Bosz: ‘Dat zie je bij Manchester City, bij Liverpool en nu ook bij Ajax’
Peter Bosz zegt zich in de eerste weken bij Olympique Lyon enigszins zorgen te hebben gemaakt. De oefenmeester beleefde een stroeve start in Frankrijk, maar lijkt de laatste tijd de boel redelijk op de rit te krijgen. Bosz pleit er zaterdag in gesprek met De Telegraaf voor dat ‘trainers met kwaliteiten’ de tijd moeten krijgen, omdat dit de stabiliteit in een elftal ten goede komt.
Olympique Lyon bezet momenteel de tiende plaats in de Ligue 1, met dertien punten uit negen wedstrijden. “Als ik heel eerlijk ben, hebben we hier tegen elkaar gezegd: misschien wordt dit de eerste keer dat het ons niet gaat lukken. Oké, bij Ajax duurde het even, maar bij Leverkusen ging het juist heel snel en ook bij Dortmund begonnen we heel goed. Hier had ik echt de angst dat het niet ging lukken. Die angst ben ik nu volledig kwijt”, vertelt Bosz. In zijn ogen heeft de komst van Jérôme Boateng - die transfervrij overkwam van Bayern München - wat veranderd in zijn selectie.
Bosz merkt naar eigen zeggen het vertrouwen van voorzitter Jean-Michel Aulas, die hem naar Lyon haalde om aanvallend voetbal te spelen. Zijn spelersgroep kon aanvankelijk nog niet de intensiteit aan de dag leggen die nodig is voor zijn manier van spelen, die veel energie kost. "Ik geloof heilig in mijn manier van voetballen. Ik wil dat wij tegenstanders direct bij de strot grijpen. Restverdediging en ’goed staan’ zijn mooie termen, maar veel belangrijker is: hoe doe je dat? Met die balans ben ik continu bezig. Ik hoor weleens dat ik geen plan-B heb, terwijl we juist tig omzettingen kunnen doen waar we vooraf al over nadenken.”
“Weet je, als een trainer kwaliteiten heeft, laat hem dan ook een tijd werken bij een club. Die stabiliteit heeft een elftal in mijn ogen nodig om door te groeien. Dat zie je bij Manchester City, bij Liverpool en nu ook bij Ajax”, benadrukt Bosz. Zijn contract bij Olympique Lyon loopt voorlopig nog door tot medio 2023. “Het kan best zijn dat ik hierna zeg: het is mooi geweest. Ik pin me nergens op vast. Maar je moet niet vergeten dat ik mijn kinderen en kleinkinderen niet of nauwelijks zie.”