Borst verklapt zijn favoriete speler: ‘Toen lagen z’n ploeggenoten in een deuk’
Denzel Dumfries is de favoriete speler van Hugo Borst, zo schrijft hij in zijn column voor het Algemeen Dagblad. De zestigjarige schrijver kan niet wachten om de verdediger van Internazionale zaterdag in de Champions League-finale aan het werk te zien tegen Manchester City. “Ik ben bijna 61 en ik heb mijn idool gevraagd om een trainingsjasje van Inter”, aldus Borst.
“Liever had ik een wedstrijdshirt van hem gekregen. Maar dat pas ik niet. Te dikke buik’, erkent Borst, die ook toegeeft Dumfries te bewonderen. “Ik hoef mijn ogen maar te sluiten en ik zie 'm gaan op rechts. Zo aandoenlijk. Zo goed. Echt indrukwekkend. Maar soms, klutsend, ook best slecht. Ogen dicht. Daar gaat-ie, op rechts. Hij ligt op snelheid. Stampend. Boem, boem, boem. Een reus in een sprookje. Alles rammelt. Hij stuurt, botst, stiert, tiert, beukt, bokt, snuift, klutst, butst, stoomt, gromt, fronst. Gutsend van het zweet dendert hij voort. Het is indrukwekkend, aandoenlijk.”
Zoals Dumfries over de rechterflank opstoomt, deed niemand hem volgens Borst ooit voor. De columnist stelt dat iemand als Willem van Hanegem de 27-jarige verdediger ook altijd als eerste op het wedstrijdformulier van Oranje zou zetten. “Hij, door zijn ouders vernoemd naar acteur Denzel Washington, is mijn absolute favoriet. Het voetbalseizoen duurt nog kort. De afsluiting belooft veel. Het zijn voor mij de Dumfries-weken. Ik kan niet wachten om hem tegen Jack Grealish (zaterdag, red.) te zien strijden en daarna in de Nations League tegen Ivan Perisic (volgende week woensdag, red.)."
Borst is trots dat Dumfries zaterdag in de finale van de Champions League mag acteren. “Wie had dat gedacht: Nou, Denzel Dumfries! En het leuke is, het is geen arrogantie. Daar is hij wars van. Denzel kent heus zijn beperkingen, de man heeft een uitstekend zelfbeeld. Als beginneling in de Keuken Kampioen Divisie lagen zijn medespelers in een deuk. Hij, de voetballer met de hardste voeten, beweerde dat hij Oranje ging halen? Zijn medespelers hinnikten. Het hoongelach hoorde je tot buiten het stadion. Hahahahaha.”