Bijlow pakt 10 miljoen views met even slim als grappig moment: ‘Dan maar geel’
Feyenoord wilde het na afloop van de wedstrijd tegen FC Twente (1-1) vooral hebben over de niet gegeven strafschop in de eindfase, maar op internet gooit de opzienbarende gele kaart van Justin Bijlow hogere ogen. Het wedstrijdmoment met de doelman van Feyenoord in de hoofdrol is op Twitter en TikTok al minstens tien miljoen keer bekeken. "Ik dacht: dan maar geel", aldus Bijlow na afloop bij ESPN.
Bijlow kwam in de 37ste minuut heel ver zijn doel uit om FC Twente-aanvaller Virgil Misidjan af te stoppen. Dat lukte door het inzetten van een sliding, waarmee Bijlow de bal over de zijlijn gewerkt kreeg. "Misidjan is niet de sloomste, maar toen ik gleed dacht ik al: als ik die bal niet het veld ingooi, dan kan Twente scoren." Misidjan kreeg razendsnel een nieuwe bal aangegooid, maar Bijlow voorkwam een spelhervatting door een andere bal binnen de lijnen te brengen. "Mijn doel was leeg, dus dan maar een gele kaart."
{embed} {/embed}
Uit woede smeet Misidjan de bal die hij net in zijn handen had gekregen richting Bijlow. De doelman van Feyenoord werd overigens niet geraakt en de aanvaller van Twente kwam weg zonder kaart. Het tamelijk lachwekkende tafereel doet het uiterst goed op internet. Op het internationale TikTok-account van ESPN werd het moment al meer dan drie miljoen keer bekeken.
Bijlow was ook belangrijk voor Feyenoord door in de eindfase Václav Cerny tweemaal af te stoppen bij een grote mogelijkheid. "Het ging heel snel. Misidjan kwam voor me na een steekpass. Opeens kwam de bal bij Cerny en dan moet je gewoon reageren. Ik weet eigenlijk niet hoe ik 'm pakte. Ik stond in de weg." Feyenoord schreeuwde zes minuten voor tijd om een strafschop toen Pröpper bij een vrije trap die de zestien invloog hands maakte. Scheidsrechter Allard Lindhout floot echter voor een heel licht duwtje van Feyenoord-spits Santiago Giménez op Pröpper. "Ik denk dat het een penalty is, maar ik wil er verder niet te veel woorden aan vuil maken", aldus Bijlow. "Ik denk dat negentig procent van Nederland dat vindt."