Champions League-held kopt Juventus in blessuretijd naar achtste finale
Juventus heeft zich dinsdagavond op de valreep verzekerd van een plek in de volgende ronde van de Champions League. Dankzij een treffer van Álvaro Morata in de blessuretijd won Juventus, met Matthijs de Ligt binnen de lijnen, in Turijn met 2-1 van Ferencváros. Morata maakte dit seizoen al vijf doelpunten in vier groepsduels. Eerder in de wedstrijd had Cristiano Ronaldo al gescoord. Juventus heeft nu negen punten verzameld in Groep G en zal met Barcelona uitmaken wie bovenaan eindigt.
Ronaldo maakte zijn zeventigste doelpunt in thuiswedstrijden in de Champions League, waarmee hij op gelijke hoogte kwam met Lionel Messi. In totaal scoorde de aanvaller van Juventus 131 keer in het miljardenbal en daarmee is hij de topscorer aller tijden. Zijn doelpunt maakte hij tien minuten voor rust: Ronaldo ontving de bal buiten het strafschopgebied van Juan Cuadrado, trok naar binnen en schoot vanaf een kleine twintig meter met het linkerbeen raak in de rechterhoek: 1-1. Zijn doelpunt was een antwoord op een provocatie van Ferencváros, dat na achttien minuten op voorsprong was gekomen.
Na een lange bal van keeper Dénes Dibusz verloor De Ligt op het middenveld een kopduel van Myrto Uzuni, de spits van de Hongaren. Daardoor kwam de bal terecht bij Tokmac Nguen. Alex Sandro wist de buitenspeler niet van de bal te zetten op het middenveld en veranderde even later zijn voorzet van richting. Toch kon hij niet voorkomen dat de mee opgekomen Uzuni scoorde: 0-1. De doelpuntmaker vierde zijn doelpunt à la Cristiano Ronaldo, maar kort daarna reageerde Ronaldo dus door zelf de stand in evenwicht te brengen. 1-1 bleek ook de ruststand; echt grote kansen waren er verder niet, behalve een inzet van een glijdende Paulo Dybala bij een stand van 0-0.
In de tweede helft ontstonden enkele mogelijkheden aan weerszijden. Cuadrado kopte naast het doel; Gergo Lovrencsics vuurde aan de overzijde naast van afstand. Juventus was de bovenliggende partij en zocht het meest nadrukkelijk naar de overwinning. Ronaldo slaagde er niet in om te scoren met een hakbal uit een moeilijke hoek. In de blessuretijd lukte het alsnog voor Juventus: invaller Morata kopte raak op aangeven van Cuadrado. Opvallend was verder dat Juventus voor het eerst in de 123-jarige clubgeschiedenis aantrad zonder een Italiaan onder de lat of in de verdediging. Middenvelder Federico Bernardeschi was de enige speler uit Italië in de basisopstelling van Andrea Pirlo.