voetbalzone

Boskamp oppert nieuwe rol voor Frenkie de Jong en verklaart statistiek

Demen Bulbul28 sep 2019, 18:19
Laatst bijgewerkt: 28 sep 2019, 18:19
Advertentie

Met Frenkie de Jong negentig minuten binnen de lijnen boekte Barcelona zaterdagmiddag op bezoek bij Getafe de eerste uitzege dit seizoen in LaLiga (0-2). De Nederlander speelde het grootste gedeelte van de wedstrijd op het middenveld, al werd hij in de slotfase ook nog even een linie naar achter gehaald, na een rode kaart van Clément Lenglet. Johan Boskamp sluit niet uit dat De Jong volgende week in de topper tegen Sevilla opnieuw als centrumverdediger zal spelen.

Barcelona zit momenteel dun in de verdedigers. Lenglet zal de thuiswedstrijd tegen Sevilla volgende week aan zich voorbij moeten laten gaan vanwege een schorsing, terwijl Samuel Umtiti nog altijd geblesseerd is. Mogelijk kiest trainer Ernesto Valverde ervoor de negentienjarige Jean-Clair Todibo naast Gerard Piquete posteren, maar Boskamp ziet een andere mogelijkheid. "Je hebt twee spelers die je er kunt neerzetten: Frenkie de Jong en Sergio Busquets. Op die manier blijft de positie centraal op het middenveld toch sterk bezet."

De voorkeur van de analist gaat uit naar Frenkie de Jong. "Frenkie de Jong weet hoe Luuk de Jong (spits van Sevilla, red.) speelt en hoe hij tegen hem moet spelen, want ze hebben regelmatig tegen elkaar gespeeld in de Eredivisie", onderbouwt de oud-voetballer bij Ziggo Sport. Frenkie de Jong en Luuk de Jong stonden vorig seizoen als spelers van Ajax en PSV tegen elkaar. Frenkie de Jong speelde toen als centrale verdediger en liep met Ajax tegen een 3-0 nederlaag aan.

Over het spel van De Jong zaterdag tegen Getafe is Boskamp complimenteus. "Je kunt er weinig slechts over zeggen als je ziet hoe hij soms wegdraait en de balletjes neerlegt. Dat doet hij zó goed. De manier waarop hij soms wegdraait tussen twee of drie tegenstanders in, is grote klasse", aldus Boskamp. Ziggo Sport zocht uit dat De Jong tegen Getafe 38 passes verstuurde, 12 minder dan zowel Busquets als Arthur. "Hij speelt natuurlijk niet op dezelfde positie als bij Ajax, op zes", licht Boskamp die statistiek toe. "Hij moet ook aanvallend aanwezig zijn en dan krijg je minder ballen. Hij moet bijvoorbeeld ook zonder bal in de zestien komen. Als hij bij Barcelona op zes speelt, dan zie je wel dat de opbouw bij hem begint. Dan kom je natuurlijk veel meer aan de bal."