlantique
Deze futuristische voetbalkooi werd in 2015 opgeleverd aan de club die vandaag de dag vreest voor de toekomst. Het heeft een capaciteit van ruim 42.000 toeschouwers. Een geraamte van honderden witte palen draagt het rechthoekige stadion, dat haar naam dankt aan de sponsordeal met verzekeringsmaatschappij Matmut. De fanatieksten van de aanhang: les Ultramarines, stemden in 2015 echter voor een omdoping van de financieel verantwoorde naam. Regionale krant Sud Ouest berichtte dat na een stemming onder de harde kern van Bordeaux ‘Stade René Gallice’ uit de koker kwam, genoemd naar de legendarische middenvelder die tussen 1938 en 1956 actief was voor de club. In 1950 won Gallice mede de allereerste landstitel van Les Girondins.
Hoogmoed voor de val
Hoewel het stadion het thuis van een topclub symboliseert, dreigt Bordeaux die status in 2022 definitief te verliezen. Na een sportieve wanprestatie eindigt de club laatste in de Ligue 1. Daarmee is de malaise echter nog niet compleet. De financiële waakhond van de Franse competitie, de Direction Nationale du Contrôle de Gestion (DNCG) veroordeelt Bordeaux aan het eind van het seizoen. Vanwege een schuld van 40 tot 45 miljoen zal de club worden teruggezet naar de Championnat de National 1, het derde niveau van Frankrijk, besluit het rechterlijk orgaan. Maar, er volgt een laatste strohalm. Na een hoger beroep, wat herschikkingen binnen de vereniging en de verkoop van spelers, oordeelt het Comité National Olympique et Sportif Français (CNOSF) dat Bordeaux het seizoen 2022/23 toch in de Ligue 2 mag uitkomen. Met deze uiterste strekking van de vingertoppen vermijdt de gevallen topclub voorlopig de bodem van het dal.
Ooit waren de dagen anders in Bordeaux. De club wordt officieel opgericht in 1881 als Société de Gymnastique et de Tir des Girondins, met een breed sportaanbod. Pas in 1920 start het echt met voetbal en zestien jaar later, wanneer lokale clubs Girondins Guyenne Sport en Bordeaux FC fuseren, wordt het een profclub onder de naam FC Girondins de Bordeaux. Met middenvelder Gallice en de immer geëerde Nederlander Bertus de Harder, de Goddelijke Kale, wint het de eerste landstitel in 1950, maar het zijn de jaren tachtig waarover nog lang wordt nagepraat in de havenstad. In 1980 komt trainer Aimé Jacquet over van Olympique Lyon. Als speler van Saint-Étienne won hij al vijf Franse landstitels, als coach doet hij het dunnetjes over. Hij wint met Bordeaux de landstitels van 1984, 1985 en 1987, evenals twee Franse bekers en hij bereikt de halve finale van de Europa Cup I én II. In 1998 wint Jacquet als bondscoach ook het WK met Frankrijk.
Relatieproblemen
Bordeaux is in deze jaren een van de grootste clubs van Frankrijk, maar moet in 1992 een stap terugdoen: na financiële problemen degradeert de club noodgedwongen naar de Ligue 2. Om snel terug te keren wordt onder meer een groot talent vastgelegd van Cannes. Een twintigjarige middenvelder, ene Zinédine Zidane, moet Bordeaux terug naar de top helpen. Door direct kampioen te worden keren Les Girondins snel terug op het hoogste niveau, waarna in 1999 een nieuwe landstitel volgt – Zidane is dan inmiddels weer vertrokken; in 1996 koopt Juventus hem voor 3,5 miljoen euro. In 2009 wint Bordeaux zijn laatste landstitel. Op dat moment is er een ‘nieuwe Zidane’ aanwezig. Stilist Yoann Gourcuff, gehuurd van AC Milan is met twaalf goals en elf assists in de competitie, evenals twee doelpunten en assists in de Champions League, de MVP. Le Successeur kopt L’Equipe over de ‘opvolger’ van Zizou.
Desondanks vervolgt Gourcuff een redelijk anonieme carrière. Na zijn wonderjaar bij Bordeaux gaat het langzaam bergafwaarts met de middenvelder, die de torenhoge verwachtingen nooit waar kan maken. Hetzelfde gebeurt met de club waar hij furore bij maakte. Niet alleen de sportieve prestaties van Bordeaux zakken langzaam verder weg. Een overname door het Amerikaanse GACP in 2018 voorspelt meer onheil. Dat concern verkoopt Bordeaux een jaar later alweer aan investeringsmaatschappij King Street. Vrijwel meteen na die overname volgen hevige protesten van de supporters, die aangeven ‘hun club terug te willen’. In april 2021 laat King Street middels een statement weten te wensen ‘niet langer steun te geven aan de club en diens huidige en toekomstige behoeften te financieren’, nadat de firma in totaal 53 miljoen dollar in Bordeaux stak sinds de overname.
Opnieuw protesteren de supporters, die onder meer het vertrek van voorzitter Frédéric Longuépée eisen. Longuépée stapt enkele maanden later op en wordt opgevolgd door Gérard Lopez, die eveneens het Portugese Boavista bezit. Meer relationele problemen volgen, zo ook met de financier op het shirt. In januari 2022 scheidt Bordeaux de wegen met shirtsponsor Winamax Sport. Het wedkantoor maakt op Twitter meermaals de matige vorm van de club belachelijk. Tweets als: “Schrijf een triest verhaal in drie woorden: ‘Girondins de Bordeaux’” en een meme waar een man eenzelfde shirt cadeau krijgt als dat hij aan heeft: “Bordeaux-fans met kerst: een rotseizoen; nog een rotseizoen.” Na de scheiding drijft de ex-sponsor opnieuw de spot met de club: “We zoeken al een uur naar een goede verdediging, maar net als les Girondins, kunnen we er geen vinden.” Het seizoen eindigt met degradatie en de ternauwernood ontlopen tuchtmaatregel, waarmee de neergang van de ooit zo geroemde topclub compleet is.
Schone slaapster
Zelfs het laatste lichtpuntje dooft in 2022. Bordeaux geniet al decennia een hevige rivaliteit met mede-havenstad Marseille. In 1987 wordt eerstgenoemde ten koste van Marseille kampioen, dat tweede wordt. Ook mag Bordeaux de nationale beker dat jaar optillen, voor de neus van de verslagen rivaal. Daarbij teert de club op een mythische statistiek. Sinds ‘1.10.77’, zoals voor 7 januari 2022 veelvuldig op spandoeken te lezen is in Stade Matmut Atlantique, won Marseille nooit meer in Bordeaux. Ook de tijdloze verlenging van dat record wordt echter, door een goal van Turkse aanvaller Cengiz Ünder, tenietgedaan.
Les Ultramarines zullen nog met weemoed terugdenken aan de hoogtijdagen van de club. Daar hebben overigens ook een aantal Nederlandse spelers aan bijgedragen. In navolging van De Harder, die inmiddels ereburger van de stad is, speelden Joop de Kubber, Stanley Menzo, Wim Kieft, Kiki Musampa, Richard Witschge en Piet den Boer voor de club in marineblauw-wit. Voor nu zijn de liefhebbers in afwachting van nieuw sportief spektakel in Bordeaux. Net zoals de havenstad ooit een rijk verleden kende, maar nu sociaal en economisch op roerloos water vaart en dus La belle endormie wordt genoemd. Zo is ook de lokale topclub momenteel een ‘schone slaapster’, die voorbestemd is ooit weer te ontwaken.